21 501-12
Industrieraad

nr. 34
BRIEF VAN DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

's-Gravenhage, 24 september 1996

Op 8 oktober 1996 vindt een industrieraad plaats, die volledig is gewijd aan de «informatie-maatschappij». Het initiatief voor deze raad is afkomstig van de Commissie, die deze raad als voorbereiding wil gebruiken voor de Europese Top in Dublin. Het idee borduurt voort op de Top, die op 24 en 25 juni 1994 op Korfoe is gehouden op basis van het Bangemann rapport «Europe and the global information society». Hier werd besloten dit onderwerp op de agenda te houden.

De afgelopen 2 jaar is er goede voortgang op het onderwerp geweest. Zo heeft de Commissie een compleet hervormingspakket voor de liberalisatie van de telecommunicatie per 1998 gepresenteerd en zijn er in het vierde kaderprogramma drie aparte programmaonderdelen voor de informatie- en communicatietechnologie opgenomen, te weten; telematica, communicatietechnologie en informatietechnologie.

Niettemin zijn er programmaonderdelen die nog extra aandacht behoeven of komen er nieuwe aandachtspunten bij. Vandaar dat de Commissie een herziening van het actieplan noodzakelijk acht om de informatiemaatschappij een nieuwe impuls te geven.

De Commissie zal in de raad van 8 oktober a.s. de volgende stukken presenteren:

– De informatiemaatschappij : Van Korfoe tot Dublin, nieuwe prioriteiten (doc. 9795/96 ADD 1 ECO 233 – COM (96) 395 final)

– Standaardisatie en de mondiale informatiemaatschappij: De Europese benadering (doc 9795/96 ADD 3 ECO 233 – COM (96) 359 final)

– Groenboek: leven en werken in de informatiemaatschappij: «people first». (doc 9795/96 ADD 2 ECO 233 – COM(96) 389 final)

De Commissie zal op basis van de discussie in de raad van 8 oktober a.s. het actieplan voor de informatiemaatschappij aanpassen. De hoofdlijnen zullen worden voorgelegd aan de Europese Top in Dublin op 13 en 14 december 1996. Na de formele vaststelling van het bijgestelde actieplan zullen vervolgens in de daartoe bevoegde vakraden de onderwerpen verder worden uitgewerkt.

De Commissie heeft de volgende 4 hoofdlijnen geïdentificeerd, zonder hierin een prioriteit te onderscheiden:

– Verbetering van de bedrijfsomgeving

Om de uitdagingen van de informatiemaatschappij aan te kunnen is een goede bedrijfsomgeving essentieel. Dit betekent een volledige liberalisatie van het telecommunicatieverkeer vanaf 1 januari 1998. Ter verzekering van faire concurrentieverhoudingen en een goede werking van de interne markt is verhoogde doorzichtigheid en consistentie van nationale regelgeving vereist. Voorts moeten bedrijven sneller informatie- en communicatietechnologieën implementeren.

Het stuk standaardisatie en de mondiale informatiemaatschappij gaat hier op in.

– investeren in de toekomst

Aan de Informatie maatschappij gerelateerde R&D moet een sleutelrol vervullen in het vijfde kaderprogramma. Dit heeft de Commissie dan ook in zijn eerste oriëntatie op het vijfde kaderprogramma opgenomen. De Commissie zal verder zijn belofte om een actieplan te presenteren voor «learning in the information society» gestand doen.

– mensen centraal

De mens centraal in de informatiemaatschappij is een prioriteit van de Commissie teneinde beter op verwachtingen en op bezorgdheden van de burger te kunnen reageren.

(Het groenboek «living and working in the information society» gaat hier op in)

– de mondiale uitdaging

Op het gebied van de informatiemaatschappij dient meer aandacht besteed te worden aan mondiale regelgeving. Hiervoor is de WTO het geëigende forum.

Het is de bedoeling dat de industrieraad van 8 oktober a.s. wordt afgesloten met de aanvaarding van een resolutie over nieuwe beleidsprioriteiten voor de informatiemaatschappij.

Voortbordurend op eerder aangenomen resoluties, startend met de onder het vorige Nederlandse voorzitterschap in 1991 aangenomen resolutie over de electronica, informatie en communicatietechnologie en een aantal nieuwe documenten wordt een goede voortgang op het gebied van de informatiemaatschappij geconstateerd. Nieuwe uitdagingen en mogelijkheden liggen echter voor ons als gevolg van de snelle veranderingen in de informatiemaatschappij. In de ontwerp-resolutie wordt van de diverse betrokkenen in de informatiemaatschappij kort geformuleerd het volgende verwacht:

– De lidstaten moeten de groei van de ICT-industrie stimuleren met name in het MKB, de overheidsdiensten verbeteren en een effectieve nationale omzetting van het hervormingspakket bewerkstelligen.

– De Europese Commissie moet de follow-up van de acties, die zijn voorzien in talrijke documenten verzekeren, zich oriënteren op maatregelen tegen de distributie van kwetsend materiaal, consistente maatregelen voor authenticiteit van elektronisch overgeseinde documenten uitwerken en alert blijven op mogelijke wettelijke en technische belemmeringen bij nieuwe diensten. Bovendien moet de Commissie zich beraden op aparte stimuleringsmaatregelen voor de ICT-sector, met name voor het MKB en de verdere internationale samenwerking op dit gebied bevorderen.

– De industrie moet haar bekwaamheden vergroten, de concurrentiekracht verbeteren, meer R&D uitvoeren en actief participeren in internationale programma's.

– De Raad stelt dat met name een betere benutting van de structuurfondsen voor de informatiemaatschappij van belang is. Voorts is een betere «transparency» van informatiediensten noodzakelijk en zou er een actieplan moeten komen om de burger beter bij de informatiemaatschappij te betrekken. De Raad vraagt de Commissie om op korte termijn met een herzien actieplan «Europe's way to the information society» te komen.

Nederland heeft in de onderhandelingen over de tekst van de resolutie aangedrongen op aandacht voor de concurrentiekracht van de ICT-industrie. Deze sector moet immers de bouwstenen leveren voor de informatiemaatschappij. Ook hecht Nederland groot belang aan een goede afstemming tussen communautaire initiatieven en nationale initiatieven.

Verdere uitwerking van het nieuwe conceptplan dat in Dublin politiek zal worden goedgekeurd is een van de prioriteiten van het Nederlandse voorzitterschap.

Een ander agendapunt dat tijdens de industrieraad behandeld zal worden is de taalverscheidenheid in de informatiemaatschappij. Burgers die minder bedreven zijn in het gebruik van de veel gebruikte talen dreigen het steeds moeilijker te krijgen. Hiervoor is een actieprogramma ter grootte van 15 MECU opgesteld met een looptijd van 3 jaar. De financiering vormt nog een probleem.

Ik hoop u hiermede voldoende te hebben ingelicht.

De Minister van Economische Zaken,

G. J. Wijers

Naar boven