24 087
Bijzondere bepalingen in verband met de vernieuwing van het openbaar bestuur in de provincie Rotterdam (Wet bijzondere bepalingen provincie Rotterdam)

nr. 18
DERDE NOTA VAN WIJZIGING

Ontvangen 29 november 1995

Het voorstel van wet wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 3.1.2, eerste lid, wordt «de paragrafen 3.2 en 3.3» gewijzigd in: de paragrafen 3.2, 3.3 en 3.4.

B

Het opschrift van afdeling 4.2 komt te luiden: Onbewoonbaarverklaring.

C

De indeling in paragrafen van afdeling 4.2 komt te vervallen.

D

Het opschrift van afdeling 4.4 komt te luiden: POLITIE, BRANDWEER, ONGEVALS- EN RAMPENBESTRIJDING EN GENEESKUNDIGE HULPVERLENING BIJ RAMPEN.

E

In artikel 7.1.2.1a, eerste lid, onder b, wordt «de artikelen 3.3.1 en 3.15.1» vervangen door: de artikelen 2.1.1, 3.3.1 en 3.15.1.

Toelichting

Deze derde nota van wijziging bevat het herstel van enkele vergissingen die zijn gemaakt bij het uitbrengen van de tweede nota van wijziging.

In de tweede nota van wijziging is een paragraaf in hoofdstuk 3 ingevoegd, omtrent de verdeling van de regionale uitkering. Artikel 3.1.2 dient ook naar deze nieuwe paragraaf te verwijzen. Dit is in de tweede nota van wijziging niet opgenomen. In onderdeel A wordt deze omissie hersteld.

Door het schrappen van paragraaf 4.2.1 in de tweede nota van wijziging kan de indeling in paragrafen van afdeling 4.2 worden gemist. Onderdeel C laat de paragraafindeling vervallen, onderdeel B past het opschrift van de afdeling aan.

De tweede nota van wijziging laat paragraaf 4.4.6 omtrent openbare manifestaties vervallen. Daarmee samenhangend had het opschrift van afdeling 4.4 aangepast moeten worden. Dit geschiedt nu in onderdeel D.

In de tweede nota van wijziging is in de overgangsbepalingen een bijzondere regeling opgenomen omtrent het inpassen van de uitkeringen op grond van de artikelen 3.3.1 en 3.15.1 van het Besluit verfijningen algemene uitkering 1984 in de verdeling van de regionale uitkering (artikel 7.1.2.1a). Dit zijn de tijdelijke verfijning monumenten en de tijdelijke verfijning rioleringen. Daarbij had ook een andere verfijning met een tijdelijk karakter opgenomen moeten worden, de verfijning omvangrijke bouwopgave. Onderdeel E voegt deze verfijning toe.

De Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken,

A. G. M. van de Vondervoort

Naar boven