21 501-12
Industrieraad

nr. 36
BRIEF VAN DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

's-Gravenhage, 5 november 1996

Hierbij treft u de ontwerp-agenda aan voor de industrieraad van 14 november a.s. Het betreft hier geen industrieraad met een specifiek onderwerp, zoals de afgelopen industrieraad van 8 oktober, waar de «informatiemaatschappij» centraal stond, maar een industrieraad waar een groot aantal gevarieerde onderwerpen aan de orde wordt gesteld.

De raad is de laatste geplande industrieraad onder Iers voorzitterschap.

De onderwerpen zijn de volgende:

1. Staal (steun)

Zoals u bekend is kent de kolen en staalsector een strikte steuncode. De vigerende steuncode loopt per ultimo 1996 af. Er wordt thans onderhandeld over een nieuwe staalcode op basis van een voorstel van de Commissie. Ten opzichte van de huidige code stelt de Commissie een aantal wijzigingen voor, die op dit moment in werkgroepsvergaderingen worden besproken. Het gaat hierbij o.m. om het gelijktrekken van de regels voor milieu-investeringen met de regels die voor andere sectoren gelden. Verder gaat het om regionale steun in Griekenland, Portugal en de voormalige DDR, sluitingssteun en procedure maatregelen. Een besluit over de steuncode zal met unanimiteit genomen moeten worden.

2. Staal (monitoring)

De Commissie zal met een verslag komen over de door de raad in 1995 toegestane steun aan een zestal EU-staalbedrijven. Het verslag is thans nog niet beschikbaar. Nederland zal blijven hameren op strikte naleving van de overeengekomen voorwaarden.

3. Staatssteun

Er zal in de raad een debat plaatsvinden over het steuncontrolebeleid van de Commissie. Over dit onderwerp zal een raadsresolutie voorliggen. In 1995 is in de industrieraad afgesproken dat de regels voor staatssteun gewijzigd moeten worden om een grotere doorzichtigheid bij de controle, een grotere voorspelbaarheid en meer rechtszekerheid te verkrijgen. De Commissie zoekt in de richting van toepassing van artikel 94 EU-verdrag, waarmee procedure voorschriften zouden kunnen worden vastgesteld en bepaalde geringe steun zou kunnen worden vrijgesteld van notificatie.

4. Fusieverordening

Een evaluatie van de omzetdrempels, waarboven concentraties door de Europese Commissie getoetst moeten worden, heeft plaatsgevonden. Naar aanleiding hiervan heeft de Commissie een voorstel bij de Raad ingediend tot wijziging van de concentratieverordening. De belangrijkste wijzigingen hebben betrekking op verlaging van de omzetdrempels; meervoudige meldingen (concentraties die de omzetdrempels van de concentratieverordening niet halen, maar wel boven een bepaalde omzetdrempel komen en die anders door de nationale mededingingsautoriteiten van drie of meer lidstaten zouden moeten worden getoetst, zullen onder de concentratieverordening gaan vallen); herdefiniëring van het begrip concentratie (zodat ook structurele coöperatieve joint-ventures onder het begrip concentratie vallen). De overige voorstellen zijn met name technisch van aard. De raad zal hierover een debat houden.

5. Midden- en Kleinbedrijf

– Voorstel voor een besluit van de Raad voor een derde meerjarenprogramma (1997–2000) voor het midden- en kleinbedrijf

De Raad dient een besluit te nemen over het voorstel voor een derde meerjarenprogramma voor het midden- en kleinbedrijf. In de Industrieraad van 20 mei 1996 is reeds op hoofdlijnen overeenstemming bereikt over de belangrijkste doelstellingen en acties die in het kader van het programma zullen worden ondernomen. Het enige nog resterende punt waarover overeenstemming moet worden bereikt is de hoogte van het budget.

– Mededeling van de Commissie met betrekking tot een Geïntegreerd Programma ten behoeve van het midden- en kleinbedrijf en de ambachtelijke sector

In de voorliggende resolutie spreekt de Raad zich uit over de voornaamste elementen van bovengenoemde mededeling, waarin de Commissie het kader schetst waarbinnen de verschillende communautaire acties ten behoeve van het MKB worden uitgevoerd. Het programma is opgesteld op verzoek van de Europese Raad van Madrid en heeft tot doel de zichtbaarheid, samenhang en effectiviteit van het communautaire beleid ten behoeve van het MKB te versterken.

6. Concurrentiebeleid

Aan de hand van een mededeling van de Commissie met als onderwerp «Benchmarking the competiveness of European Industry» zal een discussie plaatsvinden, waarna een resolutie over hetzelfde onderwerp aan de raad zal voorliggen. Belangrijk hierbij is of de raad «benchmarking» een goed gereedschap vindt op basis waarvan beleid geformuleerd kan worden om de concurrentiekracht van de EU-industrie te vergroten.

7. Standaardisatie

De Commissie geeft een aanzet tot discussie om methoden te vinden voor het sneller tot stand laten komen van standaarden op IT-gebied. Ook zoekt ze naar mogelijkheden om standaarden te weren, die monopolies in de hand werken of verdere ontwikkeling blokkeren. De basisproblematiek is hoe versnellen we het standaardisatieproces met inachtneming van het mededingingsaspect.

8. Europese automobielindustrie

Op 10 juli 1996 heeft de Commissie een mededeling gedaan over de automobielsector met inbegrip van de toeleveranciers. Op basis hiervan zijn conclusies opgesteld, die voor zullen liggen aan de industrieraad. Onderkend wordt dat de automobielindustrie in de EU te maken heeft met een situatie van overcapaciteit. Het is echter de primaire verantwoordelijkheid van de sector zelf om aan deze moeilijkheden het hoofd te bieden. Horizontale mogelijkheden voor de sector zouden o.a. moeten komen van het Kaderprogramma, betere samenwerking, meer coördinatie op R&D-gebied, betere werking van de interne markt en bescherming van intellectuele eigendom. De Commissie wordt verzocht regelmatig te rapporteren over de situatie in de sector.

9. Chemische industrie

Ruim een half jaar geleden heeft de Commissie een mededeling gepresenteerd met als titel: «Een industrieel concurrentiebeleid voor de Europese chemische industrie: een voorbeeld». In de mededeling worden de belangrijkste uitdagingen voor de chemische industrie geïdentificeerd en worden mogelijkheden aangegeven om de concurrentiepositie te verbeteren. Aanbevelingen om tot een betere concurrentiepositie te komen zijn vastgelegd in conclusies, die ter goedkeuring aan de raad voorliggen. Ook hier wordt net als bij de auto-industrie de primaire verantwoordelijkheid bij de sector zelf gelegd.

10. Textielindustrie

Het betreft hier een mededeling van de Commissie over onderaanneming in de textiel- en kledingindustrie in de EU, met hierop betrekking hebbende conclusies. Deze sector is met name van belang voor de zuidelijke lidstaten.

11. Scheepsbouw

Onder dit onderwerp zal aandacht besteed worden aan een drietal onderwerpen. Follow-up raadsconclusie van 20 mei 1996 met name steunmonitoring. Stand van zaken binnen de OESO met name ratificatie van het scheepsbouwakkoord in de USA. Huidige situatie van steunzaken.

De Minister van Economische Zaken,

G. J. Wijers

Naar boven