22 100
Meerjarenplan Verkeersveiligheid

nr. 48
BRIEF VAN DE MINISTER VAN VERKEER EN WATERSTAAT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

's-Gravenhage, 21 februari 1996

Tijdens het vragenuurtje van 3 oktober 19951 heeft de heer Van Heemst (PvdA) gevraagd naar een opgave van de vijf gevaarlijkste wegvakken per provincie en de plannen van aanpak daarvoor.

Met mijn brief van 20 november 1995, kenmerk HW/V 208227 heb ik u meegedeeld, dat ik aan het IPO heb gevraagd mij ten behoeve van mijn antwoord op die vragen te informeren. Ik heb dat gedaan, omdat de provincies met het accoord regionaal verkeersveiligheidsbeleid staan voor de beleidscoördinatie binnen de provincies. In mijn brief meldde ik u te verwachten, dat het IPO binnen twee maanden zou reageren en dat ik de Kamer vervolgens zou kunnen informeren.

Ook tijdens het nota-overleg over het MIT op 13 november 1995 heb ik in deze zin gereageerd op de betreffende vragen van de heer van Heemst.

Het IPO heeft aangegeven meer tijd nodig te hebben om de informatie op een kwalitatief goed niveau te brengen en om het verband aan te geven met de aanpak van de verkeersonveiligheid binnen de provincies.

Ik verwacht nu dat ik voor eind april 1996 de vragen zal kunnen beantwoorden.

De Minister van Verkeer en Waterstaat,

A. Jorritsma-Lebbink


XNoot
1

Handelingen II nr. 3, vergaderjaar 1995–1996.

Naar boven