21 501-10
Telecommunicatie- en Postraad

nr. 74
BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN VERKEER EN WATERSTAAT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 31 januari 2002

Hierbij wil ik u informeren over de Informele Raad van Ministers van Telecommunicatie en informatiemaatschappij, die op 22 en 23 februari 2002 in Vitoria zal plaatsvinden.

Het Spaanse voorzitterschap heeft het stimuleren van de informatiemaatschappij in Europa als één van haar prioriteiten bestempeld. Tijdens de Informele Raad wil het voorzitterschap een politieke discussie voeren over de verlenging van het eEurope actieplan dat voorjaar 2000 door de Europese Raad van Feira is aangenomen.

Het eEurope actieplan maakt een belangrijk onderdeel uit van de Lissabonstrategie. Het plan somt de acties op het gebied van ICT op die vóór 2002 moeten worden uitgevoerd; zowel op communautair als op nationaal niveau.

Het actieplan heeft drie hoofdlijnen:

1. een goedkoper, sneller en veiliger internet

2. investeren in mensen en vaardigheden

3. stimuleren van het gebruik van internet, onder andere op het gebied van de intelligente transportsystemen.

Het huidige actieplan loopt eind 2002 af. Gezien het feit dat het eEurope actieplan een belangrijke bijdrage kan leveren aan het realiseren van de informatie- en kennismaatschappij, acht het voorzitterschap een verlenging van het huidige actieplan gewenst.

Ook de Commissie ziet het eEurope actieplan als een prioriteit. Zij is voornemens om in een vervolgactieplan meer de nadruk te leggen op (hoge) snelheidsinfrastructuur en veiligheid van netwerken. De Telecomraad heeft 6 december 2001 de resolutie over veiligheid van netwerken aangenomen. Deze vormt de opmaat voor diverse activiteiten op het gebied van netwerkveiligheid die in het kader van het vervolgactieplan tot uitvoering moeten worden gebracht. De ontwikkeling van breedbandnetwerken – op zowel nationaal als communautair niveau – wordt in het syntheserapport ter voorbereiding op de Europese Raad van Barcelona door de Commissie bestempeld als een topprioriteit.

Tijdens de Informele Raad zal de Commissie haar mededeling «eEurope 2002: Benchmarking, monitoring and future challenges» presenteren. Hierin wordt een beeld gegeven over de voortgang van het huidige actieplan. Deze mededeling is tot op heden nog niet voorhanden en zal naar verwachting pas 5 februari 2002 verschijnen.

De resultaten van de Informele Raad zullen worden voorgelegd aan de Europese Raad van Barcelona die op 15 en 16 maart 2002 zal plaatsvinden. Naar verwachting zal de ER haar politiek commitment uitspreken voor het opstellen van een nieuw Actieplan eEurope 2002–2005. De inhoudelijke uitwerking zal vervolgens moeten plaatsvinden in de aanloop naar de Top van Sevilla (juni 2002) en eventueel onder het Deense Voorzitterschap.

In Nederland wordt momenteel het standpunt voor Barcelona, waaronder ook voor het nieuwe eEurope actieplan, voorbereid. Onlangs is een CEC-notitie gereed gekomen die onder andere zal worden gebruikt voor de zogenaamde Catshuissessie die ter voorbereiding op de Europese Raad van Barcelona op 6 februari 2002 plaats vindt. Voor deze Catshuissessie zijn maatschappelijke groeperingen uitgenodigd om met het kabinet te discussiëren over de NL prioriteiten voor Barcelona.

Na discussie in het Catshuisoverleg wordt de kabinetsnotitie inzake het NL-standpunt voor Barcelona gefinaliseerd en na vaststelling door de Ministerraad (streefdatum: 15 februari 2002) aan de Tweede Kamer en het Spaanse voorzitterschap aangeboden.

De Staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat,

J. M. de Vries

Naar boven