23 818
Wijziging van de Wet van 11 mei 1956 (Stb. 242), houdende enige regelen betreffende het gebruik van de Friese taal, in het bijzonder in het rechtsverkeer (verruiming van de mogelijkheden van het gebruik van het Fries)

nr. 9
AMENDEMENTEN VAN HET LID O. P. G. VOS

Ontvangen 14 maart 1995

De ondergetekende stelt de volgende amendementen voor:

In artikel I wordt onderdeel C als volgt gewijzigd:

I

In de aanhef wordt de zinsnede «worden twee artikelen» vervangen door: wordt een artikel.

II

Artikel 12 vervalt.

Toelichting

Van verdachten of getuigen, die binnen de provincie Friesland Fries spreken, mag verwacht worden dat zij ter terechtzitting in een strafzaak buiten de provincie Friesland in staat zijn zich op adequate wijze in het Nederlands uit te drukken. Voor het zeer incidentele geval waarin dat voor betrokkenen niet mogelijk is, is geen afzonderlijke wettelijke voorziening noodzakelijk en gewenst. Daarin wordt reeds door artikel 306 Wetboek van Strafvordering voorzien.

O. P. G. Vos

Naar boven