24 345
Regels met betrekking tot de oprichting van de naamloze vennootschap N.V. RBB (wet privatisering RBB)

nr. 13
BRIEF VAN DE MINISTER VAN BINNENLANDSE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

's-Gravenhage, 8 november 1996

In mijn brief d.d. 30 mei 1996 (24 345, nr. 12) heb ik u meegedeeld dat op 29 mei 1996 een «overeenkomst op hoofdlijnen» inzake een fusie van de Arbo-diensten van de Staat, Philips en de NS is getekend. In aanvulling op deze brief kan ik u thans meedelen dat er definitieve overeenstemming is bereikt over een aandeelhoudersovereenkomst tussen de Staat, Philips en NS, inzake de juridische fusie per 1 januari 1996 van de N.V. RBB, Philips Arbo-dienst B.V. en SE Arbo B.V.1

De op te richten vennootschap krijgt de vorm van een besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid. De naam van de nieuwe vennootschap zal na de juridische fusie openbaar worden gemaakt.

De Staat der Nederlanden die thans 100% van de aandelen van de N.V. RBB houdt, verkrijgt in de nieuwe vennootschap 48% van het geplaatste aandelenkapitaal. Nederlandse Philips Bedrijven B.V. verkrijgt 27,5% en N.S. Groep N.V. verkrijgt 24,5% van het geplaatste aandelenkapitaal. De Raad van Commissarissen zal bestaan uit vier leden, waarvan twee worden benoemd door de minister van Binnenlandse Zaken in overeenstemming met de minister van Financiën, namens de Staat.

De vennootschap krijgt een driehoofdige directie, samengesteld uit de huidige directeuren van de drie afzonderlijke Arbo-diensten. Deze directie staat onder voorzitterschap van de huidige directeur van de N.V. RBB, mevrouw drs. H. Donkervoort.

De Staat heeft de N.V. RBB per privatiseringsdatum van 1 juli 1996 een lening verstrekt ter waarde van f 6,740 mln. Deze lening wordt op het moment van fusie afgelost door de N.V. RBB; tegelijkertijd zal de Staat aan de na fusie ontstane vennootschap een kortlopende lening verstrekken ter waarde van f 5 mln. Deze lening wordt in een aantal tranches afgelost. De laatste aflossing vindt plaats uiterlijk 31 december 1998.

De Minister van Binnenlandse Zaken,

H. F. Dijkstal


XNoot
1

Ter vertrouwelijke inzage, alleen voor de leden, gelegd bij de afdeling Parlementaire Documentatie.

Naar boven