21 501-32 Landbouw- en Visserijraad

Nr. 761 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 19 december 2013

Met deze brief informeer ik u over de uitkomsten van de Landbouw- en Visserijraad van 16 en 17 december jl. De Raad heeft onder meer een akkoord bereikt over de vangstmogelijkheden voor 2014. Ook heeft de Raad de definitieve wetsteksten voor het nieuwe Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB) vastgesteld.

Visserij

Vangstmogelijkheden 2014

(Politiek akkoord)

De Raad heeft een politiek akkoord bereikt over de vangstmogelijkheden voor 2014. Het akkoord vloeit voort uit de toepassing van de meerjarenbeheerplannen, de Maximum Sustainable Yield (MSY) en de voorzorgsbenadering, conform de afspraken hierover in het nieuwe Gemeenschappelijk Visserijbeleid (GVB). Ik ben daarom van mening dat het akkoord bijdraagt aan de doelstellingen van het kabinet voor een duurzaam en ecologisch verantwoord beheer van visbestanden en stabiliteit van de sector.

De Raad heeft overgangsmaatregelen getroffen voor de gezamenlijk met Noorwegen beheerde bestanden. Het betreft hier onder meer de voor Nederland belangrijke bestanden kabeljauw, schol en haring. De TACs voor deze soorten zijn vastgesteld op 70% van het wetenschappelijk advies, in afwachting van een akkoord met Noorwegen. Door het vaststellen van dergelijke «overgangs-TACs» is voorkomen dat de visserij stil komt te liggen per 1 januari 2014. Naar verwachting zullen de consultaties met Noorwegen over de vangstmogelijkheden medio januari plaatsvinden.

Ook voor de soorten die gezamenlijk worden beheerd met de kuststaten zijn overgangs-TACs vastgesteld op 70%. Commissaris Damanaki heeft recentelijk een aanbod gedaan aan de Faeröer om te komen tot een akkoord, maar dit bod is afgewezen. De Commissaris bestudeert nu het Noorse voorstel aan de Faeröer en is van zins hierover begin 2014 met de Noorse autoriteiten in gesprek te gaan. In de Raad heeft discussie plaatsgevonden over welk deel van de totale vangstmogelijkheden gereserveerd moeten worden voor de Faeröer en IJsland. Nederland heeft aangegeven het van belang te vinden om te komen tot een akkoord, maar niet tegen elke prijs. Er moet daarbij rekening worden gehouden met de historische vangsten van de kuststaten. Ook heeft Nederland verwezen naar het voorstel van de industrie voor een alternatieve verdeling van de makreel tussen de kuststaten.

Voor een aantal voor Nederland belangrijke gegevensarme soorten in de Noordzee (tongschar en witje, schar en bot, tarbot en griet) heeft de Raad besloten tot een status quo (roll-over) van de TACs. De Europese Commissie had voor deze soorten reducties van de vangstmogelijkheden voorgesteld. Nederland heeft in de Raad ingebracht de TACs voor gegevensarme soorten case-by-case te willen benaderen. Een roll-over van de TACs voor deze soorten is in lijn met de Nederlandse inzet.

Voor Noordzeetong is besloten tot een reductie van de vangstmogelijkheden met 15%, conform het meerjarenplan. Nederland heeft er bij de Europese Commissie op aangedrongen over te gaan op de tweede fase van het Meerjarenplan. De Europese Commissie heeft een verklaring toegevoegd volgend jaar toe te werken naar deze tweede fase. Hiermee heb ik invulling gegeven aan mijn toezegging aan uw Kamer hieromtrent tijdens het Algemeen Overleg Landbouw- en Visserijraad op 12 december jl.

Ten aanzien van de westelijke horsmakreel (gegevensarme soort) had de Europese Commissie voorgesteld om de vangstmogelijkheden in 2014 met 40% terug te brengen, waarmee in één stap bevissing op het niveau van MSY zou worden bereikt. Ik ben echter voorstander van het in twee stappen bereiken van bevissing op het niveau van MSY vanaf 2015. Conform mijn inzet heeft de Raad besloten tot het terugbrengen van de vangstmogelijkheden voor de westelijke Horsmakreel met 26% voor het komende jaar. Dat is een goede stap op weg naar MSY in 2015 voor dit bestand.

Verder is besloten tot een roll-over van de TAC voor zilversmelt. Dit is acceptabel in het licht van de positieve wetenschappelijke adviezen voor deze soort. Ook ten aanzien van roggen heeft de Raad besloten tot een roll-over. Haaien en roggen krijgen als kwetsbare soorten het komend jaar opnieuw adequate bescherming door instandhouding van de lijst van verboden soorten.

Voorts heeft Nederland gepleit voor een bevriezing van de zeedagen, zodat vissers voldoende gelegenheid hebben om gebruik te maken van de TACs en quota. De Raad heeft, conform deze inzet, besloten tot gelijkblijvende zeedagen.

De mogelijkheid van de pilot voor Noordzeekabeljauw met camera’s aan boord wordt gecontinueerd. Voor uitbreiding van de mogelijkheden voor een dergelijke pilot gericht op andere soorten is weinig steun onder andere lidstaten.

Ik ben van mening dat met dit akkoord een goede balans is bereikt tussen een duurzaam beheer van visbestanden en voldoende mogelijkheden voor het genereren van inkomsten voor de visserijsector.

Landbouw

Voorstel voor voorlichting- en afzetbevorderingsacties voor landbouwproducten

(Presentatie Europese Commissie)

De Europese Commissie heeft een presentatie gegeven over haar voorstel inzake voorlichtings- en afzetbevorderingsacties voor landbouwproducten op de Europese markt en in derde landen. Commissaris Ciolos stelde in de Raad dat de nieuwe verordening zal bijdragen aan een meer doelgericht beleid en de regels voor afzetbevordering zal versimpelen. Hij stelde verder dat er op de internationale markt een stijgende vraag is naar Europese kwaliteitsproducten, onder andere in de VS en China. Een nieuw voorlichtings- en afzetbevorderingsbeleid kan in de ogen van de Europese Commissie bijdragen aan de exportmogelijkheden van Europese producenten naar deze markten. De Europese Commissie stelt voor om de werkingssfeer van de maatregelen te vergroten. Zo zal het aantal producten dat in aanmerking komt voor steun toenemen, en kunnen in de voorstellen van de Commissie in de toekomst ook producentenorganisaties gebruik maken van de regeling. Voorts is de Europese Commissie van zins om de mogelijkheid van nationale cofinanciering af te schaffen. Met de lidstaten zal jaarlijks worden overlegd over de strategische prioriteiten voor afzetbevorderingsacties. Op basis hiervan zal de Europese Commissie de selectie maken van projecten die in aanmerking komen voor steun. De Commissie wil de uitvoering van de maatregelen onderbrengen bij een uitvoeringsinstantie.

In de Raad was brede steun voor een nieuwe verordening voor voorlichtings- en afzetbevorderingsactiviteiten. Een groot aantal landen steunde bovendien het voorstel van de Europese Commissie voor een bredere grondslag van de regeling. Ook was er steun voor de focus op exportmogelijkheden naar derde landen. Wel toonde een aantal lidstaten zich kritisch over het voorstel om lidstaten niet te betrekken bij de selectie van projecten, en de door de Europese Commissie voorgestelde afschaffing van nationale cofinanciering.

Nederland heeft in de Raad aangegeven kritisch te staan tegenover de voorgestelde stijging van het budget (van 50 miljoen euro nu naar 200 miljoen euro in 2020), en een voorbehoud gemaakt ten aanzien van de subsidiariteit van het voorstel. Ook heeft Nederland gesteld dat er in de regeling vooral aandacht moet zijn voor verantwoorde consumptie en milieu- en diervriendelijke productie. Op dit moment wordt het voorstel nog bestudeerd. Uw Kamer zal via de gebruikelijke weg worden geïnformeerd via de BNC-procedure.

Diversen

Europees Fonds voor Maritieme Zaken en Visserij

(Informatie Litouws voorzitterschap)

Het voorzitterschap heeft de Raad geïnformeerd over de voortgang van de triloog over het Europees Fonds voor Maritieme zaken en Visserij (EFMZV). Het Voorzitterschap streeft ernaar 19 december een politiek akkoord te bereiken. Het Voorzitterschap stelde dat de positie van de Raad en het EP nader tot elkaar komen. Zowel het Voorzitterschap als de Europese Commissie wezen er in hun interventie op dat er nog wel op enkele punten verschillen van inzicht bestaan, bijvoorbeeld ten aanzien van middelen voor kleinschalige kustvisserij, tijdelijke stillegging en sanering van de vloot, en controle, toezicht en handhaving.

Een aantal lidstaten riep het voorzitterschap op om in de onderhandelingen met het Europees Parlement zo dicht mogelijk bij de uitgangspunten van de algemene oriëntatie van de Raad te blijven. Ook herhaalden enkele lidstaten hun standpunt dat het EFMZV moet bijdragen aan de prioriteiten van het hernieuwde GVB, zoals de aanlandplicht en het verminderen van discards.

NEC-richtlijn

(Verzoek Duitsland, informatie Europese Commissie)

Duitsland heeft in de Raad verzocht om een regelmatige rapportage aan de Raad over de stand van zaken met betrekking tot het voorstel voor de NEC-richtlijn. Deze richtlijn ligt primair op het terrein van de Milieuraad en stelt plafonds aan de uitstoot van een aantal luchtverontreinigende stoffen. Daarvan is met name ammoniak voor de landbouwsector zeer relevant. Een groot aantal lidstaten ondersteunde het Duitse verzoek. De voorzitter concludeerde dat regelmatig informatie zal worden verschaft aan de Landbouw- en Visserijraad met betrekking tot de stand van zaken van de onderhandelingen over de herziening van deze richtlijn.

Conferentie «De EU-zuivelsector: ontwikkelingen na 2015»

(Presentatie Europese Commissie)

Commissaris Ciolos heeft verslag gedaan van de zuivelconferentie die op 24 september jl. heeft plaatsgevonden. U bent over de uitkomsten van de zuivelconferentie geïnformeerd in de kwartaalrapportage GLB van oktober jl. (Kamerstuk 28 625, nr. 165). Bij deze conferentie waren onder meer vertegenwoordigers van de Europese Commissie, nationale overheden, en de sector aanwezig. Tijdens de conferentie is gesproken over de toekomst van de Europese zuivelsector in het licht van de afschaffing van het zuivelquotum. Volgens Commissaris Ciolos kwam in de conferentie naar voren dat sommige Europese regio’s beter in staat zijn in te spelen op de afschaffing van het zuivelquotum dan andere, bijvoorbeeld door het verhogen van de productie in reactie op de huidige hoge wereldmarktprijzen. Het inspelen op volatiele wereldprijzen zal volgens Commissaris Ciolos een van de voornaamste uitdagingen blijken voor de zuivelsector. Commissaris Ciolos gaf tenslotte aan dat het debat over de voorstellen voor de toekomst van de zuivelsector zal worden gevoerd tijdens het komend half jaar.

In de Raad vond vervolgens een debat plaats over de verwachte ontwikkelingen op de zuivelmarkt na uitfasering van het melkquotum. Daarbij pleitte een groep lidstaten voor maatregelen gericht op het beschermen van kwetsbare melkproducerende regio’s. Een andere groep lidstaten, waartoe ook Nederland behoorde, toonde zich tevreden over de toegenomen marktgerichte oriëntatie van het GLB. Deze groep lidstaten toonde zich bezorgd over het feit dat als gevolg de gunstige ontwikkelingen in de markt en de toename van de melkproductie, zuivelproducenten in het laatste quotumjaar naar verwachting geconfronteerd zullen worden met een (grotere) overschrijding van het melkquotum en daardoor te maken krijgen met een (hogere) heffing. Deze lidstaten pleitten voor een «zachte landing» voor het laatste quotumjaar door aanpassing van de zogenaamde vetcorrectiefactor, waardoor zuivelproducenten de mogelijkheid krijgen om een grotere hoeveelheid zuivel te produceren.

Openbare raadpleging biologische landbouw

(Presentatie Europese Commissie)

De Europese Commissie heeft in het kader van de evaluatie van de Europese regelgeving inzake de biologische productie en de etikettering van biologische producten een openbare raadpleging uitgevoerd tijdens de eerste helft van 2013. Tijdens de Raad heeft de Commissaris de belangrijkste uitkomsten van deze raadpleging gepresenteerd. 45.000 burgers hebben gereageerd op de openbare raadpleging. Uit het onderzoek kwam onder meer naar voren dat zo’n driekwart van de respondenten wil dat biologische producten pesticidevrij zijn, en eveneens driekwart van de respondenten voorstander is van harmoniserende Europese regels voor biologische productie.

De Europese Commissie werkt momenteel aan een voorstel voor herziening van de regelgeving voor biologische landbouw en etikettering. Ten aanzien van deze herziening stelde Commissaris Ciolos dat het succes van de biologische sector nauw is verweven met het vertrouwen van de consument. Regelgeving moet dus zorgdragen voor goede controles en duidelijkheid voor de consument.

Een aantal lidstaten sprak zich in de Raad uit voor herziening van de regelgeving. Hierbij stelden enkele lidstaten wel dat het daarbij moet gaan om een verbetering van bestaande regelgeving en geen radicale herziening. Ook riep een aantal lidstaten op om het gebruik van nationale logo’s te blijven toestaan. Tot slot verzochten enkele lidstaten om het gebruik van selenium in de biologische landbouw toe te staan.

Nederland heeft in de Raad gesteld dat bij de herziening van regelgeving met name efficiënte controles, ongehinderde handelsstromen, een transparante markt, voldoende ruimte voor innovatie en regelgeving voor de gehele keten van groot belang zijn.

Plant- en diergezondheidspakket

(Voortgangsverslag Litouws voorzitterschap)

Het Litouwse voorzitterschap heeft tijdens de Raad verslag gedaan van de stand van zaken met betrekking tot de besprekingen van het plant- en diergezondheidspakket. Uw Kamer wordt nader geïnformeerd over de stand van zaken van dit voorstel in de voortgangsrapportage plant- en diergezondheidspakket.

Frankrijk pleitte in de Raad voor het opstellen van een zogenaamde positieve lijst voor de import van plantaardig materiaal uit derde landen. Frankrijk wil dat alleen producten die op deze positieve lijst staan kunnen worden geïmporteerd in de Europese Unie. In de huidige situatie kunnen in principe alle producten worden geïmporteerd, mits voorzien van een fytosanitair exportcertificaat afgegeven door de bevoegde autoriteit van het derde land.

Nederland heeft zich in de Raad uitgesproken tegen het Franse voorstel. Hiermee zou het importregime veranderen van een open systeem («ja, mits») naar een gesloten systeem («nee, tenzij»). Volgens het kabinet zou een dergelijk systeem een onevenredig grote negatieve impact hebben op de handel. Het bedrijfsleven zou hiervan grote schade kunnen ondervinden. Bovendien zou een dergelijk systeem onevenredig veel administratieve lasten voor de lidstaten en de Europese Commissie met zich meebrengen.

«Hybride» systemen voor voedingswaarde-etikettering

(Verzoek Italië, ondersteund door Kroatië)

Italië heeft verzocht om tijdens de Raad te spreken over het zogenoemde Hybrid Nutrition Labelling system (ook wel stoplichtensysteem genoemd). Het Verenigd Koninkrijk maakt van dit systeem gebruik om aan de hand van kleuren op het etiket aan de consument informatie te verschaffen over de gezondheidswaarde van producten. Italië stelde in de Raad dat de informatie die door het stoplichtsysteem wordt geboden te simplistisch is en daarom misleidend kan werken. Bovendien werpt het systeem barrières op ten aanzien van het vrij verkeer van goederen binnen de EU, ook voor producten met een geografische bescherming. Een aantal met name zuidelijke lidstaten ondersteunde het Italiaanse pleidooi.

Het VK stelde dat het stoplichtsysteem niet te simplistisch is; uit onderzoek is gebleken dat het systeem consumenten kan helpen om geïnformeerde keuzes te maken in de aanschaf van levensmiddelen. Bovendien is het VK van mening dat het systeem de interne markt niet verstoort, mede omdat toepassing geschiedt op basis van vrijwilligheid.

De Europese Commissie heeft toegezegd zich verder in de situatie te zullen verdiepen.

Markttoegang Russische Federatie voor plantaardige producten

(Informatie Litouws Voorzitterschap)

Het Litouwse Voorzitterschap heeft de Raad geïnformeerd over de voortgang van de onderhandelingen met Rusland over de export van planten- en plantaardige producten. Op 1 juli jl. heeft de Russische Federatie de grens gesloten voor consumptie- en pootaardappelen en plantmateriaal uit de EU. De Europese Commissie toonde zich voorzichtig positief over een naderende oplossing van het dispuut. Nederland heeft in de Raad benadrukt dat het van belang is om snel tot een akkoord te komen.

Rijstimport uit de Minst Ontwikkelde Landen

(Verzoek Italië)

Italië heeft in de Raad in de orde gesteld dat de import van rijst uit de Minst Ontwikkelde Landen (MOLs), met name uit Cambodja, recentelijk sterk is toegenomen. Rijst uit deze landen kan worden geïmporteerd zonder invoerheffingen, als onderdeel van het Everything But Arms initiatief. Europese rijstproducenten ondervinden volgens Italië grote nadelige gevolgen van de stijging van rijstimport. Volgens Italië is een aantal Europese regio’s sociaaleconomisch sterk afhankelijk van de rijstproductie. Bovendien heeft rijstproductie ook een grote toegevoegde waarde vanuit ecologisch oogpunt. Een aantal (voornamelijk zuidelijke) lidstaten ondersteunde het Italiaanse standpunt.

In haar reactie stelde de Europese Commissie dat de EU niet volledig in de eigen rijstbehoefte kan voorzien en daarom (voor enkele rijstsoorten) afhankelijk is van import uit derde landen. Mede om die reden acht de Commissie het voorbarig om op dit moment maatregelen te nemen om de import van rijst uit deze landen te bemoeilijken. Wel wees de Commissie op de mogelijkheid voor lidstaten om gekoppelde steun te bieden voor rijstproductie als onderdeel van het GLB. Ook heeft de Commissie toegezegd om een wekelijkse marktanalyse van de rijstmarkt te zullen uitvoeren, op basis waarvan de Raad deze problematiek nader kan bezien. Pas als uit deze analyse zou blijken dat marktverstoring optreedt, is het mogelijk een formeel onderzoek te starten en eventueel maatregelen te nemen.

Lokale landbouw en directe verkoop

(Presentatie Europese Commissie)

De Europese Commissie heeft aan de Raad onderzoek van haar hand gepresenteerd over de lokale landbouw en directe verkoop van landbouwproducten. De Europese Commissie stelde dat hieruit geen eenduidige conclusie naar voren komt met betrekking tot nut en noodzaak van (Europese) etikettering voor lokale landbouw. Daarom is Commissaris Ciolos geen voorstander van het ontwikkelen van een zwaar en duur Europees instrumentarium hiervoor. Wel kan gekeken worden naar een licht en flexibel Europees alternatief. De Europese Commissie heeft aan de Raad een aantal vragen voorgelegd. Hierin wordt aan de lidstaten onder meer gevraagd of zij van mening zijn dat het bestaande instrumentarium voldoet en of een specifieke EU-regeling van toegevoegde waarde zou zijn. Aan de hand van deze vragen wil de Europese Commissie verdere discussie voeren met de Raad over dit thema.

A-punt: Hervorming Gemeenschappelijk Landbouwbeleid

(formele vaststelling)

De Raad heeft het wetgevingspakket voor het nieuwe Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB) goedgekeurd. De onderdelen «directe betalingen» en «markt- en prijsbeleid» vormen samen de eerste pijler van het GLB. Het plattelandsbeleid vormt de tweede pijler. De horizontale verordening betreft bepalingen geldend voor de beide pijlers. Ook de overgangsverordening 2014, die maatregelen bevat voor een soepele overgang naar de inwerkingtreding van de onderdelen van het GLB per 2015, maakt er deel van uit. Hiermee is de hervorming van het GLB een feit. Het hervormingspakket kan vanaf 1 januari 2014 in werking treden. Het onderdeel directe betalingen zal per 2015 van kracht worden.

De uitvoeringsbepalingen bij dit wetgevingspakket worden op dit moment nog uitgewerkt in Brussel. De gedelegeerde uitvoeringsbepalingen zullen naar verwachting uiterlijk half maart 2014 gereed zijn.

Overig

Internationale Walvisvaart Commissie

In het AO Landbouw- en Visserijraad van 16 oktober jl. (Kamerstuk 21 501-32, nr. 756) vroeg uw Kamer naar mijn inzet tijdens de eerstvolgende vergadering van de Internationale Walvisvaart Commissie (IWC). De eerstvolgende vergadering van de IWC zal plaatsvinden in september of oktober 2014. De Kamer zal vooraf uiteraard tijdig worden geïnformeerd over de inzet van het kabinet bij deze bijeenkomst.

De Staatssecretaris van Economische Zaken, S.A.M. Dijksma

Bijlage: Lijst van A-punten

• Gewijzigd voorstel voor een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad betreffende minimumvereisten voor de vergroting van de mobiliteit van werknemers door verbetering van de verwerving en het behoud van aanvullende pensioenrechten; eerste lezing – politiek akkoord

• Voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad betreffende specifieke bepalingen voor steun uit het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling ter verwezenlijking van de doelstelling «Europese territoriale samenwerking»; eerste lezing – Aanneming van de wetgevingshandeling

• Voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad inzake het Cohesie-fonds en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1084/2006 van de Raad; eerste lezing – Aanneming van de wetgevingshandeling

• Voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad betreffende het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling en specifieke bepalingen met betrekking tot de doelstelling «Investeren in groei en werkgelegenheid», en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1080/2006; eerste lezing – Aanneming van de wetgevingshandeling

• Voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad betreffende het Europees Sociaal Fonds en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1081/2006; eerste lezing – Vaststelling van de wetgevingshandeling

• Voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1082/2006 betreffende een Europese groepering voor territoriale samenwerking (EGTS), wat de verduidelijking, vereenvoudiging en verbetering van de oprichting en tenuitvoerlegging van dergelijke groeperingen betreft; eerste lezing – Aanneming van de wetgevingshandeling

• Voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad houdende gemeenschappelijke bepalingen inzake het Europees Fonds voor regionale ontwikkeling, het Europees Sociaal Fonds, het Cohesiefonds, het Europees Landbouwfonds voor plattelandsontwikkeling en het Europees Fonds voor maritieme zaken en visserij en algemene bepalingen inzake het Europees Fonds voor regionale ontwikkeling, het Europees Sociaal Fonds, het Cohesiefonds en het Europees Fonds voor maritieme zaken en visserij, en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1083/2006 van de Raad; eerste lezing – Vaststelling van de wetgevingshandeling

• Voorstel voor een besluit van het Europees Parlement en de Raad betreffende een EU-mechanisme voor civiele bescherming eerste lezing – Aanneming van de wetgevingshandeling

• Voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van Verordening (EG) nr. 55/2008 van de Raad tot invoering van autonome handelspreferenties voor de Republiek Moldavië; eerste lezing – Vaststelling van de wetgevingshandeling

• Voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van een programma «Justitie» voor de periode 2014–2020; eerste lezing – Vaststelling van de wetgevingshandeling

• Voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van een programma «Rechten, gelijkheid en burgerschap» voor de periode 2014–2020; eerste lezing – Aanneming van de wetgevingshandeling

• Voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van Verordening (EU) nr. 99/2013 betreffende het Europees statistisch programma 2013–2017; eerste lezing – Aanneming van de wetgevingshandeling

• Voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van het Europees Fonds voor aanpassing aan de globalisering (2014–2020); eerste lezing – Aanneming van de wetgevingshandeling

• Voorstel voor een besluit van het Europees Parlement en de Raad houdende wijziging van Richtlijn 2003/87/EG ter verduidelijking van de bepalingen inzake de tijdstippen van de veilingen van broeikasgasemissierechten; eerste lezing – Vaststelling van de wetgevingshandeling

• Voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van bepaalde verordeningen op het gebied van de gemeenschappelijke handelspolitiek, wat de procedures voor de vaststelling van bepaalde maatregelen betreft (Omnibus I); eerste lezing] – Verklaringen

• Voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van bepaalde verordeningen in verband met het gemeenschappelijke handelsbeleid wat betreft de verlening van gedelegeerde bevoegdheden en uitvoeringsbevoegdheden voor de vaststelling van bepaalde maatregelen (Omnibus II); eerste lezing – Verklaringen

• Voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van een gemeenschappelijke ordening van de markten voor landbouwproducten en tot intrekking van de Verordeningen (EEG) nr. 922/72, (EEG) nr. 234/79, (EG) nr. 1037/2001 en (EG) nr. 1234/2007 van de Raad; eerste lezing – Aanneming van de wetgevingshandeling

• Voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad inzake steun voor plattelandsontwikkeling uit het Europees Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling (ELFPO) en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1698/2005 van de Raad; eerste lezing – Aanneming van de wetgevingshandeling

• Voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad inzake de financiering, het beheer en de monitoring van het gemeenschappelijk landbouwbeleid en tot intrekking van Verordeningen (EEG) nr. 352/78, (EG) nr. 165/94, (EG) nr. 2799/98, (EG) nr. 814/2000, (EG) nr. 1290/2005 en (EG) nr. 485/2008 van de Raad; eerste lezing -Aanneming van de wetgevingshandeling