21 501-20 Europese Raad

Nr. 1052 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 17 november 2015

Hierbij bied ik u aan, mede namens de minister-presient, het verslag van de Valletta Top over migratie d.d. 11 en 12 november 2015 en de informele Europese Raad van 12 november 2015.

De Minister van Buitenlandse Zaken, A.G. Koenders

VERSLAG VALLETTA TOP OVER MIGRATIE, 11 EN 12 NOVEMBER 2015 EN INFORMELE EUROPESE RAAD 12 NOVEMBER 2015

Valletta Top

Op woensdag 11 en donderdag 12 november kwamen Europese en Afrikaanse staatshoofden, regeringsleiders en ministers op Malta bijeen om over samenwerking op het gebied van migratie te spreken. Naast de Europese Unie (EU) en haar lidstaten waren meer dan dertig landen uit Noord-, Oost- en West-Afrika vertegenwoordigd die betrokken zijn bij de regionale migratie samenwerkingsfora als het Khartoum-proces en het Rabat-proces. Daarnaast waren geassocieerde staten IJsland, Noorwegen en Zwitserland, alsmede internationale organisaties en instituties als de Afrikaanse Unie, UNHCR en IOM aanwezig. Tijdens deze Valletta Top zijn een politieke verklaring en een concreet actieplan overeengekomen. Daarnaast is het EU noodtrustfonds voor Afrika als financieringsinstrument opgericht. Nederland werd vertegenwoordigd door de Minister-President en de Minister van Buitenlandse Zaken.

Het is voor het eerst dat op dit niveau een specifieke EU-Afrika Top over migratie is gehouden. Alle aanwezige landen benadrukten het belang van een gezamenlijke aanpak van de migratieproblematiek. Met de Valletta Top is zo de basis gelegd voor een gezamenlijke aanpak ten aanzien van migratie, via gelijkwaardige partnerschappen met Afrikaanse landen, vanuit het oogpunt dat migratie zowel een gezamenlijke als gedeelde verantwoordelijkheid is.

Europese en Afrikaanse landen hebben afspraken gemaakt over samenwerking bij het beter beheersbaar maken van migratiestromen, met inachtneming van internationale afspraken over mensenrechten. Dit krijgt onder andere gestalte via samenwerking op het gebied van mensensmokkel, verbeterde internationale bescherming, bescherming en opvang van vluchtelingen en het wegnemen van de grondoorzaken van migratie. Hierbij wordt mede op Nederlands verzoek concreet ingezet op werkgelegenheid en economische groei, met nadruk op Afrikaanse jeugd. Op het gebied van terugkeer is afgesproken dat samenwerking tussen Europese en Afrikaanse landen versterkt moet worden, in lijn met bestaande juridische verplichtingen. Minister-President Rutte onderstreepte in zijn interventie het belang hiervan. Ook zal de technische samenwerking gericht op terugkeer en re-integratie verder worden versterkt. Daarnaast is afgesproken dat mogelijkheden voor legale migratie beter zullen worden benut. Daarbij valt te denken aan reguliere- en arbeidsmigratie en mobiliteit van ondernemers, studenten en wetenschappers.

Deze politieke afspraken zijn vertaald in een groot aantal concrete acties die zijn vastgelegd in een actieplan en die al in 2016 hun beslag moeten krijgen1. Concrete voorbeelden van gemaakte afspraken zijn de versterking van de capaciteit van Afrikaanse landen op het gebied van effectieve grensbewaking en de aanpak van mensensmokkel. De EU gaat Afrikaanse landen meer ondersteunen bij invoering van wetgeving op dit terrein. Europese en Afrikaanse landen gaan eveneens nauwer samenwerken om informatie te verstrekken over de (on)mogelijkheden van migratie. Wetenschappelijke uitwisseling wordt gestimuleerd door verdubbeling van het aantal Europese studentenbeurzen voor Afrika en verbeterde toegang van studenten en onderzoekers tot Europa. Afgesproken is om private investeringen in Afrikaanse landbouw te faciliteren en projecten te starten om werkgelegenheid voor jongeren te bevorderen, om daarmee grondoorzaken van migratie weg te nemen. De bescherming van vluchtelingen in de regio wordt verder versterkt, onder meer via het door Nederland geleide Regionale Ontwikkelings- en Beschermingsprogramma voor de Hoorn van Afrika. Ook wordt er ingezet op re-integratie van terugkeerders in landen van herkomst.

In Valletta is tevens het EU noodtrustfonds voor Afrika opgericht. Dit fonds is gericht op stabiliteit en de aanpak van grondoorzaken van migratie in de Hoorn van Afrika, Sahel en Noord-Afrika. Vanuit het fonds zullen de afspraken uit het actieplan worden gefinancierd. De omvang van het fonds is 1,8 miljard euro vanuit middelen in de bestaande EU-begroting. Daarnaast hebben een groot aantal lidstaten bilaterale bijdragen toegezegd. Nederland heeft in dit verband 15 miljoen euro toegezegd.

Het kabinet is van mening dat met deze top de basis is gelegd voor verbeterde samenwerking met Afrikaanse landen op migratiegebied, op basis van de verklaring en het actieplan, vanuit de erkenning dat migratie een gezamenlijke uitdaging is.

Informele Europese Raad

Aansluitend aan de Valletta top vond een informele bijeenkomst van staatshoofden en regeringsleiders van de Europese Unie plaats om te spreken over de migratieproblematiek in Europa. Het doel van deze bijeenkomst was tweeërlei. Allereerst diende de bespreking om in het kader van de versterking van de samenwerking met derde landen, na de bijeenkomst met de Afrikaanse landen te spreken over de samenwerking met Turkije. Daarnaast wilde ER-voorzitter Tusk de stand van zaken opmaken ten aanzien van de uitvoering van de reeds eerder overeengekomen maatregelen, zoals het creëren van de hotspots in Griekenland en Italië, het uitvoeren van de besluiten inzake herplaatsing en het versterken van de buitengrenzen.

De eerste vicepresident van de Europese Commissie, Frans Timmermans, heeft verslag uitgebracht van zijn gesprekken in Ankara. De samenwerking met Turkije biedt mogelijkheden effectieve afspraken te maken over het beter beheersen en indammen van de migratiestromen uit deze regio. De onderhandelingen over een actieplan tussen Europa en Turkije moeten tot afspraken leiden over onder meer versterkte grensbewaking en het verbeteren van de leefomstandigheden voor de ca. 2 miljoen vluchtelingen die in Turkije verblijven. De Minister-President heeft het belang benadrukt van een concreet uitgewerkt partnerschap met Turkije dat een directe bijdrage kan leveren aan het verminderen van de migratiestromen. De staatshoofden en regeringsleiders spraken af op korte termijn, mogelijk nog in november, een top te houden tussen Turkije en de 28 lidstaten, waar mogelijk definitieve afspraken kunnen worden gemaakt over dit actieplan. De Europese Commissie zal met een voorstel komen voor een EU fonds ter ondersteuning van de situatie van vluchtelingen in de opvanglocaties in Turkije, dat naar verwachting gevoed zal moeten worden uit de EU-begroting en uit bijdragen van de lidstaten. Zodra hiervoor een concreet voorstel ligt wordt uw Kamer hierover geïnformeerd.

Ten aanzien van de uitvoering van de gemaakte afspraken is onder meer gesproken over het belang van het snel operationeel worden van de hotspots in met name Griekenland en het leveren van capaciteit aan Frontex. Nederland levert hieraan reeds een substantiële bijdrage en is bereid aanvullende verzoeken van Frontex positief tegemoet te zien. De Minister-President heeft benadrukt dat van alle lidstaten wordt verwacht dat zij een evenredige bijdrage leveren aan het beheersen van de migratieproblematiek door uitvoering van de afspraken over grensbewaking, registratie en herplaatsing.

Naar boven