21 501-32 Landbouw- en Visserijraad

Nr. 1028 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 1 juni 2017

Met deze brief informeer ik u over de onderwerpen die naar verwachting geagendeerd zullen worden voor de Landbouw- en Visserijraad die 12 juni a.s. plaatsvindt in Luxemburg (CM 2922/17). Tot op heden is er geen definitieve agenda beschikbaar. Ook informeer ik u over drie voorstellen van de Europese Commissie voor de positie van de Europese Unie in bijeenkomsten over externe visserij.

Geagendeerde onderwerpen op de Raad

(mogelijk) Voorstel verordening biologische productie en etikettering

Stand van zaken

Mogelijk zal het Maltees Voorzitterschap de stand van zaken schetsen van de triloogonderhandelingen tussen de Raad, het Europees Parlement en de Europese Commissie over de nieuwe verordening voor biologische landbouw (COM (2014)180). Er is nog geen achtergronddocument beschikbaar.

Onder Maltees voorzitterschap werd begin van dit jaar een herstart gemaakt, nadat de onderhandelingen in triloog afgelopen december onder Slowaaks voorzitterschap waren vastgelopen. Dit voorjaar is echter weinig voortgang geboekt. Er hebben twee triloogbesprekingen plaatsgevonden. Een derde triloog, die gepland stond op 31 mei jl., kon niet doorgaan omdat een grote meerderheid van de lidstaten, waaronder Nederland, in het Speciaal Comité Landbouw het door het Voorzitterschap voorgestelde mandaat niet kon steunen. Lidstaten waren vooral kritisch over de voorstellen over niet-toegelaten stoffen, zaaizaad, beëindiging van derogaties, uitzonderingen op grondgebonden teelt, maximum aantal kippen per pluimveestal en bepalingen inzake voorverpakte producten.

In de komende tijd moet duidelijk worden hoe dit proces verder gaat.

Marktsituatie

Update van de Europese Commissie

De Europese Commissie zal de Raad informeren over actuele ontwikkelingen in de marktsituatie. Er is nog geen achtergronddocument beschikbaar. Naar verwachting zal de Europese Commissie vooral ingaan op de situatie op de zuivel- en de suikermarkten.

De Europese zuivelmarkt heeft zich in de eerste vier maanden van het jaar gunstig ontwikkeld. In de Europese Unie is de melkproductie in de eerste drie maanden van 2017 met 2,3% gedaald (in Nederland met 0,5%). De melkprijs is in de afgelopen 12 maanden sterk gestegen. De verkoop van voorraden mageremelkpoeder uit interventie van 2015 verloopt echter moeizaam. Er ligt momenteel 355.000 ton mageremelkpoeder in opslag. Uit de verkooptender van 22.000 ton melkpoeder is sinds december 2016 slechts 40 ton verkocht. Ik ondersteun het aanbieden van melkpoeder tegen marktprijzen, maar zou vanwege het prijsdrukkende effect van de interventievoorraden ook kunnen instemmen met een lagere interventieprijs. In de discussies in EU-verband wordt doorgaans echter juist voor verhoging van interventieprijzen gepleit.

Op 30 september 2017 eindigt het Europese quotasysteem voor suiker. Nu bestaat er nog een onderscheid tussen «quotumsuiker» die voor humane consumptie wordt gebruikt, en de overige «buitenquotumsuiker» die voor industriële toepassingen kan worden gebruikt. In het seizoen 2016/2017 is er in de EU 16,6 miljoen ton suiker geproduceerd, waarvan 13,5 miljoen ton quotumsuiker. Wanneer rekening wordt gehouden met import en export van suiker, is de eindvoorraad witte suiker op 30 september a.s. 500.000 ton. Dit is de kleinste voorraad in jaren, hetgeen aanleiding kan geven tot een stijging van de spotprijzen (gecontracteerde prijzen blijven stabiel).

Het areaal suikerbieten neemt voor het productieseizoen 2017/2018, dat op 1 oktober begint, naar verwachting met ruim 17% toe tot 1,66 miljoen hectare.

In Nederland neemt het areaal waarschijnlijk met 20% toe tot 84.500 hectare. Dit zal tot gevolg hebben dat er minder suiker wordt geïmporteerd. De Europese suikermarkt zal ongeveer zelfvoorzienend worden. Ik ben voorstander van een liberale suikermarkt en verwelkom de afschaffing van het suikerquotum. Ik verwacht geen parallel met de (eerdere) situatie op de zuivelmarkt, omdat akkerbouwers jaarlijks hun areaal kunnen aanpassen en daarmee beter kunnen inspelen op de prijsvolatiliteit.

Diversen: voorbereiding vijfde EU-Afrika-top

Informatie van de Europese Commissie

De Europese Commissie zal informatie geven over de vijfde EU-Afrika-top, die op 28 en 29 november aanstaande plaatsvindt in Ivoorkust. Er is nog geen achtergronddocument beschikbaar. Naar verwachting zal de Europese Commissie informatie geven over het proces en de lidstaten vragen een actieve rol te spelen.

Ter voorbereiding op de Top en aan de vooravond van de tweejaarlijkse conferentie van de Voedsel- en Landbouworganisatie (FAO; 3–7 juli) vindt op 2 juli in Rome een vergadering plaats met Ministers van Landbouw vanuit beide regio’s. De vergadering heeft als thema «Making Sustainable Agriculture a future for youth in Africa» en levert een bijdrage aan de implementatie van Sustainable Development Goal 2 over het uitbannen van honger. Het is een initiatief van de Afrikaanse Unie Commissie, Europese Commissie en de inkomende en uitgaande EU-voorzitters Estland, Malta en Nederland.

Nederland is gevraagd een adviserende en actieve rol te spelen in de voorbereidingen op de vergadering van 2 juli. Deze vergadering vormt het officiële vervolg van de «AU-EU Investing in a Food Secure Future»-conferentie die afgelopen jaar plaatsvond in Noordwijk, als sluitstuk van het Nederlandse EU-voorzitterschap (zie ook Kamerstuk 33 625, nr. 233). De Noordwijk-conferentie heeft een aantal afspraken opgeleverd, waaronder mijn toezegging voor het ontwikkelen van twee agribusiness-incubators met Afrikaanse partners. Tijdens de vergadering zal een update worden gegeven van de toegezegde acties, evenals van nieuwe partnerschappen en initiatieven zoals het ontwikkelen van studieprogramma’s voor jonge agrarische ondernemers en de aanpak van voedselverliezen na de oogst. Ik zal namens Nederland deelnemen aan deze conferentie. Ik zal tijdens de Raad het belang van de conferentie en de Top onderschrijven.

Diversen: crisisparaatheid voor plant- en diergezondheid

Informatie van het Voorzitterschap

Het Voorzitterschap zal informatie geven over de besprekingen over crisisparaatheid op het gebied van diergezondheid en plantgezondheid in de raadswerkgroepen van de Chief Veterinary Officers (CVO’s) en Chief Officers of Plant Health (COPH’s). Er is geen achtergronddocument beschikbaar.

De CVO’s hebben het afgelopen semester gesproken over acties en middelen om de crisisparaatheid van EU-lidstaten en aangrenzende landen bij uitbraken van besmettelijke dierziekten te verbeteren. Dit onderwerp staat ook op de agenda van de informele CVO-vergadering in juni. Voorlopige conclusies zijn dat de EU-lidstaten zich bij de voorbereiding op uitbraken van besmettelijke dierziekten moeten richten op realistische scenario's en moeten leren van ervaringen. Lidstaten onderschrijven daarnaast het belang van een «early warning»-systeem om uitbraken snel te kunnen opsporen. Het Nederlandse systeem krijgt in dit verband veel waardering. Ook informatie-uitwisseling tussen lidstaten is nodig, en vergt een goed netwerk en goede communicatie tussen de lidstaten. Analyses van grensoverschrijdende uitbraken van dierziekten, zoals vogelgriep, zouden gemeenschappelijk moeten worden gedaan, met een leidende rol voor de Europese Commissie.

Op gebied van plantgezondheid heeft het Voorzitterschap vooral de aandacht gevestigd op het belang van het vergroten van bewustwording. Wanneer het bedrijfsleven en het publiek een beter begrip krijgen van plantgezondheid en fytosanitaire maatregelen, kan de fytosanitaire autoriteit van een lidstaat in geval van een uitbraak van een ernstige plantenziekte sneller handelen en sneller meldingen krijgen van schadelijke plantenziekten. Ook moeten reizigers en gebruikers van internetdiensten meer bewust gemaakt worden van de risico’s van het verspreiden van plantenziekten. Het Voorzitterschap pleit voor een gezamenlijke EU-strategie voor het vergroten van bewustwording, en heeft de lidstaten een enquête gestuurd om te inventariseren wat zij op dit vlak al doen en wat essentiële elementen voor een EU-strategie zijn. Naar verwachting zal het Voorzitterschap de COPH’s in juni aanbevelingen ter goedkeuring voorleggen.

Ik vind een goede crisisparaatheid om verspreiding van besmettelijke plant- en dierziekten zoveel mogelijk te voorkomen van groot belang. Dit vergt goede samenwerking tussen lidstaten en goede communicatie om grensoverschrijdende uitbraken te analyseren. Een goed voorbeeld hiervan was de samenwerking bij de analyse van de uitbraak van het Schmallenberg-virus in 2011. De Europese Commissie kan en moet hierin een leidende rol spelen. Tijdens uitroeicampagnes zoals van de boktor in Winterswijk in 2012 besteedt Nederland apart aandacht aan de bewustwording bij het publiek. Ook bij fytosanitaire dreigingen voor Nederland zoals het voorkomen van bacterieziekte Xylella in Zuid-Europa, is er speciale aandacht voor het informeren van het bedrijfsleven.

Diversen: Verordening Diergeneesmiddelen

Informatie van het Voorzitterschap over de stand van zaken

Het Maltese Voorzitterschap zal de Raad informeren over de stand van zaken van de onderhandelingen over het voorstel voor een Verordening Diergeneesmiddelen (COM (2014) 558). Deze verordening heeft betrekking op het in de handel brengen, de vervaardiging, invoer, uitvoer, handel, controle en het voorschrijven en toepassen van diergeneesmiddelen voor alle diersoorten. Daarnaast worden in het voorstel maatregelen getroffen om het risico op het ontstaan van antimicrobiële resistentie door het toepassen van antibiotica bij dieren te verminderen. Doel van de Europese Commissie met dit voorstel is het verbeteren van de interne markt, verhogen van de concurrentiekracht en innovatie, verminderen van de regeldruk zonder te tornen aan de veiligheid voor volksgezondheid, diergezondheid, dierenwelzijn en milieu.

De behandeling van het omvangrijke en technische voorstel in de Raad vordert gestaag. Waarschijnlijk zal het Estse Voorzitterschap tot een onderhandelingsmandaat van de Raad willen komen om de onderhandelingen met het Europees Parlement te kunnen starten.

Ik ondersteun de doelen van de Europese Commissie met betrekking tot het harmoniseren van de interne markt en het verminderen van de administratieve lasten. Dit moet een gelijk speelveld en een hogere beschikbaarheid van diergeneesmiddelen tot gevolg hebben. Veel lidstaten willen echter vasthouden aan hun eigen bevoegdheden. Daarnaast ondersteun ik de voorgestelde maatregelen gericht op het verminderen van het risico op antibioticaresistentie als gevolg van het gebruik van antibiotica bij dieren. Ik streef ernaar om ook hier een gelijk speelveld te bewerkstelligen en concrete maatregelen opgenomen te krijgen in deze verordening over het gebruik van antibiotica bij dieren. Ook daarin zitten de lidstaten nog niet op één lijn.

Externe visserij

De Europese Commissie heeft drie voorstellen ingediend voor het mandaat voor de komende vijf jaar voor de positie van de Europese Unie in de jaarvergadering van de Southern Indian Ocean Fisheries Agreement (SIOFA), de jaarvergadering van de South Pacific Regional Fisheries Management Organisation (SPRFMO) en de jaarlijkse conferentie over het beheer van koolvisbestanden in de centrale Beringzee.

In de drie voorstellen, overigens met een identieke basistekst, wordt voortgebouwd op het mandaat van de afgelopen jaren dat nu wordt aangepast aan het nieuwe Gemeenschappelijk Visserijbeleid (GVB) en aan het Verdrag van Lissabon (ST9092/REV1 met onderliggende documenten). In de voorstellen worden de hoofdlijnen van het mandaat voor de komende vijf jaar vastgelegd. Voorzien is dat jaarlijks voor de betreffende jaarvergadering het mandaat kan worden aangepast op basis van de laatste relevante wetenschappelijke, biologische of andersoortige informatie, maar binnen het meerjarig vastgestelde kader. Sturen op hoofdlijnen wordt dus bevorderd, maar actuele ontwikkelingen kunnen leiden tot bijstelling van het mandaat.

Ik steun de voorstellen voor de nieuwe mandaatverlening. Deze voorzien in een belangrijke rol voor wetenschappelijke onderbouwing van de vangstmogelijkheden met als doel het bereiken van een maximaal duurzame opbrengst in 2020. Door de aanpassing aan het nieuwe GVB wordt nog meer aandacht gegeven aan de bescherming van de visbestanden en de biodiversiteit.

De Staatssecretaris van Economische Zaken, M.H.P. van Dam

Naar boven