nr. 1
KONINKLIJKE BOODSCHAP
Aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Wij bieden U hiernevens ter overweging aan een voorstel van wet tot wijziging
van de inkomstenbelasting en de vennootschapsbelasting in verband met de invoering
van een regulerende energiebelasting.
De toelichtende memorie (en bijlagen) die het wetsvoorstel vergezelt,
bevat de gronden waarop het rust.
En hiermede bevelen Wij U in Godes heilige bescherming.
's-Gravenhage
14 september 1995
Beatrix
nr. 2
VOORSTEL VAN WET
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van
Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is in verband
met de invoering van een regulerende energiebelasting te komen tot lastenverlichting
ter ondersteuning van de werkgelegenheid;
Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der
Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en
verstaan bij deze:
ARTIKEL I
In de Wet op de inkomstenbelasting 1964 worden, nadat artikel 66b van
de Wet op de inkomstenbelasting 1964 bij de aanvang van het kalenderjaar 1996
is toegepast, met ingang van 1 januari 1996 in artikel 44m, tweede
lid, de bedragen van de zelfstandigenaftrek vervangen door die bedragen verhoogd
met f 800.
ARTIKEL II
In de Wet op de inkomstenbelasting 1964 worden, nadat artikel 66b van
de Wet op de inkomstenbelasting 1964 bij de aanvang van het kalenderjaar 1997
is toegepast, met ingang van 1 januari 1997 in artikel 44m, tweede
lid, de bedragen van de zelfstandigenaftrek vervangen door die bedragen verhoogd
met f 350.
ARTIKEL III
In de Wet op de inkomstenbelasting 1964 worden, nadat artikel 66b van
de Wet op de inkomstenbelasting 1964 bij de aanvang van het kalenderjaar 1998
is toegepast, met ingang van 1 januari 1998 in artikel 44m, tweede
lid, de bedragen van de zelfstandigenaftrek vervangen door die bedragen verhoogd
met f 150.
ARTIKEL IV
In artikel 22 van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969
wordt met ingang van 1 januari 1996 «40 percent» vervangen door:
39 percent.
ARTIKEL V
In artikel 22 van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969
wordt met ingang van 1 januari 1997 «39 percent» vervangen door:
38 percent.
ARTIKEL VI
In artikel 22 van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969
wordt met ingang van 1 januari 1998 «38 percent» vervangen door:
37 percent.
ARTIKEL VII
De vennootschapsbelasting over een boekjaar dat voor 1 januari 1996 begint
en op of na die datum eindigt wordt, in afwijking in zoverre van artikel
22 van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969, berekend volgens de
volgende formule:
belasting = (X/B x To x G) + (Y/B x Tn x G),
waarin
X voorstelt: het aantal voor 1 januari 1996 vallende dagen van het boekjaar;
Y voorstelt: het aantal na 31 december 1995 vallende dagen van het boekjaar;
B voorstelt: het totale aantal dagen van het boekjaar;
To voorstelt: het tarief van de vennootschapsbelasting zoals dat tarief
luidt voor de inwerkingtreding van artikel IV van deze wet;
Tn voorstelt: het tarief van de vennootschapsbelasting zoals dat tarief
luidt na de inwerkingtreding van artikel IV van deze wet;
G voorstelt: het belastbare bedrag of het belastbare binnenlandse bedrag.
ARTIKEL VIII
De vennootschapsbelasting over een boekjaar dat voor 1 januari 1997 begint
en op of na die datum eindigt wordt, in afwijking in zoverre van artikel
22 van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969, berekend volgens de
volgende formule:
belasting = (X/B x To x G) + (Y/B x Tn x G),
waarin
X voorstelt: het aantal voor 1 januari 1997 vallende dagen van het boekjaar;
Y voorstelt: het aantal na 31 december 1996 vallende dagen van het boekjaar;
B voorstelt: het totale aantal dagen van het boekjaar;
To voorstelt: het tarief van de vennootschapsbelasting zoals dat tarief
luidt voor de inwerkingtreding van artikel V van deze wet;
Tn voorstelt: het tarief van de vennootschapsbelasting zoals dat tarief
luidt na de inwerkingtreding van artikel V van deze wet;
G voorstelt: het belastbare bedrag of het belastbare binnenlandse bedrag.
ARTIKEL IX
De vennootschapsbelasting over een boekjaar dat voor 1 januari 1998 begint
en op of na die datum eindigt wordt, in afwijking in zoverre van artikel
22 van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969, berekend volgens de
volgende formule:
belasting = (X/B x To x G) + (Y/B x Tn x G),
waarin
X voorstelt: het aantal voor 1 januari 1998 vallende dagen van het boekjaar;
Y voorstelt: het aantal na 31 december 1997 vallende dagen van het boekjaar;
B voorstelt: het totale aantal dagen van het boekjaar;
To voorstelt: het tarief van de vennootschapsbelasting zoals dat tarief
luidt voor de inwerkingtreding van artikel VI van deze wet;
Tn voorstelt: het tarief van de vennootschapsbelasting zoals dat tarief
luidt na de inwerkingtreding van artikel VI van deze wet;
G voorstelt: het belastbare bedrag of het belastbare binnenlandse bedrag.
ARTIKEL X
Deze wet treedt in werking met ingang van 1 januari 1996, mits het bij
koninklijke boodschap van 14 juli 1995 ingediende voorstel van wet tot wijziging
van de Wet belastingen op milieugrondslag in verband met de invoering van
een regulerende energiebelasting tot wet wordt verheven en met ingang van
1 januari 1996 in werking treedt alsmede het bij koninklijke boodschap van
24 augustus 1995 ingediende voorstel van wet tot wijziging van de Wet brutering
overhevelingstoeslag lonen tot wet wordt verheven en het in dat wetsvoorstel
opgenomen artikel III, onderdeel B, en de daarin genoemde algemene maatregel
van bestuur eveneens met ingang van 1 januari 1996 in werking treden.
Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat
alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat,
aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.
Gegeven
De Staatssecretaris van Financiën,