24 331
Afwijking van het aanpassingsmechanisme in de Wet individuele huursubsidie voor de duur van het subsidietijdvak dat is aangevangen op 1 juli 1995 en loopt tot en met 30 juni 1996

nr. 3
MEMORIE VAN TOELICHTING

Bij de wet van 31 mei 1995 (Stb. 310) zijn voor het subsidietijdvak 1995–1996 de meeste huurcijfers in de Wet individuele huursubsidie met 4,5% (verwachte gemiddelde huurstijging) verhoogd. Op één plaats is dit echter verzuimd, zodat daar onbedoeld het oude percentage van 5,5 is blijven staan. Het betreft hier de zogenaamde aftoppingsgrens in de kwaliteitskorting. In de al in het voorjaar voorlopig bekendgemaakte tabellen (brieven van de Directeur-Generaal van de Volkshuisvesting en van de Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer van 20 april 1995 respectievelijk 11 mei 1995 gericht aan de colleges van burgemeester en wethouders) en in de definitieve tabellen (Stcrt. 1995, 122, bladzijde 16) is op dit punt wel met 4,5% gerekend. Om problemen in de uitvoering en beperkte, onbedoelde subsidie-uitgaven te voorkomen wordt voorgesteld een reparatie uit te voeren met terugwerkende kracht tot en met 1 juli 1995 om de tabellen op dit onderdeel alsnog van een correcte grondslag te voorzien.

De Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer,

D. K. J. Tommel