Kamerstuk
| Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Dossier- en ondernummer | Datum brief |
|---|---|---|---|---|
| Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2001-2002 | 21501-18 nr. 168 |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
| Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Dossier- en ondernummer | Datum brief |
|---|---|---|---|---|
| Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2001-2002 | 21501-18 nr. 168 |
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 14 juni 2002
Mede namens Staatssecretaris Hoogervorst en Staatssecretaris Verstand bied ik u hierbij aan het verslag van de Raad voor de Werkgelegenheid en Sociaal Beleid van 3 juni jongstleden.
Dit verslag zal tijdens een volgend Algemeen Overleg met uw Kamer ter voorbereiding van de volgende Raad voor de Werkgelegenheid en Sociaal Beleid worden besproken.
Verslag van de Raad voor de Werkgelegenheid en Sociaal Beleid van 3 juni 2002 te Luxemburg
In een korte maar eensgezinde en dus zeer besluitvaardige vergadering van de Raad voor de Werkgelegenheid en Sociaal Beleid (WSB) kon de Spaanse voorzitter concluderen dat er overeenstemming is bereikt over het voorstel voor Titels I en II van de Verordening 1408/71; het voorstel om de Verordening 1408/71 ook van toepassing te verklaren op burgers van derde landen; het Statuut Europese Coöperatieve Vennootschap (ECV) en de Richtlijn over betrokkenheid van werknemers bij de ECV. Een politiek akkoord werd bereikt over een gemeenschappelijk standpunt over de richtlijn bescherming van werknemers tegen de risico's van blootstelling aan asbest op het werk. De Raad nam twee resoluties aan, één over een nieuwe communautaire gezondheids- en veiligheidsstrategie en één over vaardigheden en mobiliteit. Verder werd de Raad geinformeerd over gendermainstreaming en een studie over geweld tegen vrouwen.
Agendapunt 1: Europese Raad van Barcelona
Het Spaanse voorzitterschap gaf een korte uiteenzetting over de belangrijkste resultaten van de Europese Raad van Barcelona vanuit het perspectief van de Raad WSB. Hij wees op de voortgang die geboekt werd in het kader van de zogenaamde Lissabonstrategie en memoreerde daarbij in het bijzonder de conclusies van de ER met betrekking tot een activerend arbeidsmarktbeleid; de kwaliteit van arbeid, de doelstellingen voor kinderopvangcapaciteit, de mobiliteit en de opleiding van werknemers. Tevens onderstreepte hij de nauwe betrokkenheid van sociale partners bij de top. In dit kader wees hij ook op de zogenaamde Sociale Top, een ontmoeting van de Trojka (de vorige, de huidige en de toekomstige voorzitter van de Unie) en Europese vertegenwoordigers van de sociale partners. De Spaanse voorzitter en de Europese Commissie prezen de sociale partners voor hun betrokkenheid bij de voorjaarsontmoeting, die onder meer tot uitdrukking komt door de eigen bijdrage aan de ER en het voornemen een meerjarenprogramma op te stellen.
De Europese Commissie wees verder op de instemming van de ER met het voorstel van de Raad WSB de werkgelegenheidsstrategie en de Globale Richtsnoeren voor het Economisch Beleid te synchroniseren; de steun aan het proces van open coördinatie bij de pensioenen en aan het voorstel voor een Europese ziektekostenkaart; de conclusies van de Raad WSB over geweld tegen vrouwen en de afgesproken verhoging van de effectieve pensioenleeftijd. Zij constateerde verder dat de ER kon instemmen met het vaststellen van een armoedenorm, hoewel de ER het concrete voorstel van de Europese Commissie voor een armoedenorm niet had overgenomen.
De Europese Raad had volgens de voorzitter en de Europese Commissie kans gezien duurzaamheidsaspecten op een constructieve wijze in de zogenaamde Lissabonstrategie te integreren. De resultaten van Barcelona vormden dan ook een goed evenwicht tussen economische, sociale en milieu-uitgangspunten.
Tevens somde de Spaanse voorzitter ook de vóór deze Raad bereikte resultaten op. Hij wees op de twee conciliatiedossiers die zijn afgerond, op de wijziging van richtlijn 76/207 (Gelijke behandeling), die bijna is afgerond, alsmede op de wijziging van de richtlijn insolventie, waarover ook een akkoord is bereikt met het Europees Parlement.
Agendapunt 2: Globale Richtsnoeren voor het Economisch Beleid
Over dit agendapunt werd tijdens de lunch van gedachten gewisseld. De Spaanse voorzitter zal de belangrijkste conclusies van de bespreking overbrengen aan zijn collega-minister van Financiën. Eerder was al afgesproken dat de opvattingen van het Werkgelegenheidscomité (EMCO) en het Comité voor Sociale Bescherming (SPC) schriftelijk aan de voorzitter van de Raad ECOFIN zullen worden overgemaakt. Deze Raad, die het ontwerp voor de Richtsnoeren een dag (04/06) later besprak, zal een definitief ontwerp ter bespreking op de ER van Sevilla (20 en 21 juni a.s.) aanbieden om tenslotte de Richtsnoeren formeel vast te stellen.
Agendapunt 3: Vereenvoudiging van Verordening 1408/71 over de coördinatie van sociale zekerheidsregelingen ten behoeve van werknemers die zich binnen de Unie verplaatsen
De Spaanse voorzitter gaf aan dat reeds in de ambtelijk onderhandelingen in grote lijnen overeenstemming over het voorstel voor Titel I en Titel II van de Verordening was bereikt. Met uitzondering van één lidstaat, die aangaf geen principiële bezwaren met het bereikte compromisvoorstel te hebben maar slechts meer tijd voor een nadere technische bestudering te wensen, trokken alle lidstaten hun voorbehoud in. De voorzitter sprak de wens uit om nog voor de ER van Sevilla tot een politiek akkoord te kunnen komen. Met instemming van de Raad verwees hij het voorstel terug naar het Comité voor Permanente Vertegenwoordigers (COREPER) voor de verdere afhandeling.
Agendapunt 4: Uitbreiding van Verordening 1408/71 tot legaal in de Unie verblijvende burgers uit derde landen
De Spaanse voorzitter wees ter inleiding bij dit dossier op het feit dat veel burgers uit derde landen deelnemen aan het economische leven van de Unie en een wezenlijke bijdrage leveren aan haar welvaart. Het was dan ook niet meer dan billijk om deze «derde landers» bij migratie binnen de Unie gelijke of vergelijkbare rechten te geven als burgers van de Unie. Hij memoreerde tevens het belang van het mandaat van de ER van Tampere ter zake. Evenals een aantal andere lidstaten na hem prees hij het besluit van Ierland en het Verenigd Koninkrijk om deel te nemen aan de onderhavige regeling. Beide lidstaten hebben op grond van het Verdrag van Amsterdam bij artikel 63, die de rechtsbasis vormt voor het voorstel tot uitbreiding van de personele werkingssfeer, de mogelijkheid tot een opt-in.
Een tweetal lidstaten, dat eerder bezwaar had gemaakt tegen de tekst met betrekking tot gezinstoelagen, gaf aan in te kunnen stemmen met het compromisvoorstel van het Spaanse voorzitterschap. Die kon vervolgens concluderen dat over de voorliggende tekst, afgezien van enkele taal- en parlementaire reserves, overeenstemming bestond.
Het dossier zal opnieuw worden besproken na ontvangst van het EP-advies.
Een aantal lidstaten en de Europese Commissie prees tenslotte het Spaanse maar ook het voorafgaande Belgische voorzitterschap voor de voortgang die was geboekt sinds de ER van Laken een aantal parameters had aangenomen voor de vereenvoudiging van de Verordening.
Agendapunt 5: Europese Coöperatieve Vennootschap
Met betrekking tot het statuut nam de Raad WSB kennis van de positieve oriëntatie in de Raad Interne Markt van 21 mei jl. Bij het richtlijnvoorstel betreffende de rol van de werknemers bleek het enige voorbehoud op de tekst te zijn ingetrokken waarna de voorzitter ook hier kon concluderen dat er overeenstemming was bereikt.
Over de gewijzigde rechtsgrondslag (art. 308) merkte de Commissaris Diamantopoulou slechts op dat zij kennis nam van deze door de Raad aangebrachte wijziging.
In verband met vergaande wijzigingen bij beide voorstellen, zullen zij opnieuw voor raadpleging aan het EP worden voorgelegd.
Agendapunt 6: Wijziging van de Richtlijn Asbest (83/477/EEG)
Nadat verschillende lidstaten hun voorbehouden hadden ingetrokken kon de voorzitter concluderen dat een politiek akkoord was bereikt over een gemeenschappelijk standpunt.
Een lidstaat wenste een verklaring af te leggen waarin hij de Commissie opriep om in het kader van de Interne Markt te komen tot een voorstel voor een totaalverbod van asbest. Verschillende lidstaten sloten zich bij deze verklaring aan.
Het dossier wordt na beoordeling door juristen/linguïsten doorgezonden voor formele aanname op een volgende Raad.
Agendapunt 7: Resolutie van de Raad over een nieuwe communautaire strategie inzake de gezondheid en veiligheid op het werk 2002–2006
Nadat Commissaris Diamantopoulou nog eens het belang van een nieuwe strategie had onderstreept door te wijzen op de enorme menselijke en economische kosten van ongevallen op het werk (5500 doden, 11 mln. werkdagen die per jaar verloren gaan) kon de Spaanse voorzitter concluderen dat de Raad de begeleidende resolutie had aangenomen.
Agendapunt 8: Resolutie van de Raad inzake vaardigheden en mobiliteit
Nadat een groot aantal lidstaten en de commissie kon instemmen met een door een lidstaat voorgestelde toevoeging aan de overwegingen werd ook deze resolutie door de Raad aangenomen. In de toevoeging wordt opgeroepen tot meer coherentie tussen het economische en het werkgelegenheidsbeleid van de Unie. Volgens een heldere uiteenzetting van de minister van de betreffende lidstaat was die coherentie niet altijd aanwezig. Zo worden sociale partners regelmatig, bijvoorbeeld ook door Europese Raden opgeroepen om akkoorden te sluiten inzake bevordering van scholing en opleiding van werknemers. In de betreffende lidstaat wordt dit ook regelmatig gedaan. Een deel van de loonmassa wordt dan gestort in een opleidingsfonds voor een bedrijfstak met het doel om vooral risicogroepen en werknemers in het MKB de mogelijkheid tot scholing te bieden. Op verzoek van sociale partners worden deze akkoorden door de overheid van de betreffende lidstaat verbindend verklaard voor alle werkgevers. Sommige diensten van de Europese Commissie (daarbij doelend op DG mededinging) beschouwden de middelen in deze fondsen vervolgens als staatsmiddelen en daarmee als verboden staatssteun. Hij achtte dit juridisch onjuist: het waren geen staatsmiddelen en er was ook geen controle of beheer van de zijde van de overheid. Volgens hem liepen ook andere lidstaten tegen hetzelfde probleem op.
De Commissaris Diamantopoulou gaf te kennen dat het probleem bekend was. De Commissaris was met haar collega van mededinging van mening dat de EU doelstellingen inzake mededinging en arbeidsmarkt- en werkgelegenheidsbeleid op harmonieuze wijze met elkaar verenigd dienen te worden. Zij gaf te kennen de tekst die was voorgesteld voor de overwegingen aanvaardbaar te achten, waarna een aantal lidstaten steun betuigde aan het voorstel voor een toevoeging aan de overwegingen. Nederland meldde met hetzelfde probleem geconfronteerd te worden en riep de Europese Commissie op bij genoemde of vergelijkbare CAO afspraken ten behoeve van opleidingsfondsen niet van staatssteun te spreken.
Agendapunt 9: Integratie van de genderaspecten in het beleid van de Europese Unie
De Spaanse voorzitter maakte melding van de initiatieven op het terrein van milieu, landbouw en de structuurfondsen die in het kader van zijn voorzitterschap waren genomen. Een lidstaat wees bij die gelegenheid op de haalbaarheidsstudie inzake een genderinstituut en benadrukte de noodzaak om hiermee nu voortgang te maken. Van verschillende zijden werd instemming betuigd met de oprichting van een dergelijk instituut. Nederland bracht haar sympathie voor een genderinstituut tot uitdrukking maar stelde dat een en ander nog verder moet worden uitgewerkt. De Europese Commissie wees erop dat tijdens de vergadering het Raadgevend Comité Gelijke Kansen op 19 juni a.s. ook over een dergelijk initiatief zal worden gesproken. De Groep op Hoog Niveau inzake mainstreaming, die onlangs in Madrid had vergaderd, had zich in principe ook al akkoord verklaard met een initiatief ter zake. Wat het punt van de financiering betreft stelde de Europese Commissie dat het zou moeten gaan om een klein instituut zoals bijvoorbeeld het instituut in Wenen inzake de strijd tegen racisme en vreemdelingenhaat. De voorlopige gedachten van de Europese Commissie gingen uit naar een budget in de orde van grootte van 6 mln. EURO in totaal.
De Voorzitter concludeerde dat een eventueel voorstel van de Europese Commissie zal moeten worden afgewacht, dat er in principe bij lidstaten veel sympathie is voor een dergelijk instituut, maar dat uiteraard gekeken zal moeten worden naar de verdere uitwerking ervan.
Agendapunt 10: Geweld tegenover vrouwen
De voorzitter presenteerde een studie en een gids van goede praktijken die nu beschikbaar waren voor delegaties. De Deense minister meldde dat ook onder het komend Voorzitterschap aandacht aan deze thematiek zal worden besteed. Verdere discussie vond niet plaats.
Agendapunt 11: Verslag over de sociale bescherming 2001
De Voorzitter van het Comité voor Sociale Bescherming (SPC) kreeg de gelegenheid dit eerste rapport over de sociale bescherming toe te lichten. Hij zei dat het rapport inging op recente beleidsontwikkelingen en de open coördinatie en m.b.t. de lidstaten aandacht gaf aan de uitgaven voor en de financiering van de sociale bescherming. Over de toekomst van het rapport merkte hij op dat gedacht werd dit niet jaarlijks te doen, dat het kort en bondig moest zijn in aanvulling op de overige rapporten inzake pensioenen, gezondheid en armoede en dat ook gekeken moest worden naar de effecten van beleid. De voorzitter constateerde vervolgens dat de Raad nota had genomen van het rapport.
Agendapunt 12: Tweede Wereldconferentie over vergrijzing Informatie van het voorzitterschap
Voorzitter benadrukte in een zeer beknopte inleiding dat de nadruk nu dient te liggen op de uitvoering door lidstaten en gemeenschap van het actieplan dat in Madrid was aangenomen.
Agendapunt 13: Informatie over de activiteiten van het voorzitterschap
De Spaanse voorzitter maakte slecht melding van het feit dat onder zijn verantwoordelijkheid de Conferentie van de ministers die in Europa en Latijns-Amerika bevoegd zijn voor sociale zekerheid: «Het Europese sociale model en de hervorming van de sociale zekerheid in Latijns-Amerika» en een Europees congres over handicaps heeft plaatsgevonden.
De Europese Commissie presenteerde het voorstel voor een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad betreffende de arbeidsvoorwaarden van uitzendkrachten en het voorstel voor een aanbeveling van de Raad betreffende de toepassing van de wetgeving inzake de gezondheid en de veiligheid op het werk op zelfstandigen.
Toekomstig voorzitter Denemarken gaf aan beide dossier te zullen gaan bespreken tijdens hun voorzitterschap.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-21501-18-168.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.