24 109
Een bijzondere voorziening voor de versnelde uitvoering van werken tot versterking van enige dijkvakken langs de Rijn en zijn zijtakken en langs de bedijkte Maas, alsmede van werken tot aanleg van kaden langs de onbedijkte Maas en langs een gedeelte van de Rijksweg A2 (Deltawet grote rivieren)

nr. 1
KONINKLIJKE BOODSCHAP

Aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Wij bieden U hiernevens ter overweging aan een voorstel van wet houdende een bijzondere voorziening voor de versnelde uitvoering van werken tot versterking van enige dijkvakken langs de Rijn en zijn zijtakken en langs de bedijkte Maas, alsmede van werken tot aanleg van kaden langs de onbedijkte Maas en langs een gedeelte van de Rijksweg A2 (Deltawet grote rivieren).

De toelichtende memorie (en bijlagen) die het wetsvoorstel vergezelt, bevat de gronden waarop het rust.

En hiermede bevelen Wij U in Godes heilige bescherming.

's-Gravenhage

7 maart 1995

Beatrix

nr. 2
Voorstel van wet

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat een bijzondere voorziening nodig is ten behoeve van een onverwijlde uitvoering van werken tot versterking van een aantal dijkvakken met het oog op het zo spoedig mogelijk bereikt moeten zijn van veiligheid tegen overstromingsgevaar bij hoogwater op de Rijn of een van zijn zijtakken of de Maas, alsmede ten behoeve van een onverwijlde uitvoering van werken tot aanleg of verhoging van kades langs de onbedijkte gedeelten van de Maas alsmede langs een gedeelte van de Rijksweg A2 met het oog op het zo spoedig mogelijk moeten voorkomen of beperken van wateroverlast;

Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

Artikel 1

1. Deze wet is van toepassing op de uitvoering van werken voor:

a. de versterking van de dijkvakken, opgenomen in de bij deze wet behorende lijst (bijlage 1);

b. de aanleg of de versterking van de kaden, aangegeven op de bij deze wet behorende lijst met bijbehorende kaarten (bijlage 2);

c. de aanleg van opslagplaatsen – in de nabijheid van de onder a en b bedoelde werken – van verontreinigde bodemmaterialen, afkomstig van de onder a en b bedoelde werken dan wel van in samenhang daarmee uitgevoerde rivierwerken;

d. de aanleg van kaden langs het gedeelte van de Rijksweg A2, aangegeven op de bij deze wet behorende kaart (bijlage 3).

2. De in het eerste lid bedoelde bijlagen kunnen worden gewijzigd bij algemene maatregel van bestuur. Een krachtens de eerste volzin vastgestelde algemene maatregel van bestuur treedt niet eerder in werking dan twee weken na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin hij is geplaatst. Van de plaatsing wordt onverwijld mededeling gedaan aan de beide Kamers der Staten-Generaal.

3. Na 1 januari 1997 is deze wet slechts van toepassing op de uitvoering van werken die zijn opgenomen op de lijst zoals deze bij wet is vastgesteld en ten aanzien waarvan vóór die datum een besluit als bedoeld in artikel 4, derde lid, is genomen.

Artikel 2

Ten aanzien van de uitvoering van de in artikel 1 bedoelde werken zijn de wettelijke voorschriften krachtens welke daarvoor een vergunning, ontheffing, vrijstelling of enig ander besluit is vereist, niet van toepassing.

Artikel 3

1. Voor zover richtlijn nr. 85/337/EEG van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 27 juni 1985 betreffende de milieu-effectbeoordeling van bepaalde openbare en particuliere projecten (PbEG L 175) van toepassing is met betrekking tot werken als bedoeld in artikel 1, wordt voor de uitvoering van die werken – met toepassing van artikel 2, derde lid, van die richtlijn – geheel vrijstelling verleend van de bepalingen van die richtlijn.

2. Hoofdstuk 7 van de Wet milieubeheer is op die werken niet van toepassing.

Artikel 4

1. Degene die als beheerder dient over te gaan tot de uitvoering van een werk als bedoeld in artikel 1, stelt een concept-plan van uitvoering met toelichting vast.

2. Uit het concept-plan en de toelichting blijkt welke gevolgen aan de uitvoering zijn verbonden en op welke wijze met de daarbij betrokken belangen, waaronder die van landschap, natuur, cultuurhistorie, volkshuisvesting, ruimtelijke ordening en milieu, is rekening gehouden.

3. Gedeputeerde staten stellen op basis van het concept-plan het plan met toelichting vast. Zij nemen hun besluit zo spoedig mogelijk doch uiterlijk binnen vier weken nadat het concept-plan met toelichting door de beheerder aan hen is toegezonden.

4. Op de voorbereiding van het besluit van gedeputeerde staten is de in afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht geregelde procedure van toepassing. In afwijking van artikel 3:11, eerste lid, van die wet bedraagt de daarin genoemde termijn twee weken.

5. De in artikel 1 bedoelde werken worden door de beheerder uitgevoerd overeenkomstig het door gedeputeerde staten vastgestelde plan.

Artikel 5

Indien ogenblikkelijke inbezitneming van onroerende zaken ten behoeve van de uitvoering van de in artikel 1 bedoelde werken volstrekt noodzakelijk geacht wordt, kan deze op last van gedeputeerde staten geschieden. De artikelen 73, vijfde en zesde lid, 74, 75 en 76 van de onteigeningswet zijn van toepassing.

Artikel 6

1. Tegen een besluit als bedoeld in artikel 4, derde lid, kan een belanghebbende beroep instellen bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.

2. Artikel 7:1 van de Algemene wet bestuursrecht is niet van toepassing.

3. In afwijking van artikel 6:7 van de Algemene wet bestuursrecht bedraagt de termijn voor het instellen van beroep twee weken.

4. Het beroep wordt behandeld met toepassing van afdeling 8.2.3 van de Algemene wet bestuursrecht.

5. De Afdeling bestuursrechtspraak beslist binnen zes weken na afloop van de termijn, bedoeld in het derde lid. In bijzondere omstandigheden kan de Afdeling deze termijn met ten hoogste vier weken verlengen.

Artikel 7

Voor zover blijkt dat een belanghebbende ten gevolge van de uitvoering van een werk als bedoeld in artikel 1 schade lijdt of zal lijden welke redelijkerwijs niet of niet geheel te zijnen laste behoort te blijven en waarvan de vergoeding niet of niet voldoende op andere wijze is verzekerd, kent het bestuursorgaan dat tot de uitvoering van het werk overgaat, aan die belanghebbende een naar billijkheid te bepalen schadevergoeding toe.

Artikel 8

1. Besluiten als bedoeld in artikel 2, die voor het tijdstip van inwerkingtreding van deze wet zijn genomen en op dat tijdstip nog niet onherroepelijk zijn geworden, vervallen van rechtswege. Besluiten die mede betrekking hebben op andere onderwerpen dan de uitvoering van de in artikel 1 bedoelde werken, vervallen slechts voor zover het die uitvoering betreft.

2. Een besluit als bedoeld in artikel 4, derde lid, geldt als aanvulling op besluiten als bedoeld in artikel 2 die voor het tijdstip van inwerkingtreding van deze wet zijn genomen en op dat tijdstip onherroepelijk zijn.

Artikel 9

Deze wet treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin zij wordt geplaatst.

Artikel 10

Deze wet wordt aangehaald als: Deltawet grote rivieren.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

Gegeven

De Minister van Verkeer en Waterstaat,

Bijlage 1 bij de Deltawet Grote Rivieren, als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onder a (in twee bladen)

Lijst van de te verbeteren urgente dijkvakken in het Rijnstroomgebied

dijkvakkenhektometreringlengte(km)
Waterschap IJsseldelta    
Kampen fase 1 (Molen-Bovenhaven)993.7 –994.6 1,1  
Kampen fase 3 (Buitenhaven-Haatlandhaven)996.4 –998.4 2,1  
Haatlandhaven-Roggebotsluis998.4 –1002.0 9,7 
Ramspol (Ganzesluis-Kattediep-Ramspol)996.3 –1002.3 6,0 
Ramspol (Keersluis)  0,4  
    19,3
Polderdistrict Betuwe    
Haalderen-Lent 86.0 – 153.0 6,7 
Kom Ochten107.6 – 120.3 1,3  
Ochten-IJzendoorn120.3 –130.3 1,0  
    9,0
Polderdistrict Groot Maas en Waal    
Afferden-Dreumel195.0 –383.3 18,8  
Erlecomse dam  0,1  
Gameren-Nieuwaal118.7 –156.3 3,7  
Heerewaarden  5,0  
Hurwenen23.8 – 50.3 2,6  
Nieuwaal-Zuilichem156.3 –189.7 3,4  
Ooyse Bandijk 55.0 – 104.0 4,9 
Zaltbommel-Oost 86.4 – 96.4 1,0  
Zaltbommel-West103.7 –118.7 1,5  
    41,0
Polderdistrict Rijn en IJssel    
RW A12-Lathum220.5 – 258.8 3,8 
    3,8
Waterschap Gelderse Vallei en Eem    
Grebbedijk (zwembad) 1.0 – 5.0 0,4 
Grebbedijk (Blauwe Kamer) 38.0 – 49.0 1,1 
    1,5
Polderdistrict Tieler- en Culemborgerwaarden    
Crobdijk-Haaften256.0 – 267.3 1,1  
Herwijnen Kerk-Den Hoek318.6 – 328.2 1,0  
Herwijnen 't Rot337.6 – 356.5 1,9  
Ophemert-Opijnen42.5 – 170.4 12,8  
Opijnen-Waardenburg170.4 –201.6 3,1  
Stadswallen Tiel  0,6  
Tiel Bellevue-Zennewijden 0.0 – 42.5 4,3  
Vuren356.5 –404.2 4,8  
Gorkum (+Dalem)404.2 – 436.0 3,2 
(1,2 km heeft betrekking op de overlaten in   32,8
beheer bij het Rijk)    

Lijst van de te verbeteren urgente dijkvakken in het Rijnstroomgebied

dijkvakkenhektometreringlengte(km)
Waterschap Oost-Veluwe    
Kloosterbosch-Kerkhofsdijkongen. deel –696,0 4,0  
    4,0
Hoogheemraadschap Alblasserwaard en Vijfheerenlanden    
Gorinchem – West-Hardinxveld-Giesendam-Oost/Wolpherense dijk338,070 –18,090 7,1 
Lexmond-VianenV29,000 –V64,000 6,8  
    13,9
Waterschap de Maaskant    
Maren-Kessel683 – 684 +697–701 0,5 
St. Jansbeek  0,1 
    0,6
     
Hoogheemraadschap West Brabant    
Dongedijken2.57– 3.8 1,4 
 +1.45 –1.64  1,4
     
Hhs Alm en Biesbosch    
Merwededijk fase V135,0 –150,0 1,5  
Noordwaard I/II120,0 – 215,0 9,0 
Noordwaard III215,0 – 265,0 5,0  
Sasdijk1087,0 –1110,0 0,9 
Wallen Woudrichem150,0 – 158,0 1,3  
 en 0,0 – 5,0   
    17,7
Totaal   145,0

Bijlage 2, als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onder b (met twee aanhangsels)

 KnelpuntLengte kade (km)
1Eijsden1,2
2Maastricht-Heugem, St. Pieter en -Wyck4,0
3Borgharen-Itteren16,5
4Aan de Maas3,4
5Meers-Maasband7,2
6Nattenhoven0,5
7Grevenbicht-Roosteren23,0
8Aasterberg2,3
9Ohé-Stevensweert13,3
10Brandt4,0
11Brachterbeek1,5
12Herten/Ool9,1
13Wessem0,7
14Horn2,2
15Roermond-Voorstand4,5
16Roermond-Haven1,0
17Roermond-Roer2,2
18Asselt0,0
19Buggenum0,5
20Beesel3,2
21Hanssum4,0
22Kessel0,2
23Belfeld0,5
24Maasbree-kassen4,5
25Tegelen3,5
26Venlo1,8
27Venlo1,9
28Velden-kassen2,2
29Venlo-ind.I1,8
30Venlo-ind. II1,3
31Grubbenvorst0,7
32Hasselt3,6
33Lottum0,2
34Lomm0,0
35Arcen7,6
36Broekhuizen1,3
37Ooijen1,7
38Bergen-hotel0,0
39Blitterwijck1,2
40Meerlo-fabriek0,5
41Well4,2
42Elsteren-kassen5,0
43Wanssum-haven7,7
44Leuken1,2
45Kamp0,7
46Geijsteren1,0
47Aijen6,4
48Bergen3,8
49Nieuw-bergen2,7
50Heukelom0,9
51Heijen-haven1,4
52Gennep-Niers3,7
53Milsbeek1,0
54Middelaar8,3
55Plasmolen5,7
56Mook2,8

AANHANGSEL 1, BEHOREND BIJ BIJLAGE 2

AANHANGSEL 2, BEHOREND BIJ BIJLAGE 2

Bijlage 3 bij de Deltawet grote rivieren, als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onder d

Naar boven