Kamerstuk
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Dossier- en ondernummer |
---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2009-2010 | 22112 nr. 967 |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Dossier- en ondernummer |
---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2009-2010 | 22112 nr. 967 |
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 20 november 2009
Overeenkomstig de bestaande afspraken heb ik de eer u hierbij 2 fiches aan te bieden die werden opgesteld door de werkgroep Beoordeling Nieuwe Commissievoorstellen (BNC):
1. Mededeling inzake financieel pakket toetredingsonderhandelingen Kroatië;
2. Verordening inzake vangstmogelijkheden voor visbestanden (Kamerstuk 22 112, nr. 968).
Fiche: Mededeling inzake financieel pakket toetredingsonderhandelingen Kroatie
Voorstel: Mededeling een financieel pakket voor de toetredingsonderhandelingen met Kroatië
Datum Commissiedocument: 29.10.2009
Nr. Commissiedocument: COM (2009) 595 final
Pre-lex: http://register.consilium.europa.eu/pdf/nl/09/st15/st15361.nl0 9.pdf
Nr. impact assessment Commissie en Opinie Impact-assessment Board: nvt
Behandelingstraject Raad: COELA/ECNA (Raadswerkgroep EU-uitbreiding), nog niet duidelijk waneer raadsconclusies worden aangenomen; uiterlijk december 2009.
Eerstverantwoordelijk ministerie: Ministerie van Buitenlandse Zaken
Volgens de Commissie heeft Kroatië het afgelopen jaar aanzienlijke voortgang geboekt in het pre-accessietraject. In het in oktober 2009 uitgebrachte voortgangsrappport verbindt de Commissie hieraan de conclusie dat het einde van de toetredingsonderhandelingen in zicht is. De Comissie gaat voor de doelstellingen van deze mededeling uit van een «werkhypothese» dat Kroatië in januari 2012 zal toetreden, waarbij wordt verondersteld dat aan de toetredingsvoorwaarden is voldaan. Dit omvat de vereiste capaciteiten voor het beheer en de controle van de bestaande communautaire financiële instrumenten.
Rekening houdend met de totale vooruitgang die tot nu toe door Kroatië in het kader van de toetredingsonderhandelingen is geboekt, worden in deze mededeling de belangrijkste punten van een financieel pakket voor Kroatië toegelicht opdat de Raad deze kwesties eind 2009 kan bespreken. Op deze basis zal de Commissie vervolgens aan de Raad ontwerpen van gemeenschappelijke standpunten voorstellen voor de onderhandelingen op het vlak van landbouw en plattelandsontwikkeling, regionaal beleid en coördinatie van structuurinstrumenten en de financiële en budgettaire vooruitzichten. In deze mededeling is tegelijkertijd een evaluatie opgenomen van de financiële gevolgen van de toetreding van Kroatië voor deze beleidsterreinen.
Een vergelijking met de EU-uitbreiding van 2004 laat zien dat de planning voor Kroatië in grote lijnen overeenkomt met landen die qua omvang en economisch profiel vergelijkbaar zijn, inclusief infasering van de meeste middelen in de eerste twee jaar, met uitzondering van de rechtstreekse betalingen in Categorie 2 (landbouw), waar een geleidelijke infasering geldt van 10 jaar. De cijfers voor het onderdeel Burgerschap, Vrijheid, Veiligheid en Rechtvaardigheid (Categorie 3a) vallen relatief hoog uit, omdat zij zijn gebaseerd op een verdeelsleutel die rekening houdt met de lengte van de relatieve lange EU-buitengrens van Kroatië bij daadwerkelijke toetreding. De relatieve hogere kosten voor het onderdeel Administratie (5), die toekomen aan de Europese Commissie, zijn toe te schrijven aan de nieuwe taal die vertolkt zal worden naar alle andere EU-talen. Naarmate het aantal lidstaten toeneemt, nemen de kosten per nieuwe toetreder ten aanzien van deze faciliteit daarom verhoudingsgewijs meer toe.
Tijdens de toetredingsonderhandelingen, in de periodieke verslagen en in de toetredingspartnerschappen is duidelijk aangegeven dat de ontwikkeling van passende administratieve en gerechtelijke structuren alsmede de uitbreiding van de bestuurlijke en gerechtelijke capaciteit die nodig is om het acquis ten uitvoer te leggen, voor het toetredingsproces van cruciaal belang zijn. De Commissie stelt voor dat extra middelen aan Kroatië worden toegewezen ter ondersteuning van maatregelen voor institutionele opbouw door middel van het gebruik van de «overgangsfaciliteit», zoals ook bij de laatste uitbreiding is overeengekomen, Voor deze doeleinden zou in totaal een bedrag van 29 miljoen euro beschikbaar moeten zijn. De uitvoeringsbepalingen voor de overgangsfaciliteit voor institutionele opbouw komen aan de orde in het onderhandelingshoofdstuk «andere vraagstukken».
3. Kondigt de Commissie acties, maatregelen of concrete weten regelgeving aan voor de toekomst? Zo ja, hoe luidt dan het voorlopige Nederlandse oordeel over bevoegdheidsvaststelling, subsidiariteit en proportionaliteit en hoe schat Nederland de financiële gevolgen in?
Bevoegdheidsvaststelling en subsidiariteits- en proportionaliteitsoordeel
a) Bevoegdheid: De mededeling loopt vooruit op punt 29 van het huidige interinstitutioneel akkoord tussen het EP, Raad en Commissie dat bepaalt dat bij de uitbreiding van de Europese Unie met nieuwe lidstaten tijdens de door dit financiële kader bestreken periode het Europees Parlement en de Raad op voorstel van de Commissie en overeenkomstig punt 3, gezamenlijk het financiële kader zullen aanpassen om met de uit de toetredingsonderhandelingen voortvloeiende uitgaven rekening te houden. (PB C 139 van 14.6.2006) De Commissie zal te zijner tijd echter een formeel voorstel moeten indienen wanneer de toetredingsonderhandelingen zijn afgerond.
b) Functionele toets:
– Subsidiariteit: positief.
Proportionaliteit: positief.
Onderbouwing:Vanwege de noodzaak tot budgettaire termijnplanning ligt het in de rede dat de Europese Commissie een eerste schets van de kosten van de toetreding van Kroatië tot de Europese Unie presenteert
Nederlands oordeel: Nederland kan in beginsel instemmen met de toewijzingsmethodiek van de Europese Commissie die overeenkomt met de gevolgde praktijk in eerdere toetredingsonderhandelingen. Voorts hecht Nederland eraan te markeren dat de gebruikte datum van toetreding indicatief is. Kroatië kan pas toetreden als het volledig aan de politieke en economische criteria voldoet. Nederland is tegenstander van het noemen van data. De datum van 2012 heeft derhalve louter een indicatief karakter, omdat de Commissie nu eenmaal een meetmoment moet hanteren. Kroatië kan daar derhalve geen enkel recht aan ontlenen.
– Financiële consequenties (incl. personele) voor rijksoverheid en/of decentrale overheden
Om rekening te houden met de toetreding van Kroatië, wordt in 2012 voorzien in vastleggingskredieten van in totaal € 1 561 miljoen (en betalingskredieten ter hoogte van € 985 miljoen). In 2013 wordt voorzien in vastleggingskredieten van in totaal 2007 miljoen EUR (en betalingskredieten ter hoogte van € 1 001 miljoen). De financiële gevolgen van de toetreding van Kroatië tot de EU-27 zullen worden afgezwakt door de verwachte bijdrage van Kroatië aan de EU-begroting via het stelsel van de eigen middelen. Deze bijdragen worden geraamd op 609 miljoen EUR in 2012 en 647 miljoen EUR in 2013.
Daarnaast stelt de Commissie voor dat 29 miljoen EUR extra middelen aan Kroatië worden toegewezen ter ondersteuning van maatregelen voor institutionele opbouw.
Bij toetreding van Kroatië zullen de financiële perspectieven van de EU worden herzien, zoals ook gebeurd is bij eerdere toetredingen tot de EU.
De afdrachten van Nederland aan de EU-begroting zouden aan de hand van deze cijfers, naar verwachting additioneel ca € 20 mln per jaar (vanaf 2012) kunnen bedragen.
4. Nederlandse positie over de mededeling
De Commissie geeft in haar mededeling «een financieel pakket voor de toetredingsonderhandelingen met Kroatië» een eerste schets van de kosten die zullen zijn gemoeid met de toetreding van Kroatië tot de Europese Unie. De Commissie gaat hierbij uit van een indicatieve toetredingsdatum in januari 2012. De Commissie is van oordeel dat de totale financiële enveloppe voor de eerste twee jaar van de toetreding van Kroatië (d.w.z. tot de afloop van de huidige FP-periode in 2013) moet worden berekend op basis van een soortgelijke benadering als die voor de vorige uitbreidingsronde het geval was (ingroei structuurbeleid over drie jaar; ingroei GLB in 10 jaar).
Nederland dankt de Commissie voor deze eerste raming van de financiële implicaties van de toetreding van Kroatië. Wel hecht Nederland eraan te markeren, conform ook het gestelde in de kabinetsappreciatie EU-uitbreiding van 30 oktober jl., dat Kroatië pas kan toetreden als het volledig aan de politieke en economische criteria voldoet. Nederland is tegenstander van het noemen van data. In het AO EU-uitbreiding van 11 november jl. werd dit kabinetsstandpunt wederom door minister Verhagen bevestigd. De datum van 2012 in deze mededeling heeft derhalve louter een indicatief karakter, omdat de Commissie nu eenmaal een meetmoment moest hanteren. Kroatië kan daar geen enkel recht aan ontlenen. Nederland zal er dan ook op toezien dat in de Raadsconclusie over voorliggende mededeling wordt opgenomen dat niet vooruit wordt gelopen op een mogelijke datum van toetreding, en dat de inhoud van de voorliggende mededeling hypothetisch is.
Verder wil Nederland benadrukken dat de Raad en het EP en Commissie – conform punt 29 van het huidige inter-institutioneel akkoord – pas op het moment van toetreding van Kroatië een nieuwe integrale afweging moeten maken ten aanzien van de aanpassing van het financieel kader. De Commissie zou desbetreffend tegen die tijd een voorstel moeten indienen. Het kan niet zo zijn dat de Raad zich al in 2009 moet committeren aan concrete bedragen die van toepassing zijn bij toetreding van Kroatië.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-22112-967.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.