Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 26 november 2015
Graag bied ik u hierbij de reactie aan op het verzoek van de vaste commissie voor
Europese Zaken van 26 november 2015 inzake het openen van onderhandelingen met Turkije
over hoofdstuk 17 (economisch en monetair beleid).
Het kabinet heeft de Kamer in de afgelopen periode meermaals geïnformeerd over de
opening van hoofdstuk 17. In de Kamerbrief van 27 oktober jl. (Kamerstuk 21 501-20, nr. 1028), evenals in het antwoord op Kamervragen van de leden Voortman (GroenLinks), Klein
(Klein) en Sjoerdsma (D66) van 9 november jl. (Aanhangsel Handelingen II 2015/16,
nr. 512) over het EU-Turkije actieplan migratie, wordt gesproken over hoofdstuk 17 als eerstvolgende
hoofdstuk dat zal worden geopend in het kader van de toetredingsonderhandelingen met
Turkije. Deze bespreking is overigens geen gevolg van een Turks verzoek, maar hernieuwd
ter hand genomen na opheffing van de Franse blokkade op dit hoofdstuk begin dit jaar.
Het openen van een hoofdstuk binnen de systematiek van toetredingsonderhandelingen
is een technisch proces, waarbij de Commissie een voorstel doet tot het openen van
onderhandelingen over een hoofdstuk op het moment dat zij de wet- en regelgeving van
het land op dat betreffende deel van het acquis voldoende op orde acht om onderhandelingen over de volledige overname van het EU-acquis te kunnen beginnen. Deze conclusie wordt getrokken op basis van een uitgebreide analyse
van het beleidsterrein in relatie tot de vereisten van het acquis.
In het plenair debat van 5 november jl. (Handelingen II 2015/16, nr. 21, Europese top, JBZ-Raad en migratietop) over de uitkomsten van de Europese top van
15 en 16 oktober jl., de JBZ-Raad op 9 november 2015 en de inzet voor de migratietop
van 11 en 12 november 2015 (Kamerstuk 21 501-20, nr. 1049), stelde de Minister-President dat Nederland geen bezwaar had tegen het openen van
onderhandelingen over hoofdstuk 17. In de Kamerbrief van 24 november jl. (Kamerstuk
21 501-20, nr. 1053) over de EU-Turkije Top over het actieplan migratie, heeft het kabinet de Kamer vervolgens
geïnformeerd dat Nederland recent had ingestemd met het openen van dit hoofdstuk.
Nu instemming van alle lidstaten is verkregen, zal de onderhandelingspositie van de
EU op dit hoofdstuk, de EU Common Position, worden doorgeleid naar de Raad voor bekrachtiging. Dit figureert als A-punt op de
agenda van de Raad. Vervolgens wordt een intergouvernementele conferentie georganiseerd
met het land in kwestie waar het hoofdstuk formeel wordt geopend. De verwachting is
dat dit voor hoofdstuk 17 in december het geval zal zijn. Via de betreffende geannoteerde
agenda zult u worden geïnformeerd op welke Raad de EU Common Position voor hoofdstuk
17 bekrachtigd zal worden.
De Minister van Buitenlandse Zaken,
A.G. Koenders