24 515 Preventie en bestrijding van stille armoede en sociale uitsluiting

Nr. 223 MOTIE VAN DE LEDEN VAN HIJUM EN SPEKMAN

Voorgesteld 8 december 2011

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende, dat het aantal kinderen dat in armoede opgroeit – mede door de economische crisis – weer langzaam toeneemt en dat het een gegeven is dat armoede in de kindertijd de kans groter maakt om later ook in armoede te moeten leven;

overwegende, dat de regering in de afgelopen jaren financiële middelen heeft uitgetrokken en diverse maatregelen heeft genomen om armoede onder gezinnen met kinderen te bestrijden en om de maatschappelijke participatie van kinderen te bevorderen;

voorts overwegende, dat er op basis van de SCP-evaluatie «Kunnen meer kinderen meedoen» nuttige lessen getrokken kunnen worden over de gevolgde aanpak tot nu toe;

verzoekt de regering om zich actief te blijven inzetten voor het terugdringen van armoede onder gezinnen met kinderen, voor een hogere maatschappelijke participatie van kinderen die in armoede opgroeien en de ontwikkeling hiervan actief te blijven monitoren;

verzoekt de regering voorts om in het kader van het ESF-programma 2014–2020 ter uitwerking van de doelstelling «Sociale inclusie en armoedebestrijding» samen met gemeenten een ambitieus programma op te stellen om taal- en ontwikkelingsachterstanden en schooluitval van kinderen tegen te gaan en de maatschappelijke participatie te bevorderen, zodat voor deze aanpak extra middelen kunnen worden verworven,

en gaat over tot de orde van de dag.

Van Hijum

Spekman

Naar boven