nr. 1
KONINKLIJKE BOODSCHAP
Aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Wij bieden U hiernevens ter overweging aan een voorstel van Wet houdende
regels betreffende de financiële verstrekkingen ten laste van de begroting
van het Ministerie van Financiën (Kaderwet financiële verstrekkingen
Financiën).
De toelichtende memorie (en bijlagen), die het Wetsvoorstel vergezelt,
bevat de gronden waarop het rust.
En hiermede bevelen Wij U in Godes heilige bescherming.
's-Gravenhage,
29 mei 1995
Beatrix
nr. 2
VOORSTEL VAN WET
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van
Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is een wettelijk
kader te scheppen voor de financiële verstrekkingen ten laste van de
begroting van het Ministerie van Financiën;
Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der
Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en
verstaan bij deze:
Artikel 1
Voor de toepassing van het bij of krachtens deze wet bepaalde wordt verstaan
onder:
a. Onze Minister: Onze Minister van Financiën;
b. ondernemer:
1. een natuurlijk persoon voor wiens rekening een onderneming in de zin
van de Wet op de inkomstenbelasting 1964 wordt gedreven;
2. een belastingplichtige in de zin van de Wet op de vennootschapsbelasting
1969;
c. verstrekking van financiële middelen: de terbeschikkingstelling
van financiële middelen, anders dan als betaling voor zaken
of diensten of ter voldoening aan een verplichting tot schadevergoeding.
Artikel 2
1. In overeenstemming met Onze Minister van Economische Zaken kan Onze
Minister garanties verlenen in verband met door een kredietinstelling aan
ondernemers te verstrekken financiële middelen.
2. Een kredietinstelling, bedoeld in het eerste lid, dient te beschikken
over een vergunning als bedoeld in artikel 2 van de Wet toezicht kredietwezen
1992 en overigens te voldoen aan nader door Onze Minister te stellen regels.
Artikel 3
1. In overeenstemming met Onze Minister van Economische Zaken kan Onze
Minister verzekeringen of garanties in herverzekering nemen die een verzekeringsbedrijf
met ondernemers heeft afgesloten onderscheidenlijk aan deze ondernemers heeft
afgegeven ter dekking van aan het handels- en dienstenverkeer met landen buiten
Nederland verbonden risico's.
2. In overeenstemming met Onze ministers die het mede aangaat kan Onze
Minister verzekeringen in herverzekering nemen die een verzekeringsbedrijf
heeft afgesloten ter dekking van niet-commerciële risico's verbonden
aan investeringen in ontwikkelingslanden en andere door Onze Minister in overleg
met Onze Minister van Economische Zaken aangewezen landen.
3. Een verzekeringsbedrijf, bedoeld in het eerste en tweede lid, dient
te beschikken over een vergunning als bedoeld in artikel 11 van de Wet toezicht
verzekeringsbedrijf 1993 en overigens te voldoen aan nader door Onze minister
in overeenstemming met Onze ministers die het mede aangaat te stellen regels.
Artikel 4
Onze Minister kan aan een naamloze- of besloten vennootschap, waarvan
de Staat in het aandelenkapitaal deelneemt, een garantie verlenen, mits de
begroting van zijn ministerie, dan wel de daarbij behorende toelichting de
naam van de betrokken vennootschap vermeldt.
Artikel 5
1. Onze Minister kan overeenkomstig nader door hem te stellen regels aan
particuliere participatiemaatschappijen garanties verstrekken in verband met
door die maatschappijen aan ondernemers verstrekt risicodragend vermogen.
2. De regels als bedoeld in het eerste lid bevatten in ieder geval bepalingen
omtrent:
a. de criteria voor de verstrekking van financiële middelen;
b. de aanvraag van en de besluitvorming omtrent de verstrekking van financiële
middelen;
c. de verplichtingen voor diegenen aan wie financiële middelen zijn
verstrekt.
Artikel 6
Onze Minister stelt jaarlijks in overeenstemming met Onze ministers die
het mede aangaat de bedragen vast tot welke ten hoogste verplichtingen kunnen
worden aangegaan op grond van het bepaalde in de artikelen 2 en 3 en maakt
deze bedragen bekend in de Nederlandsche Staatscourant.
Artikel 7
1. De Wet herverzekering investeringen wordt ingetrokken.
2. De artikelen van deze wet treden in werking op een bij koninklijk besluit
te bepalen tijdstip, dat voor de verschillende artikelen of onderdelen daarvan
verschillend kan worden vastgesteld.
Artikel 8
Deze wet kan worden aangehaald als: Kaderwet financiële verstrekkingen
Financiën.
Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat
alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat,
aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.
Gegeven
De Minister van Financiën,