Kamerstuk
| Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Dossier- en ondernummer | Datum ontvangst |
|---|---|---|---|---|
| Tweede Kamer der Staten-Generaal | 1994-1995 | 23078 nr. 10 |
Authentieke versie (PDF)
Informatie
Gerelateerd
Printen
Delen
23 078
Wijziging van onder meer de Wet op het basisonderwijs, de Interimwet
op het speciaal onderwijs en het voortgezet speciaal onderwijs en de Wet op
het voortgezet onderwijs in verband met sociale vernieuwing (Regeling samenwerking
sociale vernieuwing onderwijs)
nr. 10
TWEEDE NOTA VAN WIJZIGING
Ontvangen 27 februari 1995
Het voorstel van wet wordt als volgt gewijzigd:
De tekst van artikel I na «De Wet op het basisonderwijs wordt gewijzigd als volgt:» wordt aangeduid als onderdeel A.
In artikel I, onderdeel A, komt artikel 110b, tweede lid, te luiden:
2. In de overeenkomst leggen partijen vast dat zij ervoor zorgdragen dat gedwongen ontslag van personeel als gevolg van de samenwerking wordt voorkomen. Indien de uitvoering van de overeenkomst niettemin leidt tot extra kosten in verband met ontslaguitkeringen, worden deze kosten in mindering gebracht op de rijksvergoeding aan die van de aan de overeenkomst deelnemende partijen, bij wie de ontslaguitkering is ontstaan. In de overeenkomst nemen partijen een regeling op om de kosten die ingevolge de vorige volzin in mindering worden gebracht, op billijke wijze te verrekenen tussen de aan de overeenkomst deelnemende partijen.
In artikel I, onderdeel A, vervalt artikel 110c.
In artikel I, onderdeel A, vervalt artikel 110d, tweede, derde en vierde lid, alsmede de lidaanduiding van het eerste lid.
In artikel I, onderdeel A, vervalt artikel 110e, derde lid.
In artikel I, onderdeel A, wordt artikel 110f als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid wordt na «door personeel te verrichten activiteiten» ingevoegd: in het kader van de sociale vernieuwing in het onderwijs.
2. Het tweede, derde, vijfde, zesde en zevende lid vervallen.
In artikel I, onderdeel A, komt artikel 110g te luiden:
Artikel 110g. Melding samenwerkingsovereenkomst
Indien een samenwerkingsovereenkomst is gesloten als bedoeld in artikel 110b worden de activiteiten die hieruit voortvloeien, in een gezamenlijk document vermeld en wordt in het schoolwerkplan van de deelnemende scholen naar dit document verwezen.
In artikel I, onderdeel A, vervalt artikel 110n.
In artikel I, onderdeel A, vervalt artikel 110o.
In artikel I, onderdeel A, komt artikel 110p te luiden:
Een belanghebbende kan beroep instellen bij gedeputeerde staten tegen een beslissing tot het aangaan van een samenwerkingsovereenkomst als bedoeld in artikel 110b, eerste lid, tweede volzin.
In artikel I wordt na onderdeel A, artikel 110p, ingevoegd een onderdeel B, luidende:
In artikel 111a vervalt het tiende lid en wordt het elfde lid vernummerd tot tiende lid.
De tekst van artikel II na «Interimwet op het speciaal onderwijs en het voortgezet speciaal onderwijs wordt gewijzigd als volgt:» wordt aangeduid als onderdeel A.
In artikel II, onderdeel A, komt artikel 106b, tweede lid, te luiden:
2. In de overeenkomst leggen partijen vast dat zij ervoor zorgdragen dat gedwongen ontslag van personeel als gevolg van de samenwerking wordt voorkomen. Indien de uitvoering van de overeenkomst niettemin leidt tot extra kosten in verband met ontslaguitkeringen, worden deze kosten in mindering gebracht op de rijksvergoeding aan die van de aan de overeenkomst deelnemende partijen, bij wie de ontslaguitkering is ontstaan. In de overeenkomst nemen partijen een regeling op om de kosten die ingevolge de vorige volzin in mindering worden gebracht, op billijke wijze te verrekenen tussen de aan de overeenkomst deelnemende partijen.
In artikel II, onderdeel A, vervalt artikel 106c.
In artikel II, onderdeel A, vervalt artikel 106d, tweede, derde en vierde lid, alsmede de lidaanduiding van het eerste lid.
In artikel II, onderdeel A, vervalt artikel 106e, derde lid.
In artikel II, onderdeel A, wordt artikel 106f als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid wordt na «door personeel te verrichten activiteiten» ingevoegd: in het kader van de sociale vernieuwing in het onderwijs.
2. Het tweede, derde, vijfde, zesde en zevende lid vervallen.
In artikel II, onderdeel A, komt artikel 106g te luiden:
Artikel 106g. Melding samenwerkingsovereenkomst
Indien een samenwerkingsovereenkomst is gesloten als bedoeld in artikel 106b worden de activiteiten die hieruit voortvloeien, in een gezamenlijk document vermeld en wordt in het schoolwerkplan van de deelnemende scholen naar dit document verwezen.
In artikel II, onderdeel A, vervalt artikel 106l.
In artikel II, onderdeel A, vervalt artikel 106m.
In artikel II, onderdeel A, komt artikel 106n te luiden:
Een belanghebbende kan beroep instellen bij gedeputeerde staten tegen een beslissing tot het aangaan van een samenwerkingsovereenkomst als bedoeld in artikel 106b, eerste lid, tweede volzin.
In artikel II wordt na onderdeel A, artikel 106o, ingevoegd een onderdeel B, luidende:
In artikel 107a vervalt het tiende lid en wordt het elfde lid vernummerd tot tiende lid.
In artikel III wordt na onderdeel A, artikel 99, ingevoegd een nieuw onderdeel Aa, luidende:
In artikel 102b vervalt het tiende lid en wordt het elfde lid vernummerd tot tiende lid.
In artikel III, onderdeel B, komt artikel 118b, tweede lid, te luiden:
2. In de overeenkomst leggen partijen vast dat zij ervoor zorgdragen dat gedwongen ontslag van personeel als gevolg van de samenwerking wordt voorkomen. Indien de uitvoering van de overeenkomst niettemin leidt tot extra kosten in verband met ontslaguitkeringen, worden deze kosten in mindering gebracht op de rijksvergoeding aan die van de aan de overeenkomst deelnemende partijen, bij wie de ontslaguitkering is ontstaan. In de overeenkomst nemen partijen een regeling op om de kosten die ingevolge de vorige volzin in mindering worden gebracht, op billijke wijze te verrekenen tussen de aan de overeenkomst deelnemende partijen.
In artikel III, onderdeel B, vervalt artikel 118c.
In artikel III, onderdeel B, vervalt artikel 118d, tweede, derde en vierde lid, alsmede de lidaanduiding van het eerste lid.
In artikel III, onderdeel B, vervalt artikel 118e, derde lid.
In artikel III, onderdeel B, wordt artikel 118f als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid wordt na «door personeel te verrichten activiteiten» ingevoegd: in het kader van de sociale vernieuwing in het onderwijs.
2. Het tweede, derde, vijfde, zesde en zevende lid vervallen.
In artikel III, onderdeel B, komt artikel 118g te luiden:
Artikel 118g. Melding samenwerkingsovereenkomst
Indien een samenwerkingsovereenkomst is gesloten als bedoeld in artikel 118b worden de activiteiten die hieruit voortvloeien, in een gezamenlijk document vermeld en wordt in het schoolwerkplan van de deelnemende scholen naar dit document verwezen.
In artikel III, onderdeel B, vervalt artikel 118l.
In artikel III, onderdeel B, vervalt artikel 118m.
In artikel III, onderdeel B, wordt in artikel 118n, eerste volzin, «leerlingen van 14 jaar en ouder die behoren tot een van de groepen leerlingen met een niet-Nederlandse culturele achtergrond, bedoeld in het Besluit leerlingen met een niet-Nederlandse culturele achtergrond W.V.O.» vervangen door: leerlingen van 14 jaar en ouder die behoren tot een van de groepen leerlingen, bedoeld in artikel 37 van het Inrichtingsbesluit v.w.o.-h.a.v.o.-m.a.v.o.-v.b.o.
In artikel III, onderdeel B, komt artikel 118o te luiden:
Een belanghebbende kan beroep instellen bij gedeputeerde staten tegen een beslissing tot het aangaan van een samenwerkingsovereenkomst als bedoeld in artikel 118b, eerste lid, tweede volzin.
Artikel IV komt te luiden:
Artikel IV. Wijziging WBO, ISOVSO en WVO in verband met deelontslag
Tot een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip wordt in artikel 110b, tweede lid, van de Wet op het basisonderwijs, artikel 106b, tweede lid, van de Interimwet op het speciaal onderwijs en het voortgezet speciaal onderwijs, en 118b, tweede lid, van de Wet op het voortgezet onderwijs telkens «gedwongen ontslag van personeel» vervangen door: gedwongen ontslag of deelontslag van personeel.
Artikel V vervalt.
Artikel Va komt te luiden:
De Tijdelijke wet stimulering sociale vernieuwing wordt gewijzigd als volgt:
Na artikel 15 wordt ingevoegd artikel 15a, luidende:
Onze Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen zendt in overeenstemming met Onze Minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij en Onze Minister van Binnenlandse Zaken binnen vier jaar na de inwerkingtreding van de artikelen 25a tot en met 25c aan de Staten-Generaal een verslag over de doeltreffendheid en de effecten van die artikelen in de praktijk.
Artikel 38 wordt gewijzigd als volgt:
1. In het eerste lid wordt de tweede volzin vervangen door: De artikelen 1 tot en met 15 en 16 tot en met 38 vervallen met ingang van 1 januari 1997, tenzij voor dit tijdstip een voorstel tot wijziging van artikel 38 bij de Staten-Generaal is ingediend. De wet wordt ingetrokken vier jaar na de inwerkingtreding van de artikelen 25a tot en met 25c.
2. Het derde lid vervalt.
Artikel VI komt te luiden:
Deze wet treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin zij wordt geplaatst.
Het onder het vorige kabinet ingediende wetsvoorstel wordt wat de inhoud betreft door het huidige kabinet gesteund. Echter, naar het oordeel van ondergetekenden kan het worden vereenvoudigd zonder dat aan de essentie ervan wordt getornd. Een aantal bepalingen is derhalve in deze nota van wijziging geschrapt, waardoor de beleidslasten voor onderwijs en overheid worden verminderd. Voorts is het overgangsrecht geactualiseerd.
Het opnemen van onderdeel K, bevattende de wijziging van artikel 111a van de WBO, die in het wetsvoorstel was opgenomen in artikel IV, brengt met zich mee dat de bestaande tekst van artikel I als onderdeel A is aangeduid.
(artikelen 110b en 110c WBO, 106b en 106c ISOVSO en 118b en 118c WVO)
De bepalingen ten aanzien van de samenwerkingsovereenkomst zijn ingekort zonder dat aan de essentie is getornd, namelijk dat samenwerkingsovereenkomsten niet tot wachtgeldaanspraken voor het Rijk leiden. Het tweede lid van artikel 110c van de WBO is als nieuw tweede lid toegevoegd aan artikel 110b van de WBO, zij het dat de bepaling over het deeltijdontslag is geschrapt, aangezien het in het voornemen ligt de mogelijkheid van deelontslagen in de nabije toekomst af te schaffen. Voor de ISOVSO en de WVO is dezelfde lijn gevolgd. Artikel IV strekt ertoe het deelontslag tot dat moment in genoemde wetten op te nemen.
(artikelen 110d WBO, 106d ISOVSO en 118d WVO)
De bepalingen over de oprichting van een plaatselijk fonds zijn ingekort. Essentieel voor het Rijk is de zekerheid dat de achterstandsmiddelen van rijkswege (aan scholen of aan gemeenten toebedeeld) voor dat doel worden ingezet. Als de wet een dergelijke bepaling bevat (de middelen die in het fonds zijn gestort, dienen te worden ingezet ten behoeve van onderwijsachterstanden) biedt dat voldoende aangrijpingspunten voor sancties als de middelen voor andere zaken worden aangewend.
(artikelen 110e WBO, 106e ISOVSO en 118e WVO)
De bepalingen betreffende de financiële middelen ten behoeve van het fonds zijn ingekort. Essentie is dat in het fonds achterstandsmiddelen van scholen gebundeld kunnen worden en dat de gemeente eigen geld kan toevoegen. Aan die essentie wordt niet getornd.
(artikelen 110f WBO, 106f ISOVSO en 118f WVO)
De bepalingen over het plan van activiteiten zijn eveneens beknopter opgezet. De essentie dat schoolbesturen gezamenlijk personeel kunnen inzetten voor achterstandsbestrijding en dat de gemeente eigen personeel kan toevoegen, is daarbij niet aangetast.
(artikelen 110g WBO, 106g ISOVSO en 118g WVO)
De artikelen inzake de melding van de samenwerkingsovereenkomst zijn vereenvoudigd. Volstaan wordt met de bepaling dat de activiteiten die voortvloeien uit de samenwerkingsovereenkomst, in een gezamenlijk document worden vermeld en dat de scholen in het schoolwerkplan naar dat document kunnen verwijzen voor wat betreft de activiteiten waaraan zij deelnemen. Dit past in het streven de voorschriften met betrekking tot het schoolwerkplan te verminderen. Bovendien waarborgt de Wet medezeggenschap onderwijs 1992 dat het aangaan van een samenwerkingsovereenkomst niet alleen een bestuursaangelegenheid is.
(artikelen 110n WBO, 106l ISOVSO en 118l WVO)
De artikelen waarin artikel 3, derde lid, van het Besluit sociale vernieuwing niet van toepassing wordt verklaard, vervallen omdat het Besluit sociale vernieuwing per 1 januari 1995 is ingetrokken.
(artikelen 110o WBO, 106m ISOVSO en 118m WVO)
De artikelen met betrekking tot de bepaling dat het bevoegd gezag niet besluit de middelen afkomstig uit de vergoeding ten behoeve van onderwijs in eigen taal aan het fonds ter beschikking te stellen dan nadat de ouders daarmee hebben ingestemd, zijn geschrapt. De Wet medezeggenschap onderwijs 1992 waarborgt overigens de belangen van de ouders in dit opzicht.
(artikelen 110p WBO, 106n ISOVSO en 118o WVO)
De artikelen met betrekking tot het beroep zijn aangepast aan de Algemene wet bestuursrecht.
(artikelen 111a WBO, 107a ISOVSO, 102b WVO, IV (oud) en VI)
De wijzigingen van de artikelen 111a van de WBO, 107a van de ISOVSO, 102b van de WVO waren in het oorspronkelijke wetsvoorstel opgenomen in artikel IV, waarin het wetsvoorstel regeling onderwijsvoorrangsgebieden (kamerstukken II 1990/91, 21 871) werd gewijzigd. Genoemd wetsvoorstel is inmiddels tot wet verheven en in werking getreden (Stb. 1993, 253). Bedoelde wijzigingen van de WBO, de ISOVSO en de WVO zijn daarom verplaatst naar de artikelen I, II en III. De oorspronkelijke tekst van artikel IV kan derhalve vervallen; artikel VI kan korter worden geredigeerd.
Het opnemen van onderdeel V, bevattende de wijziging van artikel 107a van de ISOVSO die in het wetsvoorstel was opgenomen in artikel IV, brengt met zich mee dat de bestaande tekst van artikel II als onderdeel A is aangeduid.
(artikel 118n WVO)
De wijziging van artikel 118n van de WVO is technisch van aard en hangt samen met het op 1 augustus 1993 in werking getreden Inrichtingsbesluit v.w.o.-h.a.v.o.-m.a.v.o.-v.b.o. (Stb. 1993, 207).
(artikel IV (nieuw))
Zoals met betrekking tot de onderdelen J, V, W, HH en KK reeds is aangegeven, kan het oorspronkelijke artikel IV vervallen. Daarvoor in de plaats is thans ingevoegd een nieuw artikel IV dat erin voorziet dat in de artikelen 110b van de WBO, 106b van de ISOVSO en 118b van de WVO telkens het begrip «deelontslag», dat in het oorspronkelijke wetsvoorstel was opgenomen, tijdelijk wordt gehandhaafd tot het moment dat de mogelijkheid om deelontslag te verlenen, wordt afgeschaft. Het afschaffen van deze mogelijkheid maakt deel uit van het zogenaamde Convenant II en de CAO Onderwijs en Wetenschappen 1993–1995, en zal worden gerealiseerd door middel van een wijziging van het Rechtspositiebesluit onderwijspersoneel. Het voornemen bestaat om die wijziging per 1 augustus 1995 te laten ingaan.
(artikel V)
Artikel V, waarin de evaluatie was opgenomen, kan vervallen omdat de opdracht tot evaluatie door middel van artikel Va, onderdeel A, wordt opgenomen in artikel 15a van de Tijdelijke wet stimulering sociale vernieuwing, Stb. 1993, 682.
(artikel Va)
Artikel Va, waarin wijzigingen van het wetsvoorstel Tijdelijke wet stimulering sociale vernieuwing waren opgenomen, is geactualiseerd, nu dat wetsvoorstel inmiddels tot wet is verheven en in werking is getreden (Stb. 1993, 682).
Directe link
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-23078-10.html