Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 20 februari 2019
Op 12 september 2018 heeft de Europese Commissie voorstellen gepresenteerd over vrije
en eerlijke Europese verkiezingen1. Doel van de voorstellen is om de komende Europees Parlementsverkiezingen vrij en
eerlijk te laten verlopen. Directe aanleiding hiervoor was een oproep van het Europees
parlement naar aanleiding van de Cambridge Analytica zaak. De voorstellen van de Commissie
richten zich op het gevolg van misbruik van persoonsgegevens door Europese politieke
partijen en stichtingen, cyberaanvallen en verspreiding van desinformatie. Op 19 oktober
2018 is het BNC-fiche over het pakket vrije en eerlijke Europese verkiezingen naar
uw Kamer gestuurd2. Met deze brief informeer ik uw Kamer over de stand van zaken van de onderhandelingen
over bovengenoemde voorstellen van de Commissie.
Europese voorstellen
Onderdeel van het pakket voorstellen is een wetgevingshandeling in de vorm van wijziging
van de Verordening Europese politieke partijen en stichtingen3. Deze wijziging maakt het mogelijk dat de Autoriteit voor Europese politieke partijen
en stichtingen financiële sancties oplegt aan Europese politieke partijen of stichtingen
die, door inbreuk te maken op de gegevensbeschermingsregels, de uitslag van de Europees
Parlementsverkiezingen opzettelijk (trachten te) beïnvloeden. Over de wijziging van
de Verordening Europese politieke partijen is medio januari een akkoord bereikt tussen
Europees parlement, Raad en Commissie. Door het bereikte akkoord zal deze verordening
tijdig voor de verkiezingen van het Europees parlement in werking kunnen treden.
De overige voorstellen hebben een niet-legislatief karakter. Het betreft een mededeling
over het garanderen van vrije en eerlijke Europese verkiezingen, een aanbeveling over
verkiezingsnetwerken, online transparantie, bescherming tegen cyberincidenten en desinformatiecampagnes4, en een richtsnoer over de uitvoering van de Algemene Verordening Gegevensbescherming5. Het betreft voornamelijk oproepen aan de lidstaten om zelf maatregelen te treffen.
In de mededeling en de aanbeveling wordt ook de koppeling gemaakt met de aanpak van
online desinformatie. In december 2018 heeft de Commissie het Actieplan voor online
desinformatie gepresenteerd. Op 25 januari jl. is het BNC-fiche over het Actieplan
over Desinformatie aan uw Kamer gestuurd6.
Raadsconclusies vrije en eerlijke Europese verkiezingen
Parallel aan het onderhandelingsproces over de verordening heeft het voorzitterschap
van de Raad gewerkt aan Raadsconclusies die betrekking hebben op het gehele pakket
aan voorstellen. In de Raadsconclusies wordt expliciet ingegaan op samenwerking in
EU- en internationaal verband op het gebied van cybersecurity in relatie tot verkiezingen
en de verspreiding van desinformatie. Over de inzet van het kabinet is uw Kamer geïnformeerd
in de geannoteerde agenda voor de Raad Algemene Zaken van 19 februari 2019 (Kamerstuk
21 501-02, nr. 1955). Het kabinet hecht aan vrije en eerlijke verkiezingen en is zich zeer bewust van
de risico’s die de moderne digitale tijd met zich mee brengt. Zoals eerder in het
BNC-fiche over het Actieplan over Desinformatie (Kamerstuk 22 112, nr. 2760) is gesteld, is het kabinet positief over het feit dat er in Europees verband aandacht
is voor de veiligheid van het organiseren van de verkiezingen, transparantie online
en het rechtmatig gebruik van persoonsgegevens, ook in verkiezingscampagnes. Daarbij
is het voor het kabinet van belang dat er een helder onderscheid blijft tussen de
nationale en Europese competenties. De wijze waarop de verkiezingen worden georganiseerd
is een aangelegenheid van de lidstaten. In de Raadsconclusies worden overeenkomstig
de Nederlandse inzet onder meer de vrijheid van meningsuiting en vrije pers stevig
verankerd in de tekst, de bevoegdheidsverdeling rond verkiezingen geëxpliciteerd,
onafhankelijkheid van factcheckers benadrukt en is er ruime aandacht voor mediawijsheid.
Tijdens de Raad Algemene Zaken op 19 februari 2019 zijn de Raadsconclusies over vrije
en eerlijke Europese verkiezingen aangenomen. In de bijlage bij deze brief treft u
de Raadsconclusies aan7.
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,
K.H. Ollongren