22 718
OVSE-Assemblée

A
nr. 131
VERSLAG VAN DE ZITTING 2004

Vastgesteld 2 september 2004

Van 4 tot en met 9 juli 2004 heeft de OVSE-Assemblée haar jaarlijkse zitting gehouden in Edinburgh. Aan de zitting is deelgenomen door delegaties uit de parlementen van 51 lidstaten van de Organisatie voor Veiligheid en Samenwerking in Europa (OVSE) en door delegaties uit Korea («Partner for Cooperation»), Algerije, Jordanië, Marokko en Tunesië («Mediterranean Partners for Cooperation») alsmede door waarnemers uit het Europees Parlement en enige interparlementaire assembleeën. De Nederlandse delegatie naar deze zitting bestond wat de Eerste Kamer betreft uit het lid Rosenthal (VVD), en wat de Tweede Kamer betreft uit de leden Albayrak (PvdA, voorzitter van de delegatie), Cörüz (CDA), Koenders (PvdA) en Van Winsen (CDA).

De zitting had het volgende verloop:

zondag 4 juli: voorbereidende vergadering van de griffiers van de delegaties.

maandag 5 juli: werkontbijt van de vrouwelijke leden van de assemblee;'s ochtends vergadering van het standing committee, 's middags plenaire vergadering.

dinsdag 6 juli: 's ochtends vergaderingen van de drie commissies van de assemblee, 's middags is de deelnemers aan de zitting een excursie naar Glenkinchie en Lennoxlove aangeboden.

woensdag 7 juli: voortzetting van de vergaderingen van de drie commissies.

donderdag 8 juli: 's ochtends afronding van de vergaderingen van de drie commissies; 's middags plenaire vergadering.

vrijdag 9 juli: afsluitende plenaire vergadering.

Standing committee

Thema van de zitting en van de algemene rapporten van de drie commissies was Cooperation and Partnership: Coping with new security threats. Daarnaast waren dertien aanvullende onderwerpen (supplementary items) voorgelegd. Het standing committee is op grond van het reglement van de assemblee bevoegd te beslissen over het toevoegen van onderwerpen aan de agenda. Hieronder zijn deze onderwerpen vermeld met de wijze van behandeling (bespreking in een commissie dan wel plenair) waartoe het standing committee heeft besloten.

– Moldova: 1e commissie

– Ukraïne: 1e commissie

– Measures to promote commitments by non-state actors to a total ban on anti-personnel landmines: 1e commissie

– Peace in the Middle East; the protection of the holy places of Jerusalem: 1e commissie

– National minorities: 3e commissie

– Kosovo: 2e commisie

– Economic co-operation in the OSCE Mediteranean dimension: 2e commissie

– Belarus: 1e commissie

– Serious violation of human rights in Libya: 3e commissie

– Combating trafficking in human beings: 3e commissie

– Fulfilling OSCE commitments regarding the fight against racism, anti-semitism and xenophobia: plenair, echter indien geen tijd beschikbaar: 3e commissie.

– Co-operation between the OSCE and the OSCEPA: plenair, echter indien het aan tijd zou ontbreken: 1e commissie

– Torture: plenair, echter indien geen tijd beschikbaar: 3e commissie

Naar de mening van de voorzitter van de assemblee is het standing committee niet slechts bevoegd te bepalen waar een supplementary item wordt besproken, maar komt aan dit committee op grond van het reglement van de assemblee impliciet ook de taak toe te bepalen of een supplementary item moet worden besproken. Een voorstel, het reglement aan te vullen met een bepaling waarin het standing committee die bevoegdheid uitdrukkelijk wordt toegekend, is aan het committee voorgelegd. Om te worden aangenomen was consensus minus één nodig; er waren drie tegenstemmen, van Frankrijk, Italië en Ukraïne, zodat het is verworpen.

Het standing committee heeft de begroting voor het boekjaar 2004/2005 vastgesteld.

Plenaire vergadering maandag

De vergadering is toegesproken door de Leader van het Britse House of Commons, de heer Hain. Hij noemde het jaar 2004 een mijlpaal in de ontwikkeling van de veiligheidsarchtectuur van Europa. Europa was verscheurd door de Tweede Wereldoorlog en de koude oorlog, maar met de uitbreidingen van de NAVO en de Europese Unie afgelopen voorjaar is het herenigd. Het herenigingsproces is niet voltooid; er valt nog meer te doen aan een Europa dat «whole and free» is, vrij van kunstmatige grenslijnen, vrij van conflicten, vrij van onderdrukking. De situatie van vandaag zou niet zijn bereikt zonder de Helsinki Final Act in 1975, waaruit de CVSE en later de OVSE is voortgekomen. De beginselen die toen zijn overeengekomen, hebben diegenen die zich tegen totalitarisme hebben verzet, moed gegeven; uit hun verzet is het democratische bestuur in veel landen in Centraal- en Oost-Europa voortgekomen; en uit het streven van deze democratieën terug te keren naar hun Europese wortels kwam de uitgebreide zone van welvaart en veiligheid voort, die we nu kennen. Maar er blijven nog taken over waarvoor de OVSE beter is uitgerust dan andere organisaties, de OVSE beschikt over unieke voordelen. Naar de mening van de Britse regering zijn dat de instituties, zoals de Hoge Commissaris voor Nationale Minderheden, en de operaties te velde, die onvervangbaar zijn.

De OVSE zou in de komende jaren moeten doorgaan met het bevorderen van democratie en het helpen verbeteren van het democratische proces in de lidstaten; én doorgaan met het bevorderen van mensenrechten; het helpen met het creëren van een basis voor economische welvaart in de lidstaten; en lidstaten te helpen de dreigingen en uitdagingen van de moderne wereld het hoofd te bieden. Maar het meest belangrijk is het bevorderen van tolerantie en het bestrijden van discriminatie.

Vervolgens heeft de fungerend voorzitter van de OVSE-ministerraad en minister van buitenlandse zaken van Bulgarije, de heer Passy, gesproken. Hij herinnerde eraan bij het begin van het Bulgaarse voorzitterschap te hebben gezegd de nadruk te zullen leggen op implementatie. De OVSE beschikt immers over een dik boek met verplichtingen en een doos vol instrumenten, maar ze moet ervoor zorgen dat deze effectief worden toegepast met het oog op veiligheid en samenwerking. Hij had de afgelopen maanden veel gereisd in het verdragsgebied van de OVSE en een van de conclusies van zijn bezoeken aan Centraal-Azië, Zuid-Kaukasus, Moldova, Belarus en de westelijke Balkan is dat de OVSE daar een essentiële bijdrage kan leveren aan de versterking van een positief toekomstperspectief en de mobilisatie van hun potentiëel. De missies en instellingen van de OVSE zijn gericht op democratisering en het voorkomen van conflicten. De gebeurtenissen eerder dit jaar in Kosovo en Georgië hebben aangetoond dat de OVSE een belangrijke rol kan spelen bij het deëscaleren van de situatie en het vinden van een vreedzame uitkomst. De aanwezigheid ter plekke stelt de organisatie in staat snel te reageren en met internationale partners dienovereenkomstig te handelen.

Wat de toekomst van de OVSE betreft, moeten stevige vragen worden gesteld. Zoals de vraag naar de prioriteiten van de organisatie, de vraag naar de wijze waarop de OVSE zich verder kan ontwikkelen als een forum voor politieke dialoog en actie dat zowel ten oosten als ten westen van Wenen relevant is, en de vraag of meer moet worden gedaan om veiligheid, stabiliteit en economische vooruitgang te verzekeren in het uitgestrekte verdragsgebied. Met deze vragen in het achterhoofd meende spreker dat de OVSE hervormd moet worden en dat niet met dat hervormingsproces kan worden gewacht. De OVSE moet dichter bij de mensen, hun behoeften en verwachtingen komen te staan. Hij had de indruk dat de OVSE is ingebed in een soort bureaucratische status quo; visie en leadership zijn nodig om daar uit te komen. Nagegaan zou moeten worden waar de financiële bijdragen van de lidstaten aan worden besteed en of die bestedingen een precieze weergave vormen van de politieke prioriteiten van de organisatie. Spreker stelde geen vraagtekens bij de hoogte van de uitgaven, maar wel bij de prioriteiten. Meer zou moeten worden gedaan aan anti-terrorisme, het bestrijden van mensenhandel, grenscontrole en -bewaking, politietaken, onderwijs. Er zijn enorme verschillen in de besteding van de uitgaven per regio: 50 % in Zuidoost-Europa, 15 % in de Kaukasus en 6 % in Centraal-Azië. Deze verhouding bestaat al een aantal jaren, en een nieuwe verdeling lijkt nodig. Ook zou moeten worden gekeken naar de plaatsen waar de OVSE bijeenkomt; zou niet vaker in bij voorbeeld Ashgabat, Astana, Baku, Bishkek of Chisinau moeten worden vergaderd in plaats van ten westen van Wenen, zodat de brede horizon en rijke diversiteit van de organisatie beter wordt weergegeven?

Verder zou de rol van de secretaris-generaal, wiens prerogatieven nu in feite neerkomen op het adviseren van de fungerend voorzitter (Chairman in Office), terwijl die voorzitter in het ene jaar van zijn voorzitterschap niet zo veel kan bereiken. Tenslotte zou het reglement van de organisatie, dat 30 jaar oud is, moeten worden afgestoft en herzien in het licht van de hedendaagse werkelijkheid. Dat geldt ook voor de schaal van de nationale bijdragen.

Aansluitend heeft de minister vragen uit de vergadering beantwoord.

Na de minister spraken de voorzitters van de parlementaire assemblee van de Raad van Europa en van de Noordse Raad, en vervolgens de secretaris-generaal van de OVSE, de heer Kubis. Deze heeft ook vragen uit de vergadering beantwoord. Tenslotte was het de beurt aan de special representative on gender issues van de assemblee, mevrouw Tingsgaard (Zweden). Zij heeft verslag gedaan van haar activiteiten en vervolgens vragen beantwoord.

Tenslotte heeft de vergadering het aanvullende onderwerp Co-operation between the OSCE and the OSCEPA, rapporteur Hoyer (Verenigde Staten, voorzitter van de werkgroep inzake transparantie en accountability), besproken. De voorgelegde ontwerp-resolutie is aangenomen. De vergadering is niet toegekomen aan de supplementary items Torture en Fulfilling OSCE commitments regarding the fight against racism, anti-semitism and xenophobia.

Algemene Commissies (General Committees)

In de drie Commissies zijn de volgende onderwerpen besproken:

1ste Commissie (Commissie voor politieke zaken en veiligheid):

– Algemeen rapport1 en ontwerp-resolutie; rapporteur Lincoln (Canada).

– Peace in the Middle East, the Protection of the Holy basin of Jerusalem (eerder voorgelegd aan de zittingen in de twee voorgaande jaren); indiener Pacini (Italië).

– Moldova; indiener Kiljunen (Finland, voorzitter van de werkgroep inzake Moldova)

– Ukraïne; indiener Tingsgaard (Zweden en voorzitter van de delegatie uit de assemblee die Oekraïne recent heeft bezocht).

– Measures to promote commitments by non-state actors to a total ban on anti-personnel landmines; indiener Haering (Zwitserland).

– Belarus; indiener Zapf (Duitsland, voorzitter van de werkgroep inzake Belarus). Vanaf het begin van de zitting was duidelijk dat de voorzitter van de delegatie uit Belarus bezwaar had tegen de voorgestelde resolutie. Informeel overleg heeft geleid tot overeenstemming over een tekst, waarop mevrouw Zapf de ontwerp-resolutie over Belarus heeft ingetrokken. De overeenstemming heeft betrekking op de volgende tekst:

Joint Declaration of the OSCE PA Working Group on Belarus and the Belarusian Delegation to the OSCE PA «We, as parliamentarians, declare that we will contribute to making the forthcoming parliamentary elections in the Republic of Belarus meet OSCE standards for free and fair elections. We want for the newly elected Parliament to be both acknowledged and respected following such elections.

We refer to the recommendations of the Needs Assessment Mission report of the OSCE Office for Democratic Institutions and Human Rights following the visit of 14–16 June 2004 and expect the Central Election Commission and Belarusian authorities to observe these recommendations.

Among OSCE standards for elections are fair access to the media for all candidates, balanced coverage of the election campaign in State-run media, and assurance of political diversity in election commissions at all levels. All candidates should be able to engage in their election campaign freely.

We welcome the presence of international observers, including from the OSCE.

We want to strengthen the cooperation between the Belarusian Delegation to the OSCE PA and the Working Group on Belarus by intensifying our work. In this connection, we have agreed to organise a series of seminars, to be carried out in Minsk, with the participation of a wide variety of political forces, on the following topics:

– Further improving the climate of foreign direct investment in Belarus.

– Exploring the opportunities for Belarus within the European Neighborhood Policy.

– Developing the independent media in the OSCE participating States and in Belarus.

In this way, we are showing our willingness to engage in and develop a fruitful cooperation.

2de Commissie (Commissie voor economische aangelegenheden, wetenschap, technologie en milieu):

– Algemeen rapport1 en ontwerp-resolutie; rapporteur Ivanchenko (Rusland).

– Kosovo; indiener Kessler (Italië).

– Economic co-operation in the OSCE Mediteranean dimension; indiener Grafstein (Canada).

3de Commissie (Commissie voor democratie, mensenrechten en humanitaire aspecten):

– Algemeen rapport1 en ontwerp-resolutie; rapporteur Albayrak.

– National minorities; indiener Gryzlov (Rusland).

– Serious violation of human rights in Libya; indiener Peykov (Bulgarije).

– Combating trafficking in human beings; indieners Coveliers (België) en Smith (Verenigde Staten).

– Fulfilling OSCE commitments regarding the fight against racism, anti-semitism and xenophobia; indieners Voisin (Frankrijk), Smith (Verenigde Staten) en Weisskirchen (Duitsland).

– Torture; indiener Smith (Verenigde Staten).

De commissie is toegesproken door de Hoge Commissaris voor Nationale Minderheden, de heer Ekeus, en de OSCE special representative on combating trafficking in human beings, mevrouw Konrad.

Werkontbijt van vrouwelijke leden van de assemblee

De gebruikelijke vergadering van vrouwelijke leden van de assemblee heeft plaatsgevonden in de vorm van een werkontbijt waaraan ook andere belangstellenden konden deelnemen.

Plenaire vergaderingen donderdag en vrijdag

Bij de aanvang van de vergadering op donderdag is twee minuten stilte in acht genomen in verband met het overlijden van de president van Oostenrijk.

De penningmeester, de heer Grafstein (Canada), heeft verslag gedaan over het financiële beleid, dat het afgelopen jaar is gevoerd, en heeft de begroting voor 2004/2005 toegelicht. Hij heeft zijn erkentelijkheid uitgesproken jegens de Nederlandse regering voor het mogelijk maken van de detachering van de press and public relations counsellor bij het secretariaat van de assemblee.

De secretaris-generaal van de assemblee heeft verslag gedaan over de werkzaamheden van het secretariaat in het afgelopen jaar.

Aan het algemene debat is door de heer Rosenthaldeelgenomen. Hij heeft vastgesteld dat er een groeiende neiging bestaat in de assemblee ook aangelegenheden van buiten het verdragsgebied van de OVSE aan de orde te stellen. De core business van de assemblee is en blijft echter veiligheid van en samenwerking tussen de lidstaten. Op vele plaatsen draagt de OVSE bij aan de oplossing van problemen en conflicten. Men zou niet moeten toegeven aan de verleiding de grenzen van het verdragsgebied te overschrijden. Veiligheid en samenwerking worden niet bevorderd door symboliek. Ambitie en spankracht van de organisatie moeten niet te zwaar worden belast. Binnen het verdragsgebied valt genoeg te doen, en daar zou de assemblee het bij moeten houden.

De vergadering is toegesproken door vertegenwoordigers van andere parlementaire assembleën die aan de zitting hebben deelgenomen.

De voorzitter van de Georgische delegatie heeft verzocht de situatie in Zuid-Ossetië als urgent onderwerp aan de agenda toe te voegen. Daartoe is besloten, en een ontwerp-resolutie is aan de vergadering voorgelegd. De resolutie is in stemming gebracht en aangenomen.

Daarna is gestemd over de ontwerp-resoluties, voorgelegd door de drie commissies. Alle resoluties zijn aangenomen. Na stemming per paragraaf is de slotverklaring1 (bestaande uit de resoluties van de commissies en de overige resoluties) aangenomen. De heren Rosenthal en Van Winsen hebben met enige tientallen anderen tegen de resolutie inzake Peace in the Middle East; the protection of the holy places of Jerusalem gestemd.

Tenslotte heeft de vergadering in bestuursvacatures voorzien. De heer Hastings (Verenigde Staten) is gekozen tot voorzitter van de assemblee. Mevrouw Albayrak en de heren Kammenos (Griekenland) en Kessler (Italië) zijn gekozen tot vice-voorzitters van de assemblee voor een periode van drie jaar.

De voorzitter van de delegatie,

Albayrak

De griffier van de delegatie,

Van Waasbergen


XNoot
1

i.v.m. een correctie in de inleiding van het verslag.

XNoot
1

In het Engels verkrijgbaar bij de Griffie voor de interparlementaire betrekkingen.

XNoot
1

In het Engels verkrijgbaar bij de Griffie voor de interparlementaire betrekkingen.

XNoot
1

In het Engels verkrijgbaar bij de Griffie voor de interparlementaire betrekkingen.

Naar boven