nr. 943
BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN BUITENLANDSE ZAKEN
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 19 oktober 2009
Overeenkomstig de bestaande afspraken heb ik de eer u hierbij 3 fiches
aan te bieden die werden opgesteld door de werkgroep Beoordeling Nieuwe Commissievoorstellen
(BNC):
1. Mededeling inzake OS-beleidscoherentie; (22 112, nr. 942)
2. Mededeling inzake geïntegreerd maritiem beleid voor beter bestuur
in het Middellandse Zeegebied;
3. Verordening inzake toegang Eurodac voor rechtshandhavingsinstanties
(22 112, nr. 944).
De staatssecretaris van Buitenlandse Zaken,
F. C. G. M. Timmermans
Fiche: Geïntegreerd maritiem beleid voor beter bestuur
in het Middellandse Zeegebied
1. Algemene gegevens
Voorstel: Mededeling «Naar een geïntegreerd
maritiem beleid voor beter bestuur in het Middellandse Zeegebied»
Datum Commissiedocument: 11 september
2009
Nr. Commissiedocument: COM(2009)466 definitief
Pre-lex: http://ec.europa.eu/prelex/detail_dossier_real.cfm?CL=nl&DosId
=198578
Nr. impact assessment Commissie en Opinie Impact-assessment
Board: Niet opgesteld.
Behandelingstraject Raad: Naar zijn aard/inhoud
zou het voorstel in verschillende Raadskaders kunnen worden behandeld. Mogelijk
zal een eerste bespreking van de mededeling onder Spaans voorzitterschap op
de RAZEB worden besproken.
Eerstverantwoordelijk ministerie: Ministerie
van Verkeer en Waterstaat
2. Essentie voorstel
In oktober 2007 heeft de Commissie haar Mededeling inzake een geïntegreerd
maritiem beleid voor de EU (het zgn. «Blauwboek») uitgebracht,
als kader voor een omvangrijk actieprogramma gericht op onder meer een meer
geïntegreerde aanpak van maritieme aangelegenheden binnen de EU en de
afzonderlijke lidstaten. In het verlengde daarvan heeft de Commissie in het
voorjaar 2008 Richtsnoeren uitgebracht m.b.t. een integrale benadering van
maritiem beleid en beheer (maritime governance)
op nationaal niveau.
Het onderhavige voorstel richt zich op een meer geïntegreerde aanpak
van maritieme aangelegenheden op het regionale niveau van de Middellandse
Zee. Op basis van een analyse van de specifiek voor deze regio geldende knel-
en mogelijke verbeterpunten stelt de Commissie een aantal acties voor. Genoemd
worden onder meer de druk op het mariene milieu, de relaties met niet-EU buurlanden,
onvoldoende (integraal) treffen van maatregelen in maritieme zones in combinatie
met economische groei en werkgelegenheid in de maritieme sectoren en regio’s.
3. Kondigt de Commissie acties, maatregelen of concrete
wet- en regelgeving aan voor de toekomst? Zo ja, hoe luidt dan het voorlopige
Nederlandse oordeel over bevoegdheidsvaststelling, subsidiariteit en proportionaliteit
en hoe schat Nederland de financiële gevolgen in?
De Commissie stelt geen concrete wet- of regelgeving voor. De Commissie
kondigt in de Mededeling 22 acties aan, alle gericht op c.q. ter ondersteuning
van de EU-lidstaten in het Middellandse Zeegebied. Deze acties richten zich
onder meer op de rollen/verantwoordelijkheden van de lidstaten in de regio,
op het beheer en bestuur van het Middellandse Zeegebied, op de relaties met
niet-EU buurlanden, op de instelling van maritieme zones en grenzen, en op
toepassing en verbetering van ruimtelijke planning, geïntegreerd beheer,
kennisontwikkeling, veiligheid en toezicht. Voor een groot deel hebben de
acties geen rechtstreekse betekenis voor Nederland. Op het gebied van veiligheid
zou het voorstel indirect gevolgen kunnen hebben voor Nederland,
bijvoorbeeld via Frontexoptreden in het Middellandse Zeegebied. Voor nu zijn
er geen financiële gevolgen voor Nederland aan het voorstel verbonden.
De Mededeling heeft betrekking op verschillende onderwerpen waar de Gemeenschap
een bevoegdheid heeft zoals (mariene) milieu, visserij en cohesiebeleid. Een
aantal acties zijn, mede uit subsidiariteitsoogpunt, naar Nederlandse opvattingen
wel primair een verantwoordelijkheid van de lidstaten, zoals het organiseren
van overleg met stakeholders, het toepassen van maritieme ruimtelijke planning
en het bevorderen/verbeteren van de relaties tussen de Middellandse Zeelanden
onderling. Nu de Mededeling echter in overleg met de betrokken lidstaten is
voorbereid moet worden aangenomen dat deze lidstaten één en
ander aanvaarden. Bovendien bevat de Mededeling geen concrete regelgevende
voorstellen en zijn de activiteiten gericht op het faciliteren van een betere
coördinatie tussen de verschillende lidstaten en het delen van kennis
op het vlak van maritiem beleid. Voor de oplossing van een aantal van de gesignaleerde
knelpunten in het Middellandse Zeegebied lijkt daarom een actieve rol van
de Commissie in dit specifieke geval gerechtvaardigd en voldoen de voorgestelde
acties aan het beginsel van proportionaliteit.
4. Nederlandse positie over de mededeling
a) Nederlandse belangen en eerste algemene standpunt
Naar Nederlandse opvatting kan de Mededeling bijdragen aan verbetering
van zaken die – door verschillende oorzaken, en anders dan in het Noordzeegebied –
in het Middellandse Zeegebied onvoldoende van de grond komen, waaronder verbetering
van de bescherming van het mariene milieu en instandhouding en beheer van
levende rijkdommen, en een tijdige en gerichte implementatie van de Kaderrichtlijn
mariene strategie. Wel dient ervoor gewaakt te worden dat de Commissie geen
bevoegdheden naar zich toetrekt die voorbehouden zijn aan de lidstaten.