24 514
Wijziging van de Wet balansverkorting geldelijke steun volkshuisvesting (aanvullende bijdrage)

nr. 3
MEMORIE VAN TOELICHTING

ALGEMEEN

Ingevolge het derde lid van artikel 7 van de Wet balansverkorting geldelijke steun volkshuisvesting worden onder de in dat artikellid genoemde voorwaarden onder woningen als bedoeld in het eerste lid van dat artikel – dat betekent woningen die gesubsidieerd werden volgens het dynamische-kostprijssysteem – die op 1 januari 1993 in eigendom toebehoorden aan gemeenten, toegelaten instellingen of rechtspersonen als bedoeld in artikel 2, tweede lid, van de wet mede woningen gerekend die een toegelaten instelling in beheer heeft als ware zij eigenaar van die woningen.

In het voor de totstandkoming van de wet met de organisaties van woningbouwcorporaties en de Vereniging van Nederlandse Gemeenten gevoerde overleg is er altijd van uitgegaan dat, indien het genoemde derde lid van toepassing zou zijn, voor de berekening van het percentage woningen dat volgens het dynamische-kostprijssysteem werd gesubsidieerd dan ook de overige woningen die de toegelaten instelling wegens bodemverontreiniging slechts in economische eigendom heeft, voor het totaal van de woningen zouden meetellen. De algemene doelstelling van het flankerend beleid is immers de woningen gesubsidieerd met toepassing van het dynamische-kostprijssysteem af te zetten tegenover het totale woningbezit. Zou dit hier in feite niet het geval zijn dan zou het bedrag van de aanvullende bijdrage dat van dit percentage afhangt, op onbedoelde wijze stijgen en zou in feite een overcompensatie van de betrokken toegelaten instellingen kunnen plaats vinden.

Teneinde dit niet beoogde gevolg – dat bovendien een extra beslag op de rijksmiddelen zou leggen – te voorkomen wordt een wijziging van het betreffende artikel in de wet voorgesteld. Aangezien belanghebbenden niet van een andere berekeningswijze als thans wordt voorgesteld zijn uitgegaan, wordt voorgesteld de wetswijziging te doen terugwerken tot en met 13 juli 1995, de datum waarop het voornemen om tot de onderhavige wetswijziging te komen bij brief van gelijke datum aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal in het openbaar is aangekondigd.

ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING

Artikel 1

Onderdeel A

In artikel 7 wordt het eerste lid terwille van de duidelijkheid en leesbaarheid gesplitst in twee nieuwe leden. Daarbij wordt het nieuwe tweede lid aangevuld met het gestelde onder 2°. Deze aanvulling heeft tot gevolg dat tot het totaal van de woningen waarover het percentage van de met toepassing van het dynamische kostprijssysteem gesubsidieerde woningen wordt berekend, mede de overige woningen begrepen worden die een toegelaten instelling als economisch eigenaar beheert omdat zij de juridische eigendom niet voor 1 januari 1993 heeft aanvaard wegens verontreiniging van de bodem waarop die woningen zijn gebouwd.

Onderdelen B tot en met D

Deze wijzigingen betreffen een aanpassing van verwijzingen naar artikel 7, eerste of tweede lid, verband houdend met de splitsing van het eerste lid in twee nieuwe leden en de vernummering van de overige leden die daarvan het gevolg was.

De Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer,

D. K. J. Tommel

Naar boven