24 465
Wijziging van de Huurprijzenwet woonruimte (versterking positie huurder bij verhoging van de huurprijs met meer dan een bepaald percentage)

nr. 28
MOTIE VAN HET LID HOFSTRA

Voorgesteld 26 maart 1996

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende, dat behandeling van de wet wijziging Procesvereisten (kamerstuk nr. 24 465) door de Eerste Kamer op verzoek van de regering is geschorst en in 1996 in elk geval niet zal worden geëffectueerd, verzoekt de regering om:

1. de procesvereisten deel uit te laten maken van de totale herziening van de Huurprijzenwet, die begin 1997 moet ingaan;

2. concrete voorstellen voor een nieuwe Huurprijzenwet voor 1 september '96 bij de Kamer in te dienen;

3. de huurparameters voor de periode 1 juli '96/1 juli '97 niet te wijzigen, ook niet ten aanzien van de in bepaalde gevallen maximaal toelaatbare huurstijging van 6,5%;

en tot slot spreekt de Kamer uit geen behoefte te hebben aan het initiatief wetsontwerp Duivesteijn inzake de relatie tussen huurders en verhuurders, ook niet als een vervanging van de wetswijziging procesvereisten,

en gaat over tot de orde van de dag.

Hofstra

Naar boven