23 017
DAF NV

nr. 6
BRIEF VAN DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

's-Gravenhage, 7 oktober 1996

Het bestuur van DAF Trucks N.V. te Eindhoven heeft vandaag bekendgemaakt dat de Amerikaanse truckfabrikant PACCAR Inc. uit Bellevue, Washington een bod heeft uitgebracht op 100% van de aandelen van DAF Trucks te Eindhoven.

Van de uitstaande aandelen van DAF Trucks N.V. is ca 39% in handen van de Staat der Nederlanden. Voorts is ca 10% in handen van het Vlaamse Gewest dat daarnaast nog een belang heeft van 25% in de dochteronderneming van DAF Trucks N.V., DAF Trucks Vlaanderen N.V.

De directie van DAF Trucks N.V. en de Raad van Commissarissen hebben positief op het bod gereageerd.

Vanaf de start van de onderneming DAF Trucks N.V. in maart 1993, voortgekomen uit een doorstart na het faillissement van DAF N.V., hebben mijn ambtsvoorganger en ik zelf ons voorstander getoond van het vormen van strategische allianties met één of meer sterke industriële partners. Dit werd door ons gezien als een belangrijke voorwaarde voor een succesvolle ontwikkeling van de nieuwe onderneming op de langere termijn in deze onder invloed van sterke conjuncturele schommelingen staande markt, welke zich bovendien kenmerkt door een krachtige concurrentie. Tegen deze achtergrond zou ik als een eerste reactie blijk willen geven van een positieve gezindheid t.a.v. van deze belangstelling door de grootste zelfstandige Amerikaanse truckfabrikant.

Alvorens te komen tot een definitief standpunt over de hoogte van het uitgebrachte bod zullen mijn ambtgenoot van Financiën en ik ons laten adviseren door een internationaal gerenommeerd adviesbureau. Bij de bepaling van het definitieve standpunt zullen industriepolitieke overwegingen zoals de locatie van de produktie en de research en ontwikkeling eveneens een rol spelen. De eerste indicaties op deze punten zijn overigens bemoedigend.

Ik streef er naar de standpuntbepaling te doen plaatsvinden na overleg met de overige, particuliere aandeelhouders. Met de formulering van het eindoordeel zal enige weken zijn gemoeid. Zodra mijn ambtgenoot van Financiën en ik tot een definitief standpunt zijn gekomen zal ik u van e.e.a. op de hoogte stellen.

Minister van Economische Zaken

G. J. Wijers

Naar boven