23 259
Voorstel van wet van het lid Van Boxtel houdende regels tot versterking van de rechtspositie van hen die een medische keuring ondergaan (Wet op de medische keuringen)

nr. 14
TWEEDE NOTA VAN WIJZIGING

Ontvangen 3 november 1995

In het gewijzigd voorstel van wet (stuk nr. 6) moeten de volgende wijzigingen worden aangebracht:

I

Aan artikel 1, wordt – onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel e door een puntkomma – een nieuw onderdeel f toegevoegd, luidende:

f. vragengrens: het bedrag waar beneden door de keuringvrager geen vragen mogen worden gesteld over onderzoek gericht op de erfelijke aanleg voor ziekte en de resultaten van dergelijk onderzoek.

II

Aan het tweede lid van artikel 4 wordt een volzin toegevoegd, luidende: Bij andere beoordelingen dan de medische keuring mogen geen vragen worden gesteld noch anderszins inlichtingen worden ingewonnen over de gezondheidstoestand van de keurling en over diens ziekteverzuim in het verleden.

III

Het eerste lid van artikel 5 wordt vervangen door:

1. Bij een keuring in verband met het aangaan of wijzigen van een verzekering mogen geen vragen worden gesteld over in artikel 3, tweede lid, onderdeel a, genoemde ziekten, voor zover die op erfelijkheid betrekking hebben, bij de aspirant-verzekerde en bij diens bloedverwanten en over onderzoek bij de aspirant-verzekerde en bij diens bloedverwanten gericht op de erfelijke aanleg voor ziekte en de resultaten van dergelijk onderzoek, indien de te sluiten verzekering de vragengrens niet overschrijdt. Bij de behandeling van de aanvrage voor het aangaan of wijzigen van een verzekering en bij een keuring in dat verband mogen geen uit andere hoofde reeds bij de keuringvrager, de keurend arts of geneeskundig adviseur aanwezige erfelijke gegevens over bloedverwanten van de aspirant-verzekerde worden gebruikt.

IV

In artikel 7 wordt «als bedoeld in de artikelen 3 en 6» vervangen door: als bedoeld in de artikelen 3, 5 en 6.

Naar boven