24 456
Aanpassing van de Wet toezicht beleggingsinstellingen, de Wet toezicht effectenverkeer, de Wet toezicht kredietwezen 1992, de Wet toezicht verzekeringsbedrijf 1993 en de Wet toezicht natura-uitvaartverzekeringsbedrijf in verband met het mogelijk maken van onderzoek naar de toereikendheid van deze wetgeving of van de wijze waarop de toezichthouders deze wetgeving uitvoeren of hebben uitgevoerd

nr. 15
AMENDEMENT VAN HET LID WITTEVEEN-HEVINGA C.S.

Ontvangen 18 februari 1997

De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:

I

In artikel I, onderdeel C, wordt artikel 33a, zesde lid, vervangen door:

6. Niettegenstaande het vierde en vijfde lid kan Onze minister de door hem ontvangen gegevens of inlichtingen vertrouwelijk aan de Staten-Generaal mededelen en kan hij de daaraan ontleende bevindingen en de daaruit getrokken conclusies aan de Staten-Generaal mededelen en de conclusies in algemene zin openbaar maken.

II

In artikel II, onderdeel C, wordt artikel 48a, zesde lid, vervangen door:

6. Niettegenstaande het vierde en vijfde lid kan Onze minister de door hem ontvangen gegevens of inlichtingen vertrouwelijk aan de Staten-Generaal mededelen en kan hij de daaraan ontleende bevindingen en de daaruit getrokken conclusies aan de Staten-Generaal mededelen en de conclusies in algemene zin openbaar maken.

III

In artikel III, onderdeel B, wordt artikel 90a, zesde lid, vervangen door:

6. Niettegenstaande het vierde en vijfde lid kan Onze minister de door hem ontvangen gegevens of inlichtingen vertrouwelijk aan de Staten-Generaal mededelen en kan hij de daaraan ontleende bevindingen en de daaruit getrokken conclusies aan de Staten-Generaal mededelen en de conclusies in algemene zin openbaar maken.

IV

In artikel IV, onderdeel B, wordt artikel 188a, zesde lid, vervangen door:

6. Niettegenstaande het vierde en vijfde lid kan Onze minister de door hem ontvangen gegevens of inlichtingen vertrouwelijk aan de Staten-Generaal mededelen en kan hij de daaraan ontleende bevindingen en de daaruit getrokken conclusies aan de Staten-Generaal mededelen en de conclusies in algemene zin openbaar maken.

V

In artikel V, onderdeel B, wordt artikel 93a, zesde lid, vervangen door:

6. Niettegenstaande het vierde en vijfde lid kan Onze minister de door hem ontvangen gegevens of inlichtingen vertrouwelijk aan de Staten-Generaal mededelen en kan hij de daaraan ontleende bevindingen en de daaruit getrokken conclusies aan de Staten-Generaal mededelen en de conclusies in algemene zin openbaar maken.

Toelichting

Ingevolge dit amendement kan de minister van Financiën de gegevens en inlichtingen die hij bij zijn onderzoek heeft verkregen vertrouwelijk aan de Staten-Generaal mededelen. Zonder een voorziening hiertoe in de wet is dit de minister niet toegestaan. Immers de hier aan de orde zijnde toezichtswetten en ook het onderhavige wetsvoorstel gaan, mede op grondslag van de Europese richtlijnen, uit van een gesloten systeem van geheimhouding, waarbij iedere uitzondering op de geheimhoudingsplicht uitdrukkelijk in de regelgeving is neergelegd.

Het amendement betekent, dat de Staten-Generaal op dit punt over dezelfde informatie kunnen beschikken als de minister, hetgeen ertoe kan bijdragen dat zij in de gelegenheid zijn hun controlerende taak naar behoren uit te oefenen. Dat de informatie vertrouwelijk ter beschikking wordt gesteld doet hieraan niets af.

De vertrouwelijkheid houdt in dat de ontvangen informatie niet aan anderen ter beschikking mag worden gesteld. Dat neemt natuurlijk niet weg dat de Staten-Generaal de Algemene Rekenkamer zouden kunnen vragen zich over die informatie te buigen teneinde deze te analyseren en van een advies te voorzien. De Algemene Rekenkamer dient dan wel aan dezelfde vertrouwelijkheid te zijn gehouden.

Witteveen-Hevinga

Hoogervorst

Giskes

Naar boven