21 501-10
Telecommunicatie- en Postraad

nr. 77
BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN VERKEER EN WATERSTAAT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 8 april 2002

Hierbij treft u te uwer informatie het verslag aan van de EU-raad voor Telecommunicatie en Post, welke op 25 maart 2002 te Brussel heeft plaatsgevonden.

De Staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat,

J. M. de Vries

GEANNOTEERDE AGENDA VOOR DE RAAD VOOR TELECOMMUNICATIE EN POST VAN 25 MAART 2002 EN VERSLAG

Ad 1. Goedkeuring van de ontwerp-agenda

De agenda is vastgesteld.

Ad 2. (Evt.) Goedkeuring van de lijst van a-punten

De lijst van A-punten is aangenomen.

Ad 3. programma IDA II

– voorstel voor een beschikking van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van Beschikking nr. 1719/99/EG betreffende een reeks richtsnoeren, met inbegrip van de vaststelling van projecten van gemeenschappelijk belang, voor trans-Europese netten voor elektronische gegevensuitwisseling tussen overheidsdiensten (IDA)

– voorstel voor een besluit van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van Besluit nr. 1720/99/EG tot vaststelling van een reeks acties en maatregelen ter verzekering van interoperabiliteit van en de toegang tot trans-Europese netten voor elektronische gegevensuitwisseling tussen overheidsdiensten (IDA)

Geannoteerde agenda

Het IDA II programma is van start gegaan in 1999 en heeft tot doel elektronische uitwisseling van informatie tussen overheidsdiensten te bevorderen. Onder het IDA-programma worden projecten in verschillende sectoren uitgevoerd zoals informatie-uitwisselingsnetwerken op het gebied van werkgelegenheid, gezondheid, landbouw, visserij, statistiek en mededinging.

De richtsnoerenbeschikking behelst een reeks richtsnoeren voor trans-Europese netwerken evenals financiële regels voor projecten van gemeenschappelijk belang die onder IDA II financierbaar zijn. Het interoperabiliteitsbesluit beoogt middels uitvoering van horizontale acties en maatregelen een doeltreffende koppeling en interoperabiliteit van trans-Europese telematicanetten (= geïntegreerde gegevenscommunicatiesystemen) te bewerkstelligen, onder meer door bevordering van standaarden, algemeen beschikbare specificaties en «public domain» toepassingen.

De Commissie doet voorstellen tot wijziging van de richtsnoerenbeschikking en het interoperabiliteitsbesluit, waarbij rekening wordt gehouden met de resultaten van de evaluatie die de Commissie heeft laten uitvoeren over het IDA II programma en met de context die door het eEurope actieplan is gecreëerd.

De Commissie stelt voor om de Beschikking op enkele punten te wijzigen, waarvan de belangrijkste zijn:

1. de Commissie stelt voor de comitologieprocedure voor het TAC te wijzigen in de beheersprocedure.

2. de Commissie stelt voor om projecten uit hoofde van het eEurope actieplan, met name projecten op het gebied van de online-overheid, in aanmerking te laten komen voor IDA-financiering. De Commissie wil in dit kader met name onderzoeken wat de mogelijkheden zijn voor de ontwikkeling van pan-Europese elektronische overheidsdiensten voor burgers en bedrijven.

Nederland kan de voorgestelde wijzigingen onderschrijven en kan derhalve instemmen met de voorstellen voor wijziging van de richtsnoerenbeschikking en het interoperabiliteitbesluit. Nederland is van mening dat met de voorgestelde wijzigingen de IDA-netten in grotere mate kunnen bijdragen aan de verwezenlijking van de doelstellingen van het eEurope actieplan, met name op het gebied van overheid on-line.

Ten aanzien van de ontwikkeling van pan-Europese elektronische overheidsdiensten, is NL wel van mening dat de Commissie eerst goed moet inventariseren wat de behoeften van lidstaten zijn aan deze diensten. Tevens komt in dit verband de talenkwestie op. Belangrijke vraag in deze is hoe de Europese Commissie kan bepalen welke diensten in welke talen moeten worden aangeboden.

Verslag

Geen specifieke opmerkingen. De algemene oriëntatie van de Raad wordt vastgesteld. Het voorzitterschap hoopt in eerste lezing met het Europees Parlement tot overeenstemming te komen.

Ad 4. Voorstel tot wijziging van Annex 1 van de TEN Telecom Beschikking 1336/97/EC

Geannoteerde agenda

Titel XV van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap stelt dat de Gemeenschap bijdraagt aan de totstandbrenging en ontwikkeling van Trans-Europese netwerken (TEN's) voor o.a. telecommunicatie-infrastructuur. Op 17 juni 1997 is Beschikking 1336/97/EC van het Europees Parlement en de Raad betreffende een geheel van richtsnoeren voor Trans-Europese telecommunicatienetwerken vastgesteld met daarbij de thema's voor projecten van gemeenschappelijk belang. De uitwerking hiervan is neergelegd in het huidige TEN Telecomprogramma.

Het programma is erop gericht dat diensten die in het merendeel van de gevallen op nationaal, lokaal of sectorieel niveau zijn ontwikkeld, op Europees niveau worden uitgebreid en zodoende aan een grotere bevolkingsgroep ten goede kunnen komen.

De Commissie heeft een verslag opgesteld dat de evaluatie bevat van het huidige TEN Telecomprogramma. Dit verslag vormt de basis voor het voorstel van de Europese Commissie voor wijziging van de annex bij de Beschikking.

De Commissie stelt voor om de annex bij de Beschikking op een aantal punten te wijzigen. Er zal een duidelijker onderscheid worden gemaakt tussen het TEN-Telecom en het IST-programma. Dit houdt in dat er meer nadruk zal worden gelegd op de marktpositie van TEN-Telecom, waarbij de invoering van innovatieve diensten van openbaar belang ten behoeve van de burger zal worden gestimuleerd. Tevens zal tot uiting komen dat het programma zich gaat richten op de strategische prioriteiten van het eEurope actieplan. In dit verband is een verwijzing opgenomen naar breedbandtechnologie.

Door de sterkere focussering van het programma zal de lijst met aandachtsgebieden worden herzien en ingekort. Nieuwe aandachtgebieden zijn interoperabiliteit en interconnectie van netwerken, mobiele diensten en netwerkveiligheid.

Nederland kan instemmen met de voorliggende voorstellen voor wijziging van de annex bij de Beschikking.

Nederland vindt het een goede zaak dat TEN Telecom meer aansluiting zoekt met de prioriteiten van het eEurope actieplan, omdat het programma zich hiermee gaat richten op nieuwe en actuele aandachtgebieden.

Verslag

De algemene oriëntatie van de Raad wordt zonder verdere discussie vastgesteld. Ook op dit dossier hopen het Spaans voorzitterschap en de Commissie snel zaken te kunnen doen met het Europees Parlement en in eerste lezing tot overeenstemming te komen.

Ad 5 Resolutie toegankelijkheid van websites van de overheid en de inhoud ervan

Geannoteerde agenda

De Commissie heeft vorig jaar in het kader van het e-Europe actieplan 2002 een mededeling uitgebracht over verbetering van de toegang tot openbare websites. Deze heeft zij aan de aan de Telecomraad van 15 oktober jl. gepresenteerd. Het Spaanse voorzitterschap wil in de vorm van een resolutie deze mededeling meer kracht bij zetten en het belang van implementatie van de WAI-richtlijnen [Web Accessibility Initiative] onderstrepen. Deze WAI-richtlijnen hebben tot doel de toegang tot websites voor minder-validen te vereenvoudigen.

In de mededeling en vervolgens in de voorliggende resolutie is een aantal conclusies opgenomen en wordt een voorstel gedaan voor een aantal vervolgstappen. Belangrijkste constatering is dat de lidstaten en de Europese instellingen goed op weg zijn om de WAI-richtsnoeren te implementeren. Follow-up is echter van groot belang: overheden dienen te allen tijde te streven naar verbetering van de toegankelijkheid van hun webpagina's en te zoeken naar andere, betere manieren om webinhoud en diensten aan te bieden naarmate zich nieuwe technologieën aandienen. Voorts zou in het jaar 2003, het Europees jaar van de gehandicapten, een aantal initiatieven moeten worden ondernomen t.b.v. van het bereiken van de algemene toegankelijkheid van zowel openbare als particuliere websites.

Nederland is zeer actief op dit terrein en ondersteunt de resolutie van harte. Er is al een aantal initiatieven. Zo is er de campagne «Drempels weg» die tot doel heeft om bewustheid te creëren over de toegankelijkheid en mogelijkheden aanreikt om dat te verwezenlijken.

Verder stimuleert het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties de verschillende lagen van de overheid om de web-sites toegankelijk te bouwen. Daarnaast voert Advies.overheid.nl jaarlijks een kwaliteitsmonitor uit naar de overheidswebsites. De toegankelijkheid is daarvan een onderdeel. Nagenoeg alle departementale websites voldoen, of zullen op korte termijn voldoen aan de WAI-richtlijnen [Web Accessibility Initiative] prioriteit I.

Verslag

De ontwerp-resolutie wordt aangenomen. Delegaties benadrukken in hun interventies het belang van een verdere verbetering van de toegang tot websites, in het kader van de ontwikkeling van de inclusieve informatiemaatschappij waar alle burgers in gelijke mate van kunnen profiteren. Openbare websites, onder beheer van publieke (overheids)instanties kunnen hierin een belangrijke voorbeeldrol vervullen.

Ad 6. conclusies van de Europese Raad van Barcelona inzake de toekomst van eEurope

Geannoteerde agenda

Het Spaanse voorzitterschap heeft het stimuleren van de informatiemaatschappij in Europa als één van haar prioriteiten bestempeld. Zij heeft hierover een Informele Raad georganiseerd die 22 en 23 februari jl. in Vitoria plaats vond.

Tijdens deze Informele Raad is er een politieke discussie gevoerd over de verlenging van het eEurope actieplan 2002, dat voorjaar 2000 door de Europese Raad van Feira is aangenomen en dat eind 2002 zal aflopen. De resultaten van deze Informele Raad zijn aangeboden aan de Europese Raad van Barcelona. Hierin staan onder andere de onderwerpen genoemd die volgens de Informele Raad prioritair zijn voor het actieplan 2002–2005. Het betreft breedband, e-government, veiligheid van netwerken en informatie, e-commerce, technologische convergentie, e-learning en content.

Naar verwachting zal de Europese Raad haar commitment uitspreken voor een nieuw eEurope actieplan 2002–2005. De inhoudelijke uitwerking daarvan zal vervolgens plaatsvinden in de aanloop naar de Europese Raad van Sevilla (juni 2002). Bij verzending van deze agenda heeft de Europese Raad nog niet plaats gevonden en zijn derhalve de conclusies nog niet voorhanden.

Nederland is van mening dat eEurope een belangrijke bijdrage kan leveren aan het realiseren van de kennismaatschappij in Europa. Nederland steunt derhalve een vervolg cq nieuw eEurope actieplan 2002–2005. De prioriteiten die de Informele Raad van Vitoria heeft benoemd sluiten goed aan bii de aandachtsgebieden die Nederland heeft geïdentificeerd. Deze zijn opgenomen in de kabinetsnotitie inzake de NL-inzet voor de Europese Raad van Barcelona.

Verslag

In een uitvoerige tafelronde reageren delegaties als volgt op de vier centrale thema's die het voorzitterschap heeft voorgesteld:

1. Toegang tot breedband

Delegaties delen de prioriteit die in een nieuw actieplan wordt toegekend aan de bevordering van breedband infrastructuur en toepassingen, maar verschillen van mening over de rol die hierin voor overheden is weggelegd. Sommige delegaties kijken op dit moment vooral naar stimulering van hoge snelheid internettoegang via de kabel en met behulp van ADSL. Andere landen zijn van mening dat overheden erop moeten toezien (regiefunctie) dat al hun burgers over breedband kunnen beschikken en neigen ertoe een deel van de (mede)financiering van de uitrol voor hun rekening te nemen. Vooral in perifere gebieden kunnen overheidsinvesteringen noodzakelijk zijn. Weer andere delegaties vertrouwen op de werking van de markt, zolang er sprake is van effectieve concurrentie. Snelle implementatie van het nieuwe regelgevend kader wordt als belangrijkste voorwaarde gezien voor de succesvolle invoering van breedband, alsmede nauwe publiek-private samenwerking (PPS). Ook Nederland benadrukt het belang van PPS.

2. Multi-platform benadering

Het overbruggen van de digitale kloof wordt door alle delegaties als een belangrijke opgave gezien. De informatiemaatschappij is van en voor iedereen. De invoering van digitale TV op grote schaal wordt gezien alseen zeer gebruiksvriendelijke oplossing, waarmee ook bevolkingsgroepen kunnen worden bereikt die niet over een eigen PC thuis beschikken. Delegaties verschillen van mening over de noodzaak om hierbij eenduidige technische standaarden voor te schrijven, maar benadrukken de behoefte aan marktgerichte oplossingen op basis van interoperabele systemen.

3. On-line publieke diensten en digitale inhoud

Delegaties delen de mening dat overheden een belangrijke aanjaagfunctie dienen te vervullen door het aanbieden van steeds meer diensten langs elektronische weg. De ontwikkeling van digitale inhoud wordt door veel delegaties als een aparte prioriteit beschouwd en als belangrijkste voorwaarde aangemerkt voor de verdere bevordering van het gebruik van internet door een zo breed mogelijk publiek.

4. Network security

De verdere uitwerking van de Raadsresolutie over veiligheid van netwerken en informatie wordt door alle delegaties als prioriteit gesteld.

Het voorzitterschap constateert dat delegaties op hoofdlijnen kunnen instemmen met de gestelde prioriteiten, waaraan verdere invulling zal worden gegeven bij de totstandkoming van het nieuwe actieplan 2005. Het gaat nadrukkelijk niet om de bevoordeling van een bepaalde sector, maar om de algehele bevordering van de economische ontwikkeling van Europa en de totstandkoming van een informatiemaatschappij waarin alle burgers tot hun recht komen.

Ad 7. Internationaal beheer van internet en hervorming van ICANN (ter informatie)

Geannoteerde agenda

De organisatie die zich bezighoudt met het beheer van internet, ICANN, functioneert niet zoals men dit bij de oprichting van deze organisatie in 1998 had voorzien. Er is te weinig deelname van kritieke entiteiten, zoals de verschillende aanbieders van internet infrastructuur, de grote gebruikers, de relevante technische fora, en de nationale overheden. Voorts laat de deelname van de overheden via het Governmental Advisory Committee (GAC), te wensen over. Het GAC heeft slechts een adviserende functie en de ICANN board kan de adviezen van de GAC dan ook zonder enig commentaar terzijde leggen. Dit heeft indirect gevolgen voor de legitimiteit die aan beslissingen van ICANN worden toegekend.

Onlangs heeft de President van ICANN, Stuart Lynn, een voorstel voor herstructurering van ICANN openbaar gemaakt. Het document, bedoeld voor discussie in de internet gemeenschap, bevat twee onderwerpen die voor overheden van belang zijn:

– Voorstellen voor een slagvaardiger besluitvorming van het bestuur;

– Voorstellen voor het actief betrekken van de overheden bij de besluitvorming.

Achterliggende reden voor het voorstel is de trage voortgang van de activiteiten van ICANN zoals deze (op hoofdlijnen) zijn geformuleerd in het MoU met de Amerikaanse overheid (1998). Lynn stelt zelfs dat in de huidige constellatie ICANN nooit zijn taak goed zal kunnen uitvoeren. De kern van het probleem ligt in het feit dat ICANN een privaatrechtelijke organisatie is met taken van een publiek karakter. Ook in de EU is deze problematiek rondom ICANN onderkend. De Commissie is, evenals de meeste EU lidstaten, actief betrokken bij de ontwikkelingen in ICANN en zal de Raad over de laatste stand van zaken informeren.

Nederland is tevreden over het punt dat Stuart Lynn (President of ICANN) erkent dat er veranderingen voor ICANN nodig zijn en dat een grotere betrokkenheid van, onder andere, de overheden een noodzaak is. Ik heb de voorzitter van de Tweede Kamer al in april van 2001 laten weten dat ik er een voorstander van ben om meer overheidstoezicht op ICANN uit te oefenen. Het lijkt erop dat de tijd daar nu bij ICANN zelf rijp voor is.

Het voorstel dat er nu ligt moet goed bekeken worden. Vooral de vraag op welke wijze de publieke belangen in de besluitvorming van het ICANN-bestuur gewaarborgd kan worden, moet nog beantwoord worden.

Nederland is positief ten aanzien van de idee om ICANN en haar onderliggende structuur te hervormen. Wel plaatst Nederland kanttekeningen ten aanzien van het door ICANN voorgestelde tijdspad, om al een eerste aanzet voor verandering klaar te hebben aanstaande zomer.

Indien nationale overheden serieus bij de besluitvorming rondom de hervorming van ICANN worden betrokken, zal een en ander meer tijd vergen dan in eerste instantie door het management van ICANN wordt voorzien.

Verslag

De Commissie doet verslag van de laatste ontwikkelingen. De leiding van ICANN wil graag haast maken met hervorming van hun eigen organisatie, die zorgt draagt voor het internationaal beheer van het internet. Europa kan zich niet veroorloven om zich in deze discussie afzijdig te houden. Het toenemend sociaal-economisch belang van het internet vergt een steeds grotere inspanning van overheden om ervoor te waken dat het internationale beheer ervan binnen de juiste juridische en politieke kaders plaatsvindt. Aan de activiteiten van ICANN kleven belangrijke mededingingsaspecten en besluiten van ICANN werpen uiteenlopende vragen op betreffende intellectuele eigendom en privacy. De bestaande invulling van het Governmental Advisory Committee (GAC) in ICANN heeft zijn vruchten afgeworpen, maar is niet in alle gevallen toereikend. Daarnaast blijft de zorg bestaan over de dominante rol van de VS op dit terrein. Delegaties tonen zich ingenomen met de voortrekkersrol die de Commissie zich heeft aangemeten bij de behartiging van de Europese belangen in het internationale beheer van het internet. Zij onderschrijven het belang om als EU een eenduidig standpunt in te brengen. Nederland neemt het voortouw in het ondersteunen van de inzet van de Commissie, met echter als kritische kanttekening dat het hoge tempo van de ICANN-hervormingen ten koste kan gaan van de duurzaamheid van de verkozen oplossing. Zonder afdoende tijd voor reflectie en evaluatie en een goede samenwerking tussen alle kritieke spelers is enig voorstel tot hervorming van ICANN gedoemd op langere termijn te mislukken. Diverse delegaties sluiten zich aan bij de Nederlandse opmerkingen.

Ad 8. Diversen

Mededeling van de Commissie betreffende de tussentijdse evaluatie inzake en uitvoering van het meerjaren actieplan ter bevordering van een veiliger gebruik van het internet door het bestrijden van schadelijke en illegale inhoud, alsmede een voorstel voor een verlenging van dat actieplan.

Geannoteerde agenda

Het lopende actieplan is een communautair meerjarenprogramma dat de periode 1999–2002 beslaat. Het actieplan maakt deel uit van een samenhangende reeks beleidsmaatregelen op het niveau van de EU om onwettige en schadelijke inhoud op internet via regelgeving en ondersteunende maatregelen aan te pakken. Het actieplan ondersteunt zelfregulerende maatregelen en bestaat in hoofdzaak uit drie inhoudelijke actielijnen, te weten het zorg dragen voor een veiligere omgeving; de ontwikkeling van filter- en ratingsystemen en het verhogen van het bewustzijn. Het plan voorziet in de financiering voor projecten betreffende het tot stand komen van netwerken van hotlines voor gebruikers om onwettige inhoud te melden, het ontwikkelen van betere instrumenten voor ouderlijke controle van het gebruik van internet door kinderen door middel van filteren en rubriceren en tenslotte maatregelen om voorlichting te geven op het gebied van veiliger gebruik van internet.

Op grond van de uitkomsten van een medio vorig jaar gehouden workshop en een ook voorziene tussentijdse evaluatie wordt voorgesteld het actieplan met een tweede fase voor twee jaar uit te breiden. Daarbij zal rekening worden gehouden met de opgedane ervaringen en zal een uitbreiding plaatsvinden naar nieuwe on-line technologie waaronder mobiel, breedband, convergentie en alle vormen van real-time communicatie, alsmede het versterken van de samenhang met parallel lopende werkzaamheden op het vlak van netwerk- en informatiebeveiliging. Het doel blijft om de positie van de gebruiker met betrekking tot het weren van schadelijke en illegale inhoud te versterken.

Nederland heeft het tot stand komen van het actieplan destijds van harte ondersteund. Het geeft in belangrijke mate invulling aan een stuk zelfregulering op het terrein van schadelijke inhoud op internet. De Mededeling van de Commissie zal betrekking hebben op de uitgevoerde evaluatie en de beoogde follow-up voor. Daarin zal ook een totaal-evaluatie worden uitgevoerd om te bezien of er een breder initiatief gerelateerd aan content bij internet en nieuwe on-line media als deel voor een Europese strategie voor de follow-up van eEurope nodig is. De voor eind dit jaar voorziene evaluatie van het nog lopende programma zal daar deel van uitmaken. Een voorstel tot continuering van het actieplan met twee jaar voorziet in een behoefte tot versterking van de positie van de gebruiker, zal verder kunnen bijdragen aan het maken van strategische keuzen op dit terrein door Commissie en Raad op langere termijn en kan worden gesteund.

Verslag

De Commissie maakt kort melding van de recente verschijning van een voorstel voor een vervolg op het huidige actieplan voor een veiliger internet, waarmee activiteiten ter bestrijding van illegale en schadelijke inhoud op internet worden gefinancierd. Het huidige actieplan loopt af op 31 december 2002. Voorgesteld wordt om dit actieplan met twee jaar te verlengen en het toepassingsgebied en de uitvoeringsmodaliteiten aan te passen aan de opgedane ervaringen en aan de nieuwe technologieën die inmiddels zijn ontwikkeld.

Naar boven