24 451
Goedkeuring van de op 17 januari 1995 te Antwerpen tot stand gekomen Verdragen tussen het Koninkrijk der Nederlanden en het Vlaamse Gewest inzake de verruiming van de vaarweg in de Westerschelde en, respectievelijk, de afvoer van het water van de Maas (Grb. 1995, 51 en 50)

nr. 6
MOTIE VAN DE LEDEN M. B. VOS EN VAN DIJKE

Voorgesteld 15 februari 1996

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende, dat het gewenste herstel van de verruiming van de doorgaande vaargeul over de Westerschelde het verlies betreft van natuurlijke morfodynamiek en het verlies van ca. 500 hectare ondiep water, slik en schor;

verzoekt de regering voldoende financiële middelen beschikbaar te stellen teneinde te bereiken dat de natuurlijke kenmerken van het betrokken gebied per saldo niet zullen worden aangetast,

en gaat over tot de orde van de dag.

M. B. Vos

Van Dijke