23 207
Regels voor de bewaring, het beheer en de verstrekking van gegevens van donoren bij kunstmatige donorinseminatie (Wet donorgegevens kunstmatige inseminatie)

nr. 12
BRIEF VAN DE MINISTER VAN JUSTITIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

's-Gravenhage, 28 oktober 1998

Bij brief van 2 september jl., kenmerk 715765/98/6, heb ik toegezegd u nader te zullen berichten over de voortgang van bovenvermeld wetsvoorstel. Gelet ook op het aan mij gedane verzoek van de vaste commissie voor Justitie van 4 september jl. om na te (laten) gaan in welke zin het wetsvooorstel de bereidheid van mannen om sperma te doneren beïvloedt, deel ik u mede namens de Minister van Volksgezondheid Welzijn en Sport mede dat wij voornemers zijn een onderzoek onder KI-donoren te laten verrichten naar de effecten van de onderhavige regeling, in het bijzonder het voorstel van een mogelijke opheffing van de anonimiteit van de KI-donor.

Dit onderzoek zal er op gericht zijn de opvattingen van spermadonoren te inventariseren met betrekking tot de wenselijkheid van de voorgenomen regeling in het algemeen en de betekenis daarvan voor hun eigen situatie. Het gaat er daarbij vooral om verantwoorde informatie en voldoende inzicht te verkrijgen inzake het te verwachten gedrag van spermadonoren voor wat betreft het al dan niet continueren van het donorschap en hun motieven daarvoor indien als gevolg van het onderhavige wetsvoorstel de anonimiteit van de donor niet meer gewaarborgd zou zijn.

Naar verwachting zal het onderzoek vóór eind 1999 kunnen zijn afgerond. In verband daarmede gaan wij ervan uit dat de behandeling van het onderhavige wetsvoorstel zal worden opgeschort totdat de uitkomsten van dit onderzoek bekend zullen zijn.

De Minister van Justitie,

A. H. Korthals