nr. 1
KONINKLIJKE BOODSCHAP
Aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Wij bieden U hiernevens ter overweging aan een voorstel van wet tot wijziging
van de Coördinatiewet sociale verzekering en de Werkloosheidswet (franchise
Werkloosheidswet).
De toelichtende memorie (en bijlagen), die het Wetsvoorstel vergezelt,
bevat de gronden waarop het rust.
En hiermede bevelen Wij U in Godes heilige bescherming.
's-Gravenhage,
3 november 1995
Beatrix
nr. 2
VOORSTEL VAN WET
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van
Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is in het belang
van de werkgelegenheid maatregelen te treffen ter vermindering van de loonkosten
en dat een franchise in het werkgeversdeel van de premie ten behoeve van het
Algemeen Werkloosheidsfonds daartoe een goed middel is;
Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der
Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en
verstaan bij deze:
ARTIKEL I
Artikel 9 van de Coördinatiewet sociale verzekering wordt als volgt
gewijzigd.
1. Het vierde lid wordt vervangen door:
4. Bij de berekening van het loon, waarnaar de premie ingevolge de Werkloosheidswet
wordt geheven, blijft, wat betreft het door de werkgever verschuldigde deel
van de premie die ten gunste komt van het Algemeen Werkloosheidsfonds,
het bij dezelfde werkgever genoten loon buiten aanmerking tot een bedrag,
dat wordt verkregen door vermenigvuldiging van een door Onze Minister vastgesteld
bedrag, met het aantal dagen van het premiebetalingstijdvak waarover de werknemer
het loon heeft genoten.
2. Het zevende lid wordt vervangen door:
7. Indien voor een werknemer die gelijktijdig tot meer dan één
werkgever in dienstbetrekking staat door zijn gezamenlijke werkgevers premie
is betaald over een hoger loonbedrag dan het bedrag, bedoeld in het eerste
onderscheidenlijk tweede lid, wordt, op aanvraag van werkgever dan wel werknemer,
de premievaststelling herzien. Bij die herziening wordt het voor de premieberekening
in aanmerking komende loon vastgesteld naar evenredigheid van het ten laste
van die werkgevers genoten loon, en blijft, bij de berekening van het loon
waarnaar de premie op grond van de Wet op de Arbeidsongeschiktheidsverzekering
onderscheidenlijk de Werkloosheidswet wordt vastgesteld, het voor premieberekening
in aanmerking komende loon buiten aanmerking tot een evenredig deel van de
bedragen, bedoeld in het derde onderscheidenlijk vierde lid. Het te veel betaalde
wordt aan de werkgevers terugbetaald.
ARTIKEL II
Artikel 81 van de Werkloosheidswet wordt als volgt gewijzigd.
Het derde lid wordt vervangen door:
3. Het deel van de premie dat ten gunste komt van het Algemeen Werkloosheidsfonds
is wat betreft het totaal van de verschuldigde premies voor het Algemeen Werkloosheidsfonds
voor de helft door de werkgevers en voor de helft door de werknemers verschuldigd.
ARTIKEL III
Indien het bij koninklijke boodschap van 18 oktober 1995 ingediende voorstel
van Wet vermindering afdracht loonbelasting en premie voor de volksverzekeringen
(Kamerstukken II, 1995–1996, 24 458) op of na de datum van inwerkingtreding
van deze wet tot wet wordt verheven, vervalt artikel 49 van die wet.
ARTIKEL IV
Deze wet treedt in werking met ingang van 1 januari 1996.
Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat
alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat,
aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.
Gegeven
De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,