nr. 10
BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Rijswijk, 19 april 1996
Hierbij doe ik u het Beleidstoetsingskader voor de sector verpleeghuizen toekomen1. Dit Beleidstoetsingskader vormt
een (gedeeltelijke) uitwerking van de geformuleerde wenselijke en toekomstige
structuur in de ouderenzorg, zoals verwoord in de beleidsbrief Modernisering
Ouderenzorg d.d. 1 september 1995, (Tweede Kamer, vergaderjaar 1994–1995,
24 333, nr. 1), naar de huidige praktijk.
Binnen de bestaande huidige wettelijke kaders van onder meer de Wet ziekenhuisvoorzieningen
en de Wet op de bejaardenoorden is een aanzet gegeven om toe te groeien naar
een meer geïntegreerd zorgaanbod van verzorgings- en verpleeghuiszorg.
Dit zal met name gebeuren door het versterken van het aanbod aan verpleeghuiszorg
in verzorgingshuizen. Daarnaast zal een meer flexibel zorgaanbod worden gestimuleerd
en zal het aanbod van extramurale verpleeghuiszorg worden vergroot waardoor
mensen langer in de thuissituatie kunnen worden verzorgd en verpleegd.
Dit toetsingskader is primair geschreven met het oog op de heroverweging
van lopende aanvragen in het kader van de Wet Ziekenhuisvoorzieningen (WZV).
Een lijst van de te heroverwegen initiatieven is u op 3 november 1995, kenmerk
FBP/EP/95685, toegezonden.
De werking van het Beleidstoetsingskader beperkt zich echter niet alleen
tot de te heroverwegen initiatieven. Alle WZV-aanvragen zullen worden beoordeeld
aan de hand van het beleid c.q. de criteria zoals in onderhavig toetsingskader
neergelegd.
Om daadwerkelijk tot een heroverweging c.q. beoordeling van (lopende)
WZV-aanvragen over te kunnen gaan dienen de Richtlijnen ex artikel 3 van de
WZV te worden gewijzigd. Op korte termijn zullen deze dan ook worden aangepast
conform onderhavig toetsingskader.
Het concept-Beleidstoetsingskader is op 14 december 1995, kenmerk DOB/VH-U-9510095,
aan de Voorzitter van de vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en
Sport gestuurd. Hierbij werd tevens aangekondigd dat diverse veldpartijen
om commentaar zouden worden gevraagd.
Ondertussen heb ik dit commentaar ontvangen en grotendeels verwerkt in
bijgevoegde definitieve versie. Een nadere motivering waarom ik enkele opmerkingen
niet heb verwerkt in het Beleidstoetsingskader treft u in bijgevoegd begeleidend
schrijven aan de Nederlandse Vereniging voor Verpleeghuiszorg aan1 .
De financiële middelen die in het kader van de bouwprioritering beschikbaar
worden gesteld zijn beperkt. De omvorming c.q. transformatie dient in eerste
instantie plaats te vinden middels de al in een regio beschikbare middelen
(zowel WBO- als AWBZ-middelen). Onder andere door een herschikking van de
beschikbare middelen kan er een ander zorgaanbod worden gerealiseerd. De verschillende
betrokken partijen in een regio zullen worden verzocht hiertoe voorstellen
te ontwikkelen.
Het is aan de partijen om aan het voorgestane beleid nader vorm te geven.
Daar waar mogelijk zal de realisering van nieuw beleid zo veel mogelijk worden
gestimuleerd.
De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
E. G. Terpstra