22 831 De Hoorn van Afrika

Nr. 96 BRIEF VAN DE MINISTERS VAN BUITENLANDSE ZAKEN EN VOOR BUITENLANDSE HANDEL EN ONTWIKKELINGSSAMENWERKING

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 13 februari 2014

Graag bieden wij u hierbij de Kamerbrief aan over de Nederlandse inzet met betrekking tot Zuid-Sudan, die u werd toegezegd tijdens het Algemeen Overleg van 16 januari 2014 over de Raad Buitenlandse Zaken. In de brief gaan wij in op relevante ontwikkelingen sinds de Kamerbrief over Zuid-Sudan van 24 december 2013 en op de inzet van de internationale gemeenschap, inclusief Nederland.

Politieke ontwikkelingen

Op 4 januari gingen in Addis Abeba de directe onderhandelingen van start tussen een delegatie van de Zuid-Sudanese regering en een vertegenwoordiging van de gewapende oppositie. De onderhandelingen worden begeleid door een drietal bemiddelaars van de regionale organisatie IGAD (Intergovernmental Authority on Development): voormalig Minister van Buitenlandse Zaken van Ethiopië Seyoum Mesfin, de Keniaanse generaal Lazaro Sumbeiywo (die eerder als bemiddelaar optrad bij de totstandkoming van het Comprehensive Peace Agreement van 2005) en de Sudanese generaal Mohamed El Dabi.

De onderhandelingen verliepen de afgelopen weken moeizaam. Partijen weigerden toe te geven aan elkaars eisen en zetten de gewapende strijd voort om zo hun positie aan de onderhandelingstafel te verbeteren. De gewapende oppositie eiste de vrijlating van de 11 gevangen politieke leiders in Juba en terugtrekking van de Ugandese troepen in Zuid-Sudan, alvorens een staakt-het-vuren te kunnen accepteren. De Zuid-Sudanese regering gaf echter niet toe aan druk om de gevangenen vrij te laten. Uiteindelijk lukte het IGAD om beide partijen te bewegen tot ondertekening van een staakt-het-vuren.

Op 23 januari 2014 ondertekenden beide partijen het staakt-het-vuren en een document over de status van de gevangenen. In het eerste akkoord zijn onder meer afspraken gemaakt over het staken van militaire acties en vijandige propaganda, over de bescherming van burgers, en over het garanderen van humanitaire toegang. Daarnaast is bepaald dat een monitoring- en verificatiemechanisme wordt opgericht. In de dagen na de ondertekening beschuldigden beide partijen elkaar al van schendingen van het staakt-het-vuren. Het is dan ook van groot belang dat dit monitoring-en verificatieteam zo spoedig mogelijk aan de slag gaat. In het tweede akkoord staat dat IGAD en haar partners zich zullen blijven inzetten voor de versnelde vrijlating van de gevangen politici in

Juba, waaronder de op non-actief gestelde Secretaris-Generaal van regeringspartij SPLM, Pagan Amum. Beide partijen committeren zich in dit akkoord aan een inclusief Nationaal Verzoeningsproces, waarin de gevangen politici evenals andere politieke actoren, het maatschappelijk middenveld en traditionele en religieuze leiders een belangrijke rol zouden moeten spelen.

Op 29 januari werden zeven van de elf gevangen politici overgedragen aan de Keniaanse autoriteiten. De Zuid-Sudanese autoriteiten meldden dat onderzoek had uitgewezen dat zij geen intenties hadden om de regering omver te werpen. De overige vier gevangen politici zijn beschuldigd van het willen omverwerpen van de regering met geweld. Hetzelfde geldt voor Riek Machar en andere twee politici die op vrije voeten zijn.

Het staakt-het-vuren is een essentiële eerste stap maar van duurzame vrede kan pas sprake zijn als de grondoorzaken van het conflict worden geadresseerd. Deze zijn voor een belangrijk deel politiek van aard. Het inclusieve politieke proces dat voorzien is als onderdeel van de onderhandelingen in Addis zal deze zaken moeten adresseren. Het is van groot belang dat alle groepen in Zuid-Sudan (o.a. vrouwen, maatschappelijk middenveld en private sector) zich voldoende vertegenwoordigd voelen bij dit proces, dat feitelijk een nieuwe impuls zal moeten geven aan het project van «nation building» in Zuid-Sudan.

Op 11 februari 2014 zijn de vredesbesprekingen in Addis Abeba weer hervat. De IGAD-bemiddelaars hebben de zeven vrijgelaten politici uitgenodigd om deel te nemen aan de besprekingen over het politieke proces.

Op 30 januari ondertekende de Zuid-Sudanese regering in Addis Abeba ook een staakt-het-vuren met de rebellenbeweging van David Yau Yau (SSDM/A Cobra Faction). Deze rebellenbeweging is al langere tijd actief in de deelstaat Jonglei. Nederland financierde bemiddeling door Zuid-Sudanese kerkleiders via een bijdrage aan Pax (voorheen IKV Pax Christi).

Humanitair en bescherming burgers

Aan het staakt-het-vuren gingen ruim vijf weken van hevige gevechten vooraf, vooral in de deelstaten Jonglei, en het olierijke Upper Nile en Unity State. De gewapende oppositie had aanvankelijk de deelstatelijke hoofdsteden Bor, Malakal en Bentiu in handen. Nu staan deze weer onder controle van het regeringsleger. Naar schatting zijn er ettelijke duizenden doden gevallen sinds het begin van de gewelddadigheden op 15 december in Juba. Bezittingen van burgers zijn op grote schaal vernield en geplunderd, en ook hulporganisaties hebben te maken gehad met diefstal, plunderingen en vernielingen. De situatie in Juba is inmiddels naar omstandigheden rustig maar nog steeds gespannen.

UNOCHA schat dat 743.400 Zuid-Sudanezen ontheemd zijn geraakt sinds 15 december (rapport 3 februari). Ongeveer 85.200 van hen hebben een veilig heenkomen gezocht op VN-bases. In Juba bevinden zich ruim 38.000 ontheemden op twee VN-bases. Zij durven vooralsnog niet huiswaarts te keren. Inmiddels zijn ongeveer 300.000 mensen bereikt met humanitaire hulp. Volgens de organisatie zijn 130.400 Zuid-Sudanezen gevlucht naar de buurlanden.

De VN heeft een Crisis Response Plan opgesteld om tot juni 2014 de ergste humanitaire noden te lenigen in Zuid-Sudan. Hiervoor is USD 1,27 miljard nodig. Op 3 februari hadden donoren USD 246 miljoen toegezegd.

UNMISS heeft de afgelopen tijd goed werk verricht bij de opvang van burgers, onder zeer moeilijke omstandigheden. Onlangs werd UNMISS door President Kiir beschuldigd van partijdigheid en hulp aan de rebellen. Hoewel de Zuid-Sudanese regering deze beschuldiging op UNMISS inmiddels heeft ingetrokken valt niet uit te sluiten dat in de toekomst een van de partijen in Zuid-Sudan zich kritisch zal uitlaten over UNMISS. Het is van groot belang dat zowel UNMISS als humanitaire organisaties hun mandaat zonder belemmeringen uit kunnen voeren.

Mensenrechten

Assistent Secretaris-Generaal voor mensenrechten Ivan Šimonović bracht van 14 tot en met 17 januari een bezoek aan Zuid-Sudan. Op 23 januari getuigde hij tegenover de VN-Veiligheidsraad van de ernstige mensenrechtenschendingen die door beide partijen zijn gepleegd (o.a. massamoorden, buitengerechtelijke executies, willekeurige detenties, verdwijningen, seksueel geweld, wijdverbreide vernieling van bezit en de inzet van kinderen in het conflict).

Het is van groot belang dat deze vermeende misdaden zorgvuldig worden onderzocht en verdachten worden vervolgd. De Afrikaanse Unie heeft hiertoe een belangrijke stap gezet door het besluit een onderzoekscommissie in te stellen. De VN zal technische ondersteuning bieden aan deze commissie. UNMISS en het kantoor voor de Hoge Commissaris voor de Mensenrechten hebben hier vanzelfsprekend ook een eigen verantwoordelijkheid. In de resolutie van de VN Veiligheidsraad van 24 december is een versterking aangekondigd van de onderzoekscapaciteit van UNMISS op het gebied van mensenrechten. De prioriteitstelling van dit laatste aspect komt mede voort uit het «Rights up front» initiatief van de SGVN, dat erop is gericht de bescherming van mensenrechten, inclusief o.a. preventie, early warning, training etc, in het hart van VN-strategieën en operationele activiteiten te plaatsen. Belangrijke doelstelling daarbij is tevens het tegengaan van straffeloosheid. Ook de media hebben een belangrijke rol te spelen bij het vergroten van transparantie en public accountability. In dit kader is de toegenomen intimidatie van lokale en internationale journalisten door de Zuid-Sudanese veiligheidsdienst zorgwekkend.

Inzet internationale gemeenschap

De internationale gemeenschap heeft zich volledig achter de IGAD-bemiddeling geschaard. De speciale gezanten van de EU en de troika-landen (VS, VK en Noorwegen) opereren ondersteunend aan de koers die door de AU en IGAD is uitgestippeld. Zo speelde de EU Speciaal Vertegenwoordiger voor de Hoorn van Afrika, Alexander Rondos, de afgelopen weken een actieve ondersteunende rol bij de onderhandelingen in Addis Abeba. De speciale gezanten legden in dit kader ook direct contact met de partijen in het conflict om boodschappen af te geven en hen te bewegen de voorstellen van IGAD te accepteren.

De voorzitter van de AU Commissie Dr. Nkozasana Dlamini Zuma bracht op 20 januari een bezoek aan Juba en sprak daar onder meer met president Kiir. Tevens bracht zij een bezoek aan de gevangen politici. Zuma benadrukte het belang van de oprichting van de AU Onderzoekscommissie, die een bredere insteek zou moeten hebben dan alleen onderzoek naar mensenrechtenschendingen. De commissie zou zich – analoog aan de Waarheids- en Verzoeningscommissie in Zuid-Afrika – ook moeten richten op verzoening en healing.

Nederlandse inzet

Het kabinet is verheugd over de leidende rol die de regio op zich heeft genomen bij de vredesbesprekingen en het onderzoeken van mensenrechtenschendingen. De regio wordt het meest direct geraakt door instabiliteit en onveiligheid in Zuid-Sudan en heeft dan ook direct belang bij het vinden van een duurzame oplossing.

Het kabinet bekijkt de mogelijkheid om de door IGAD geleide vredesbesprekingen financieel te ondersteunen. De Nederlandse ambassade in Addis Abeba volgt de vredesbesprekingen waar mogelijk door het bijwonen van briefings van de Afrikaanse Unie, IGAD en de EU Speciaal Vertegenwoordiger voor de Hoorn van Afrika. Nederland heeft zowel in het team van de EUSV als bij IGAD experts gedetacheerd.

Nederland is in contact met het kantoor van de Hoge Commissaris voor de Mensenrechten om te bezien of ondersteuning gewenst is ten behoeve van de opschaling van hun werk in Zuid-Sudan en ondersteuning van de AU Onderzoekscommissie.

Vanuit centrale OS-middelen is EUR 25.000 beschikbaar gesteld om Zuid-Sudanese vrouwen te helpen zich te organiseren en hun deelname aan de vredesbesprekingen te bevorderen. Vrouwen spelen daar tot nu toe nog een marginale rol. De vrouwen brachten een gezamenlijk communiqué uit met actiepunten, dat onder de aandacht zal worden gebracht bij AU en andere leiders. Deze steun past binnen de bredere Nederlandse inzet voor de rol van vrouwen bij conflictbeslechting. Zuid-Sudan is een van de focuslanden van het Nationale Actieplan ter implementatie van VNVR resolutie 1325.

Nederland is voornemens in 2.014 EUR 5 miljoen beschikbaar te stellen voor het lenigen van de humanitaire noden in Zuid-Sudan. Inmiddels is EUR 1 miljoen toegezegd aan VN Vluchtelingenorganisatie UNHCR voor de opvang van Zuid-Sudanese vluchtelingen in Noord-Uganda.

Momenteel brengen medewerkers van de Nederlandse ambassade in Juba in kaart in hoeverre het voor 2014 geplande OS-programma kan worden uitgevoerd. Zij staan hierover in nauw contact met uitvoerende contractpartners. De mogelijkheden tot uitvoering hangen voor een deel af van de naleving van het staakt-het-vuren en het verdere verloop van de vredesbesprekingen.

De ambassade in Juba werkt op dit moment nog met een beperkte bezetting. Enkele medewerkers zijn tijdelijk op het departement geplaatst. Het reisadvies is vooralsnog negatief.

De Minister van Buitenlandse Zaken, F.C.G.M. Timmermans

De Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking, E.M.J. Ploumen

Naar boven