24 587 Justitiële Inrichtingen

Nr. 814 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR RECHTSBESCHERMING

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 19 november 2021

Op 4 november 2021 heeft de Vaste Kamercommissie voor Justitie en Veiligheid mij gevraagd om voor het commissiedebat op 2 december a.s. een reactie te geven op de notitie van Bonjo van 26 oktober 2021 getiteld «Bonjo, de zwanenzang. Of toch niet».1 Bij deze voldoe ik aan dat verzoek.

Bonjo geeft in de notitie aan bezwaar te hebben tegen de subsidieregeling vrijwilligerswerk bij de sanctietoepassing 2023–2025 waarbij onder meer de forfaitaire subsidie aan Bonjo wordt stopgezet. Dat zet volgens Bonjo een streep door zijn bestaan als organisatie die zich inzet voor het ondersteunen van vrijwilligers, als kenniscentrum en als belangenorganisatie van en voor (ex)gedetineerden. Ook geeft Bonjo aan niet geraadpleegd te zijn bij het tot stand komen van de wijziging van de subsidieregeling.

Aanleiding wijziging subsidieregeling

Ik heb veel waardering voor vrijwilligers die zich inzetten voor gedetineerden, tijdens en na detentie. Zij zijn een waardevolle en onmisbare aanvulling binnen onze justitiële inrichtingen, niet alleen voor de gedetineerden, ook voor het personeel van DJI.

De Dienst Justitiële Inrichtingen (DJI) heeft jaarlijks een bedrag beschikbaar van € 4,1 mln. voor subsidies aan vrijwilligersorganisaties die actief zijn in de sanctietoepassing. Subsidies worden verdeeld op basis van het aantal vrijwilligers per organisatie waarbij vier grote vrijwilligersorganisaties een forfaitair bedrag ontvangen. Dit zijn Gevangenenzorg Nederland (€ 500.000), Humanitas (€ 500.000), Exodus (€ 850.000) en Bonjo (€ 146.050). Zij ontvangen op dit moment ieder jaar gezamenlijk bijna € 2 mln., dus bijna de helft van het totale subsidiebudget. Het overige subsidiebudget wordt verdeeld onder meer dan 40 andere organisaties en lokale initiatieven.

In de praktijk bleek echter dat steeds meer vrijwilligersorganisaties een hoger aantal actieve vrijwilligers hebben dan de organisaties die een forfaitair bedrag ontvangen. Dit gaf aanleiding de financieringssystematiek te herzien. Immers, deze financieringssystematiek biedt de andere organisaties geen gelijke kansen en ruimte.

DJI is al enkele jaren in gesprek met de vrijwilligersorganisaties over een nieuwe grondslag voor subsidiëring die gelijke kansen en ruimte biedt aan vrijwilligersorganisaties. In de toekenningsbrief voor subsidieverlening voor 2021 en in de aanschrijving voor subsidie voor 2022 zijn alle vrijwilligersorganisaties geïnformeerd over de op handen zijnde nieuwe subsidieregeling.2

Dit traject heeft geresulteerd in de nieuwe subsidieregeling 2023–2025 waarover ik uw Kamer op 25 oktober 2021 heb geïnformeerd.3 Een belangrijk element hiervan is de stopzetting van de forfaitaire subsidie aan de vier hierboven genoemde vrijwilligersorganisaties per 2023.

Vervolgtraject

De subsidieregeling wordt niet in één keer ingrijpend gewijzigd. Dat geeft vrijwilligersorganisaties tijd en ruimte om hun organisatie en bedrijfsvoering te kunnen aanpassen. Zo blijft in de nieuwe subsidieregeling het aantal vrijwilligers nog steeds als verdeelcriterium gelden, dus ook voor de vier vrijwilligersorganisaties die hun forfaitaire subsidie verliezen. De komende periode wordt mede gebruikt voor het verzamelen van (beleids)informatie die nodig is om de verdeelsleutel verder in te richten. Het doel is in de toekomst subsidies te verstrekken op basis van de werkelijke inzet van de vrijwilligers en die inzet meer te richten op de re-integratie van gedetineerden (bijvoorbeeld bij het regelen van praktische zaken zoals werk, inkomen, het aanpakken van schulden en onderdak). Dit is conform de in uw Kamer aangenomen motie van de leden Drost en Van der Staaij.4

Bij dit vervolgtraject worden de vrijwilligersorganisaties opnieuw geconsulteerd. De eerste stap is de verkenning van een urenverantwoording. Hiervoor zullen vrijwilligersorganisaties gevraagd worden bij te houden welke activiteit, op welke plaats, door welke vrijwilliger en op welk tijdstip is verricht. DJI heeft een format aangeleverd om de administratieve lasten zoveel mogelijk te beperken. Het is niet meer dan redelijk dat deze verantwoording wordt verlangd. Uit oogpunt van gelijkheid zal ook Bonjo aan deze vereiste moeten voldoen.

Tot slot

Ik begrijp goed dat Bonjo teleurgesteld is dat de forfaitaire subsidie verdwijnt. Het creëren van een gelijk speelveld voor alle vrijwilligersorganisaties en een rechtvaardige verdeling van de beschikbare subsidie acht ik echter van een groter belang.

De wijziging van de subsidieregeling betekent overigens niet dat Bonjo niet meer in aanmerking komt voor subsidie. Het betekent alleen dat de vier grote vrijwilligersorganisaties, net als andere vrijwilligersorganisaties, aan dezelfde spelregels voor subsidieverstrekking moeten voldoen (zie daarvoor mijn brief van 25 oktober 2021). Dat kan betekenen dat de hoogte van hun jaarlijkse subsidie wijzigt. Daarom gaat de nieuwe subsidieregeling pas in per 2023 zodat er voldoende tijd is de bedrijfsvoering daarop in te richten.

DJI organiseert op 29 november aanstaande een voorlichtingsbijeenkomst waarvoor alle vrijwilligersorganisaties zijn uitgenodigd. Daar wordt de nieuwe subsidieregeling nader toegelicht en krijgen de vrijwilligersorganisaties de gelegenheid vragen te stellen.

De Minister voor Rechtsbescherming, S. Dekker


X Noot
1

BONJO: BelangenOverleg Niet-Justitiegebonden Organisaties

X Noot
2

Resp. 31 maart 2021 en 08 oktober 2021 (publicatiedatum)

X Noot
3

Kamerstuk 24 587, nr. 808

X Noot
4

Kamerstuk 35 122, nr. 29; motie is op 20 juni 2019 aangenomen (Handelingen II 2018/19, nr. 97, item 28)

Naar boven