21 501-16
Landbouwraad

nr. 117
BRIEF VAN DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUURBEHEER EN VISSERIJ

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

's-Gravenhage, 6 februari 1995

Op maandag 23 januari 1995 vond te Brussel de 1826e zitting plaats van de Raad van Ministers van Landbouw. Tijdens deze eerste zitting onder Frans Voorzitterschap zijn door de Voorzitter de hoofdlijnen van de werkzaamheden voor de komende zes maanden aangegeven.

Er lagen bij deze gelegenheid geen voorstellen ter besluitvorming voor. De Raad heeft een eerste inhoudelijke discussie gevoerd over de voorstellen inzake de herziening van de suikermarktordening. Hierbij is gebleken dat een meerderheid van de Lid-Staten zich kan vinden in een voortzetting van het huidige quota-systeem. Bepaalde onderdelen van het voorstel, met name de afschaffing voor de opslagvergoeding voor C-suiker, stuitten in de Raad op kritiek.

Het Voorzitterschap is voornemens om tijdens de zitting van de Raad van februari een besluit te nemen inzake het suikervoorstel.

De Raad heeft voorts langdurig gesproken over het door mijn Britse collega opgebrachte punt betreffende de bescherming van dieren. Dit onderwerp betrof zowel het intensief fokken van kalveren als het transport van dieren. Een groot aantal delegaties, waaronder de Nederlandse, heeft het Britse initiatief ondersteund om de huisvesting van kalveren op communautair niveau te verbeteren.

Van Nederlandse zijde heb ik daarnaast nogmaals het belang van een spoedige besluitvorming inzake de maximum transportduur van slachtdieren onderstreept.

Het in mijn brief van 13 januari (IZ/95204) aangekondigde agendapunt 4 betreffende olijfolie is niet besproken in de Raad. Op ambtelijk niveau kon hierover overeenstemming worden bereikt. Hetzelfde geldt voor punt 8 inzake de sector ruwe tabak. De Raad heeft wel gesproken over deze sector, maar dit betrof een ander facet van de tabaksmarktordening.

Hoofdlijnen Frans Voorzitterschap

De volgende onderwerpen zullen onder het Franse Voorzitterschap een prioriteit genieten:

– de hervorming van drie grote marktordeningen wijn, suiker en groenten en fruit;

– het prijzenpakket 1995/1996;

– de hervorming van de marktordeningen rijst, katoen en tabak;

– een aantal dossiers op veterinair gebied, met name transport en groeihormonen;

– een aantal dossiers op fytosanitair gebied;

– vereenvoudiging van regelgeving van het gemeenschappelijk landbouwbeleid.

Voorts zal er in de maand april geen Landbouwraad plaatsvinden in verband met de presidentsverkiezingen in Frankrijk.

Voorstel voor een Verordening van de Raad tot wijziging van Verordening (EEG), nr. 1785/81 houdende een Gemeenschappelijke Ordening der markten in de sector suiker en van Verordening (EEG), nr. 1010/86 houdende vaststelling van de algemene voorschriften inzake de restitutie bij de produktie voor bepaalde in de chemische industrie gebruikte produkten van de sector suiker. doc. 11141/94, 4305/95.

In de Raad kon een meerderheid der delegaties het Commissie-voorstel, om het quota-systeem met zes jaar te verlengen, ondersteunen. Alleen de Britse en Zweedse delegatie hebben zich uitgesproken voor een meer drastische hervorming van de suikermarktordening. Wat dit punt betreft heb ik van Nederlandse zijde de lijn van de Commissie ondersteund. Ik heb daarbij wel aangegeven dit voorstel als een stap te zien op weg naar een meer markt georiënteerde regelgeving in de suikersector.

Op een aantal onderdelen van het voorstel bestond echter wel kritiek. Zo bleek het afschaffen van de opslagvergoeding van C-suiker niet zonder meer aanvaardbaar te zijn voor Italië, Duitsland, Spanje, Oostenrijk, België, Ierland en Frankrijk.

De Nederlandse delegatie heeft daartegen juist aangegeven het eens te zijn met de afschaffing van deze vergoeding. De afgelopen jaren is immers gebleken dat van dit instrument geen enkele prikkel uitgaat op de produktie-omvang.

Het door de Commissie voorgestelde GATT-aanpassingsmechanisme, waarbij zonodig zowel op A- als B-suiker wordt gekort, werd door alle delegaties als noodzakelijk gezien ten einde te kunnen voldoen aan de GATT-verplichtingen. Het Verenigd Koninkrijk, Duitsland en Frankrijk hebben echter bezwaren geuit tegen de door de Commissie voorgestelde verdeelsleutel ten aanzien van de quotumreductie. Volgens de Griekse delegatie zouden de quota van Lid-Staten die uitsluitend voor de eigen markt produceren moeten worden ontzien.

Het afbouwen van de nationale steunprogramma's werd door de delegaties met instemming ontvangen. Italië en Spanje hebben echter een handhaving van de nationale steun bepleit. Wat het afbouwen van de nationale steun betreft heeft de Commissie haar voorstel verdedigd door erop te wijzen dat deze stelsels slechts bedoeld waren als overgangsregeling.

Het Commissievoorstel beoogt voorts te voorzien in een meer permanent systeem voor de preferentiële invoer van ruwe suiker. De komende weken zal de bespreking van het voorstel in het Speciaal Comité Landbouw worden voortgezet. Het ligt in de bedoeling van het Voorzitterschap om in de Raad van februari een besluit ter zake te nemen.

Voorstel voor een Verordening van de Raad houdende achtste wijziging van Verordening (EEG), nr. 1765/92 tot instelling van een steunregeling voor producenten van bepaalde akkerbouwgewassen.doc. 4314/95

De Commissie heeft een voorstel tot wijziging van Verordening (EG), nr. 1765/92 gepresenteerd.

Het voorstel houdt een koppeling van de akkerbouwbraak en de begeleidende maatregelen in. De mogelijkheid wordt geboden om gronden die in het kader van de begeleidende maatregelen worden bebost of onder het milieuprogramma gebracht, mee te tellen voor de braakplicht in het kader van de akkerbouwregeling. Dubbele betaling is uitgesloten aangezien er in een dergelijk geval alleen een betaling in het kader van de begeleidende maatregelen plaatsvindt. Daarbij kan deze betaling nooit hoger zijn dan de oorspronkelijke braakvergoeding in het kader van de akkerbouwregeling.

Het voorstel houdt voorts de implementatie in van het besluit van de Raad van juli 1994 om nationaal en rentesubsidie te betalen aan boeren die op braakgelegde grond snelgroeiend hout telen.

Het onderhavige voorstel zal eerst in het Speciaal Comité Landbouw verder worden voorbereid. Waarschijnlijk zal dit onderwerp weer op de agenda van de Landbouwraad van februari staan.

Extensieve veeteelt in Portugal:

– stand van de besprekingen in de Commissie (verzoek van de Portugese delegatie)

Portugal heeft in de Raad geïnformeerd naar de stand van zaken betreffende een toezegging van de Commissie uit het prijzenpakket van juli 1994 inzake de omschakeling van akkerbouwareaal op extensieve veehouderij. De Commissie heeft de Portugese delegatie toegezegd spoedig een voorstel te zullen presenteren.

Memorandum van de Oostenrijkse delegatie betreffende de toekenning van steun voor durumtarwe voor de verbouw van durumtarwe in Pannonie (Oostenrijk). doc. 4086/95

Bij de toetredingsonderhandelingen heeft Oostenrijk gevraagd om een extra steun van 200 ECU/ha voor de teelt van kwaliteitstarwe in de «Pannonische regio». Het verzoek betrof een oppervlakte van 76.500 ha. Daarnaast is gevraagd om die regio als traditioneel produktiegebied voor durumtarwe aan te merken. In deze gebieden krijgt de teelt van durumtarwe boven de normale akkerbouwsteun een extra ha-steun van 300 ECU. Destijds zijn beide verzoeken afgewezen.

Met het onderhavige memorandum komt Oostenrijk terug op haar eerdere verzoeken en vraagt voor de «Pannonische regio» een extra steun voor de teelt van durumtarwe. Deze steun zou maximaal voor 10.000 ha gegeven moeten worden.

Oostenrijk beroept zich hierbij op het besluit van de Raad van juli 1994 ten gunste van de teelt van durumtarwe in Frankrijk. Voor enkele gebieden, die niet als traditioneel produktiegebied zijn aangemerkt, is toen een nieuwe steunvariant bedacht van 115 ECU voor maximaal 50.000 ha.

De Commissie heeft zeer terughoudend op het Oostenrijkse verzoek gereageerd. Het evenwicht op de communautaire graanmarkt mag niet verstoord worden. De speciale steun voor Frankrijk, die geen precedentwerking mag hebben, was bovendien alleen bedoeld voor mediterrane gebieden.

Italiaanse tabak van de soort orient, «sun cured», en ondersteuning van de markt uit hoofde van artikel 17 van Verordening (EEG), nr. 2075/92 van de Raad

– stand van de besprekingen in de commissie (verzoek van de Italiaanse delegatie)

Dit punt is op verzoek van de Italiaanse delegatie op de agenda geplaatst. De Commissie heeft in het Prijzenpakket van juli 1994 toegezegd een studie te zullen indienen naar de premie-indeling van «sun cured» tabak.

Frankrijk heeft een overeenkomstige vraag gesteld met betrekking tot de «burley» tabak. De Commissie zal het toegezegde verslag zo spoedig mogelijk indienen.

Diversen

a) Landbouw in berggebieden (memorandum van de Italiaanse delegatie). doc. 4266/95

Dit memorandum is tijdens de Raad verspreid en zal in de Raad van februari besproken worden.

b) Situatie van de markt voor bevroren kippen in Portugal (verzoek van de Portugese delegatie)

Portugal heeft in de Raad de slechte marktsituatie voor bevroren kippen aan de orde gesteld. Volgens de Portugese delegatie is de slechte marktsituatie het gevolg van een teruggelopen vraag, die is ontstaan door een consumenten-onderzoek naar salmonella. Daarnaast is de export onder druk komen te staan door de verminderde exportrestituties.

De Portugese delegatie heeft de Commissie verzocht om een verhoging van de exportrestituties. Gelijktijdig zou een consumenten-campagne moeten worden opgezet ten einde het vertrouwen van de consumenten te herstellen.

Griekenland, Duitsland en Frankrijk hebben het Portugese pleidooi ondersteund. De Franse delegatie sprak daarbij haar voorkeur uit voor het instellen van een particuliere opslagregeling. De Commissie heeft toegezegd de marktsituatie nauwkeurig te bestuderen.

c) Bescherming van dieren.

– maximum vervoersduur

– intensief fokken van kalveren (verzoek van de Britse delegatie)

Op verzoek van mijn Britse collega heeft de Raad een discussie gewijd aan de bescherming van dieren. Aanleiding hiervoor vormden de protesten in het Verenigd Koninkrijk tegen het langdurige transport van dieren en het vetmesten van kalveren in boxen.

De Britse delegatie was van mening dat het fokken van kalveren in boxen een produktiewijze is die niet meer aanvaardbaar is. Volgens de richtlijn (EG), nr. 91/629 betreffende de minimumnormen ter bescherming van kalveren is de Commissie verplicht om in 1997 een rapport uit te brengen met wetenschappelijke aanbevelingen ten einde de minimumnormen aan te scherpen. Het Verenigd Koninkrijk heeft in de Raad gepleit voor een vervroeging van deze datum naar 1995.

Daarnaast stelde de Britse Minister de kwestie van het dierentransport aan de orde, waarbij hij benadrukte dat zo spoedig mogelijk een besluit inzake de maximum transportduur genomen dient te worden.

Van Nederlandse zijde heb ik het Britse verzoek tot een aanscherping van de normen voor de huisvesting van kalveren krachtig ondersteund. Ik heb daarbij aangegeven dat Nederland al lange tijd heeft gepleit voor groepshuisvesting van kalveren. In Nederland is de omschakeling van boxen naar groepshuisvesting al in volle gang. Initiatieven om op communautair niveau tot een aanscherping van de minimumnormen te komen zal Nederland dan ook verwelkomen.

Wat het transport van dieren betreft heeft de Nederlandse delegatie de noodzaak onderschreven dat er op korte termijn een communautaire regeling komt die het welzijn van dieren tijdens het transport afdoende waarborgt.

De delegaties van Zweden, Denemarken, Duitsland, Oostenrijk, Finland en België hebben het pleidooi van de Britse delegatie ook van harte ondersteund.

De Ierse, Italiaanse, Griekse en Franse delegatie hebben in de Raad gewezen op de economische belangen die gekoppeld zijn aan een communautaire regelgeving inzake het transport van dieren. Met name een maximum transportduur kan volgens deze delegaties tot een concurrentieverstoring leiden.

In haar reactie heeft de Commissie toegezegd het verslag in het kader van richtlijn (EG), nr. 91/629 te vervroegen naar 1995. De problematiek inzake de kalvermesterij is reeds voorgelegd aan het Wetenschappelijk Veterinair Comité.

Ten aanzien van het dossier inzake het transport van dieren heeft de Commissie haar volledige medewerking toegezegd ten einde spoedig tot besluitvorming te komen.

d) Wijze van toepassing van de Gemeenschappelijke marktordening voor gedroogde voeders.

(verzoek van de Spaanse delegatie)

Onder dit punt heeft de Spaanse delegatie haar zorgen geuit met betrekking tot de toepassingsregelgeving inzake de marktordening voor gedroogde voedergewassen. Het invoeren van een minimum vochtgehalte voor kunstmatig te drogen voedergewassen wijkt volgens Spanje af van het Raadsbesluit van juli 1994. De Commissie heeft Spanje medegedeeld dat de technische uitwerking op basis van het politieke akkoord van juli 1994 zal plaatsvinden.

e) Presentatie van gegevens over de gevolgen van de droogte in Spanje en Portugal.

(verzoek van de Spaanse en Portugese delegatie)

Spanje en Portugal hebben in de Raad aandacht gevraagd voor de ernstige droogte die deze landen reeds enige tijd teistert. Als het de komende twee maanden niet gaat regenen moet rekening worden gehouden met grote oogstverliezen.

De Commissaris zal bij zijn rondreis langs alle Lid-Staten extra aandacht besteden aan de droogte in Spanje en Portugal.

f) Particuliere opslag voor varkensvlees.

(verzoek van de Deense delegatie)

Op Deens verzoek heeft de Raad van gedachten gewisseld over de slechte marktsituatie voor varkensvlees. Er is nog steeds geen herstel opgetreden in het prijsniveau. Volgens de Deense delegatie zal de komende maanden nog een verdere daling van de prijzen optreden.

Denemarken heeft de Commissie derhalve verzocht een regeling tot particuliere opslag in te stellen. Voorts zouden voor bepaalde varkensvleesprodukten de restituties moeten worden verhoogd. Het verzoek van Denemarken werd door Frankrijk, Ierland, België en Duitsland ondersteund. Deze delegaties wezen echter wel op het gevaar van een marktverstoring die kan ontstaan op het moment dat de particuliere opslagregeling afloopt.

De Nederlandse delegatie heeft de slechte marktsituatie in de varkensvleessector bevestigd. Nederland heeft de Commissie verzocht een nauwkeurige analyse te maken teneinde de meest geschikte maatregelen te kunnen nemen. Er dient daarbij met name rekening te worden gehouden met de uit het GATT-akkoord voortkomende beperkingen.

De Commissie heeft in de Raad een marktanalyse aangekondigd. Eventuele maatregelen zullen dan aan het Beheerscomité worden voorgelegd.

g) Vergaderschema

De volgende zitting van de Landbouwraad vindt plaats op 20 en 21 februari 1995.

Tijdens de februarizitting zullen de prijsvoorstellen worden gepresenteerd.

De Minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij,

J. J. van Aartsen

Naar boven