A
OORSPRONKELIJKE TEKST VAN HET VOORSTEL VAN WET EN VAN DE MEMORIE VAN
TOELICHTING ZOALS VOORGELEGD AAN DE RAAD VAN STATE EN VOOR ZOVER NADIEN GEWIJZIGD
I. VOORSTEL VAN WET
Artikel 4, derde lid
De wijziging van het derde lid ontbrak.
Artikel 13c, eerste lid, onder c en tweede lid
Het eerste lid, onder c, luidde:
c. die ingevolge de Vreemdelingenwet als vluchteling zijn toegelaten,
dan wel om klemmende redenen van humanitaire aard, of om redenen, verband
houdend met omstandigheden in hun land van nationaliteit, in het bezit zijn
gesteld van een vergunning tot verblijf als bedoeld in die wet, indien zij
in verband met die omstandigheid woonruimte behoeven;
Het tweede lid luidde:
2. Voor zover dat in het belang van een evenwichtige en rechtvaardige
verdeling van woonruimte noodzakelijk is in verband met uit bovengemeentelijk
ruimtelijk beleid voortvloeiende geringe mogelijkheden tot uitbreiding van
de woonruimtevoorraad in de gemeente of in een of meer kernen, behorend tot
de gemeente, kunnen gedeputeerde staten bij het verlenen van toestemming als
bedoeld in artikel 13b, tweede lid, onderscheidenlijk provinciale staten bij
een richtlijn als bedoeld in artikel 61, toestaan dat wordt afgeweken van
het bepaalde in het eerste lid.
Artikel II, eerste lid
Het eerste lid luidde:
1. Deze wet treedt in werking met ingang van 1 januari 1996.
Artikel II, tweede en derde lid waren eerste en tweede lid.
II. MEMORIE VAN TOELICHTING
A. Algemeen deel
De tweede alinea luidde:
Daarnaast is gebleken dat de Huisvestingswet (zoals zij nu luidt) in de
praktijk onbedoelde neveneffecten sorteert. Het voornemen is daarom om de
in deze wet voorziene evaluatie (vijf jaar na invoering van die wet) te vervroegen.
Afhankelijk van de resultaten daarvan zal de Huisvestingswet op onderdelen
wellicht ook nog moeten worden aangepast. Het onderhavige wetsvoorstel strekt
er echter alleen toe om, vooruitlopend op de vorenbedoelde mogelijke materiële
wijzigingen van de Huisvestingswet, op «korte» termijn reeds de
noodzakelijke wijziging aan te brengen. Deze thans voorgestelde wijziging
van de Huisvestingswet omvat evenwel geen enkele materiële wijziging
van de regelgeving.
De derde alinea is nieuw.
B. Artikelsgewijs
Artikel I
Artikel 4
Onderdeel B ontbrak.
De onderdelen C en D waren B en C.
Artikel 13c
De eerste tot en met derde, en vijfde alinea ontbraken.