nr. 22
BRIEF VAN DE MINISTER VAN VERKEER EN WATERSTAAT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
's-Gravenhage, 14 februari 1995
Hierbij doe ik u het advies «Top Tien van Aanbevelingen, 1995»
van de Raad voor de Verkeersveiligheid toekomen1.
Ik vat het raadsadvies op als een lijst van onderwerpen die in de ogen
van de Raad prioriteit verdienen. De onderwerpen verschillen aanzienlijk van
elkaar wat betreft inhoud, belang, actualiteit en haalbaarheid. Inhoudelijk
hebben de in het raadsadvies genoemde onderwerpen zonder uitzondering mijn
aandacht.
Als bijlage treft u een overzicht aan met per onderwerp een korte reactie
of een aanduiding van de stand van zaken.
De Minister van Verkeer en Waterstaat,
A. Jorritsma-Lebbink
BIJLAGE
Reactie van de minister van Verkeer en Waterstaat c.q.
aanduiding van de stand van zaken met betrekking tot de onderwerpen uit het
advies «Top Tien van aanbevelingen, 1995» van de Raad voor de
Verkeersveiligheid
1. Puntenstelsel
Met betrekking tot het puntenstelsel streef ik er naar de Tweede Kamer
binnenkort nader te informeren door middel van een gezamenlijke brief met
mijn collega van Justitie.
2. Proef met begeleid rijden
Aan een proef met een vorm van rijopleiding waarbij 16- of 17-jarigen
ervaring opdoen met het besturen van een auto kleven bezwaren.
In plaats van een proef te houden zal ik nagaan of begeleid rijden in
andere Europese landen waardevolle elementen kent die ook in ons land ingezet
kunnen worden om hier de rijopleiding voor jonge mensen nog te verbeteren.
3. Rechts voorrang voor fietsers
Rechts voorrang voor fietsers is in principe een goede zaak, maar moet
niet op stel en sprong worden ingevoerd. Voorwaarde voor invoering in ons
land is dat geen extra risico's voor de fietsers gaan ontstaan.
4. Fietsinfrastructuur en 30 km/h-zones
Het derde meerjarenplan Verkeersveiligheid en het Masterplan Fiets zijn
onverminderd van kracht. Ik streef dus naar meer en betere infrastructuur
voor fietsers en naar meer 30 km-zones. De realisatie daarvan is echter een
zaak van de andere overheden. In de praktijk blijkt ook dat gemeenten steeds
meer 30 km/h-zones en dergelijke aanleggen.
5. Toelatingseisen brom- en snorfietsen
De betreffende voertuigeisen staan in Brussel op de agenda.
De Tweede Kamer is geïnformeerd middels de beleidsnota Bromfiets–
snorfiets (juni 1994) en mijn brief van 20 januari jl. ten behoeve van het
nota-overleg verkeersveiligheidsbeleid.
6. Remmen en verlichting van fietsen verbeteren
Op dit gebied wenst de Raad nieuwe regelgeving. Er zijn intussen verschillende
andere maatregelen getroffen en ontwikkelingen gestimuleerd. Ik noem hier
voorlichting via gesubsidieerde verenigingen en de regionale organen voor
de verkeersveiligheid en het (ook wettelijk) toelaten van de nu verkrijgbare
verbeterde fietsverlichting.
7. Invoeren matrix-systemen op grote schaal
Hiervoor is in het kader van benuttingsmaatregelen voor het hoofdwegennet
reeds geld beschikbaar gesteld in de lopende begroting.
8. Nieuw aansprakelijkheidsstelsel invoeren
Inhoudelijk zal ik niet op korte termijn op dit raadsadvies reageren.
Naar verwachting zal deze zomer een kabinetsstandpunt kunnen worden ingenomen
in het kader van een door de minister van Justitie in te dienen wetsvoorstel
betreffende de verkeersaansprakelijkheid.
9. Vlakke zijafscherming zwaar verkeer
De opvatting van de Raad dat de bestaande regeling omtrent open zijafscherming
«volstrekt niet volstaat» deel ik niet. Niettemin zou dichte zijafscherming
een verbetering betekenen. Volgend op de uitkomsten van het demonstratieproject
dichte zijafscherming zullen de mogelijkheden worden onderzocht om in EG-verband
de bestaande richtlijn zijafscherming aan te passen.
10. Versnelde verplichting derde remlicht
Dit staat in Brussel op de agenda. De Europese Commissie is bezig met
een ontwerp-richtlijn met betrekking tot een verpicht derde remlicht. Ik wil
daar niet op vooruitlopen.