21 501-15
Consumentenraad

23 162
Consumentenbeleid

nr. 35
BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

's-Gravenhage, 13 juli 1998

Tijdens het algemeen overleg met de vaste commissie voor Economische Zaken op 23 oktober 1997 (21 501–15/23 162, nr. 31) heb ik mijn bereidheid uitgesproken om, in verband met de financiële problemen van de Consumentenbond, de mogelijkheid te bezien van een eenmalige bijdrage aan de Bond, in het kader van een door de Bond op te stellen plan van aanpak om te komen tot een effectief herstel van diens financiële positie.

Op basis van het mij door de Consumentenbond inmiddels voorgelegde definitieve reorganisatieplan heb ik besloten aan de Bond een eenmalige bijdrage te verlenen van f 2 mln. De in het plan voorgestelde maatregelen geven mij voldoende vertrouwen dat zodanige veranderingen bij de Consumentenbond in gang worden gezet, dat een herstel van de financiële positie van de Bond binnen redelijke termijn mogelijk wordt.

Bij het vaststellen van de bijdrage heb ik onder meer in aanmerking genomen dat de desbetreffende maatregelen op korte termijn hun beslag zouden moeten krijgen, ook omdat daardoor de daarvan te verwachten financiële voordelen zo snel mogelijk kunnen worden behaald, alsmede de verhouding tussen de eigen middelen die de Consumentenbond ter beschikking heeft en het totaal aan middelen dat met de uitvoering van het plan is gemoeid.

De Staatssecretaris van Economische Zaken,

A. van Dok-van Weele

Naar boven