24 338
Wijziging van de Luchtvaartwet

nr. 3
MEMORIE VAN TOELICHTING

Bij wet van 7 juli 1994, Stb. 583, is de geluidsheffing opgenomen in de Luchtvaartwet. Hierbij is het tarief van de heffing per rekeneenheid geluidsproduktie vastgesteld op f 38,–.

De hoogte van dit tarief is in hoofdzaak gebaseerd op de kosten van geluidsisolatieproject Schiphol. De grondslagen van de financiering van de eerste fase van dit project zijn gelegen in de Luchtvaartwet en de tussen de Staat en de Stichting Geluidsisolatie Schiphol (SGIS) gesloten overeenkomsten, waarin de voorfinanciering door de SGIS is geregeld.

In de overeenkomst tussen de Staat en de SGIS is ter verzekering van een goede voortgang van het project een jaarlijkse raming van inkomsten van de geluidsheffing opgenomen. Voor 1995 is daartoe uitgegaan van een tarief per rekeneenheid van f 40,–. Dit tarief is bij wet van 4 mei 1995, Stb. 315, opgenomen. Om een jaarlijks terugkerende wijziging te voorkomen voorziet deze regeling in de vaststelling van het tarief van de geluidsheffing tot het jaar 2006.

De Minister van Verkeer en Waterstaat,

A. Jorritsma-Lebbink

De Staatssecretaris van Defensie,

J. C. Gmelich Meijling

Naar boven