24 609
Intergouvernementele Conferentie

nr. 22
MOTIE VAN HET LID VAN MIDDELKOOP

Voorgesteld 21 mei 1997

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende, dat het gewenst is de nationale parlementen beter in staat te stellen zich tijdig te beraden over documenten en voorstellen van de Europese Commissie;

kennisnemend van het Ierse IGC-document, waarin terzake positieve voorstellen zijn gedaan, die evenwel vatbaar zijn voor verbetering;

van oordeel dat gevolg moet worden gegeven aan het voorstel, opgenomen in de COSAC-conclusies van oktober 1996, dat de nationale parlementen een periode van tenminste vier weken moeten krijgen voor de behandeling van «alle voor het wetgevingsproces relevante voorstellen»;

voorts van oordeel, dat daaronder in elk geval ook dienen te worden begrepen documenten, zoals groenboeken en witboeken van de Europese Commissie;

verzoekt de regering de thans voorliggende voorstellen in de aangegeven richting aan te scherpen,

en gaat over tot de orde van de dag.

Van Middelkoop

Naar boven