21 501-02 Raad Algemene Zaken en Raad Buitenlandse Zaken

Nr. 2476 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 25 maart 2022

Hierbij bied ik het verslag aan van de Raad Algemene Zaken van 22 maart 2022.

Tevens informeer ik uw Kamer middels dit verslag over de richtsnoeren van de MFK-rechtsstaatverordening en over het evenement over EU-transparantie dat op 9 maart jongstleden plaatsvond.

De Minister van Buitenlandse Zaken, W.B. Hoekstra

VERSLAG VAN DE RAAD ALGEMENE ZAKEN VAN 22 MAART 2022

Op dinsdag 22 maart 2022 vond in Brussel de Raad Algemene Zaken (RAZ) plaats. De Minister van Buitenlandse Zaken nam deel aan deze RAZ. Op de agenda1 van de Raad stonden de volgende onderwerpen: de voorbereiding van de Europese Raad van 24 en 25 maart 2022, het Europees Semester, de Conferentie over de Toekomst van Europa, de herziening van de verordening van het statuut en financiering Europese politieke partijen en stichtingen en een informatiepunt van de Europese Commissie over de autonome maatregelen ten aanzien van het Verenigd Koninkrijk (VK). Tevens informeer ik uw Kamer middels dit verslag over de richtsnoeren van de MFK-rechtsstaatverordening en over het evenement over EU-transparantie dat op 9 maart jongstleden plaatsvond.

Voorbereiding van de Europese Raad van 24 en 25 maart 2022: conceptconclusies

COVID-19 coördinatie

De Commissie gaf aan dat het van belang is om te investeren in paraatheid in het licht van het aankomende herfstseizoen. Tijdens de RAZ werd ook kort gesproken over internationale solidariteit waarbij de focus niet alleen moet liggen op het delen van vaccins maar ook op het versterken van het gezondheidssysteem.

Veiligheid en defensie

Lidstaten verwelkomden de recente aanname van het EU Strategisch Kompas door de Ministers van Buitenlandse Zaken en Defensie tijdens de RBZ van 21 maart jl. (Kamerstuk 21 501-02, nr. 2474) De urgentie van een versterkt handelingsvermogen van de EU op het gebied van veiligheid en defensie werd in het licht van de Russische agressie in Oekraïne nadrukkelijk onderstreept. Verschillende lidstaten, waaronder Nederland, benadrukten hierbij expliciet het belang van nauwe samenhang met de NAVO.

Energie

Vicevoorzitter Šefčovič kondigde namens de Commissie een mededeling2 aan met concrete opties ter bespreking in de Europese Raad om de gevolgen te beperken van de stijgende energieprijzen voor de meest kwetsbare burgers en bedrijven. Hij gaf daarbij aan dat alle opties een prijskaartje en voor- en nadelen hebben, daarom is het van belang de balans te bewaren in het pakket van maatregelen. Ook kondigde hij een wetgevend voorstel inzake gezamenlijke gasinkoop aan.3 Over dit voorstel en de mededeling zullen appreciaties naar uw Kamer worden verstuurd.

Meerdere lidstaten benadrukten het belang dat de Commissie spoedig met een kader komt dat de mogelijkheid geeft aan lidstaten om tijdelijke maatregelen te kunnen nemen om de gevolgen van de hoge energieprijzen tegen te gaan. Een aantal lidstaten pleitte daarbij voor het instellen van maximumprijzen.

Nederland wees, samen met andere lidstaten, op de noodzaak om de energie-afhankelijkheid van Rusland zo snel mogelijk af te bouwen. Nederland benadrukte hierbij het belang van investeringen in hernieuwbare energie en energie efficiëntie, snelle besluitvorming over het Fit-for-55-pakket met behoud van ambitie, en diversificatie van energiebronnen omdat dit de fossiele energie afhankelijkheden, specifiek van Rusland, helpt afbouwen.

Een groep lidstaten, waaronder Nederland, gaf aan geen voorstander te zijn van ingrijpen in de energiemarkt, omdat dit investeringen in duurzame energie en leveringszekerheid kan ondermijnen. Daarbij wezen deze lidstaten ook op het belang van het afwachten van het eindrapport van het Agency for the Cooperation of Energy Regulators (ACER) over de energiemarkt.

Actuele ontwikkelingen op buitenlandpolitiek gebied: Oekraïne

De Europese Commissie opende deze discussie door waardering uit de spreken voor de Europese eensgezindheid die zich mede uit in de snelle aanname van een viertal sanctiepakketten. De Commissie gaf aan klaar te staan voor verdergaande maatregelen bij voortzetting van de illegale militaire agressie van Rusland tegen Oekraïne. Verder verwees de Commissie naar de op 23 maart jongstleden uitgebrachte Mededeling over steun aan lidstaten bij de opvang van vluchtelingen uit Oekraïne. Deze mededeling bevat een overzicht van de EU-steun aan lidstaten op het terrein van huisvesting, gezondheidszorg en scholing4. Enkele lidstaten verzochten de CIE een kader te scheppen voor verdeling van vluchtelingen. Zoals uw Kamer bekend zal hier verder over worden gesproken tijdens de JBZ-Raad5 van maandag 28 maart aanstaande.

Meerdere lidstaten waaronder Nederland bevestigden de Europese eenheid en gaven aan dat alle opties voor verdere sancties op tafel moeten liggen. Hierbij benadrukten sommige lidstaten dat focus op implementatie van de huidige sancties gewenst is en dat het van belang is dat eventuele aanvullende maatregelen meer schade aanrichten in Rusland dan in de EU. Verder brachten verschillende lidstaten de EU-lidmaatschapsaanvragen van Oekraïne, Moldavië en Georgië ter sprake, waarbij werd verwezen naar de Versaillesverklaring van 11 maart jongstleden.

Economie

Vanwege de toevoeging van het onderwerp «bredere economische aangelegenheden» aan de concept ER conclusies6, is tijdens de RAZ kort stil gestaan bij de ontwikkelingen op het gebied van de interne markt. Hierbij werd verwezen naar het Single Market Emergency Instrument dat de Commissie naar verwachting voor de zomer zal presenteren. Noord-Europese lidstaten benadrukten het belang van het bespreken van de ontwikkelingen op de interne markt op de lange termijn en suggereerden hier tijdens de Europese Raad in maart 2023 (tijdens het Zweedse EU-voorzitterschap) aandacht aan te besteden. Nederland heeft deze boodschap gesteund.

Europees Semester 2022

Het voorzitterschap presenteerde het samenvattende verslag van de bijdragen van de verschillende Raadsformaties aan de eerste fase van het Europees Semester 2022. Daarnaast lichtte het voorzitterschap de geactualiseerde routekaart voor het Europees Semester toe. Deze vermeldt de data van de belangrijkste besprekingen en de betrokken Raadsformaties. In aanloop naar de Europese Raad van juni a.s. zal de Commissie het voorjaarspakket presenteren, met landenverslagen en voorstellen voor aanbevelingen van de Raad. Het kabinet verwelkomt de terugkeer van de landenrapporten en volledige landspecifieke aanbevelingen in het Semester. Tot slot heeft de Raad de ontwerpaanbeveling over het economisch beleid van de eurozone ter bekrachtiging toegezonden aan de Europese Raad.

Conferentie over de Toekomst van Europa

Het Franse voorzitterschap informeerde de leden van de Raad over de laatste ontwikkelingen rondom de Conferentie over de Toekomst van Europa. Dit betrof met name de wijze waarop de aanbevelingen vanuit de nationale en Europese burgerpanels worden verwerkt tot voorstellen en conclusies van de plenaire vergadering, op basis waarvan de Raad van Bestuur van de Conferentie het voorziene eindverslag voor 9 mei 2022 dient op te stellen. Het voorzitterschap stelde als proces voor om het Gemeenschappelijk Secretariaat van de Conferentie verantwoordelijk te maken voor het clusteren van de aanbevelingen, waarin de voorzitter en burgervertegenwoordiger van de werkgroep een adviserende rol toebedeeld krijgen. Voorstellen dienen te worden geformuleerd aan de hand van nationale en Europese burgeraanbevelingen. Het voorzitterschap stelde voor dat iedere component van de plenaire vergadering vervolgens een eigen selectie met prioritaire voorstellen dient op te stellen waarna deze selectie zal worden voorgelegd aan de Raad van Bestuur. Zij zullen voor het eind van de Conferentie een finale lijst met aanbevelingen op volgorde van prioriteit samen stellen.

De Commissie onderstreepte het belang van een duidelijk verband tussen definitieve resultaten en burgeraanbevelingen. Daarnaast gaf de Commissie aan de voorgestelde prioritering van de aanbevelingen onwenselijk te vinden.

Meerdere lidstaten benoemden de noodzaak om op korte termijn een duidelijk proces te hebben richting het einde van de Conferentie op 9 mei, waarbij dichtbij de aanbevelingen vanuit burgers gebleven moet worden. Meerdere lidstaten spraken zich uit tegen de suggestie van het Franse voorzitterschap om voorstellen te prioriteren in de plenaire vergadering. Zij benoemden dat dit een verkeerd signaal richting deelnemende burgers kan geven. Verschillende lidstaten stelden dat alle aanbevelingen in het eindresultaat van de Conferentie dienen te worden meegenomen. Meerdere lidstaten stelden dat overeenkomstig de gezamenlijke verklaring de instellingen na afloop van de Conferentie dienen te bespreken hoe doeltreffend gevolg kan worden gegeven aan het eindverslag, elk binnen hun eigen bevoegdheden en in overeenstemming met de Verdragen.

Nederland benadrukte het belang om tot een duidelijk proces te komen, waaruit een eindresultaat van de Conferentie volgt dat duidelijk voortkomt uit de aanbevelingen van burgers. De totstandkoming van de eindaanbevelingen dient op een objectieve, zorgvuldige en transparante wijze te gebeuren. Burgers kunnen dan zien hoe hun inbreng tot het eindresultaat heeft geleid. Nederland benoemde daarbij dat het proces werkbaar dient te blijven gezien het grote aantal aanbevelingen en uiteenlopende aanbevelingen van de verschillende burgerpanels.

Het Franse voorzitterschap stelde vervolgens vast dat er geen overeenstemming is over hun voorstel betreffende het eindproces en zal op korte termijn een nieuw voorstel toe doen waarin de wensen en zorgen van de lidstaten zijn verwerkt.

Herziening van de verordening van het statuut en financiering Europese politieke partijen en stichtingen (Kamerstuk 22 112, nr. 3263)

Het Franse voorzitterschap benoemde twee voorstellen die door de Europese Commissie zijn gedaan in de herziening. Ten eerste het voorstel om financiële contributies aan Europese politieke partijen en stichtingen mogelijk te maken vanuit niet-EU-landen die wel lid zijn van de Raad van Europa,7 dat uit de gedeeltelijke algemene oriëntatie is gehaald. Ten tweede het voorstel dat financiering van campagnes door Europese politieke partijen en stichtingen mogelijk maakt bij nationale referenda, wanneer het onderwerp van een referendum raakt aan de EU-verdragen. Ook dat voorstel is uit de gedeeltelijke algemene oriëntatie gehaald.

Enkele lidstaten intervenieerden, die allen steun uitspraken voor de gedeeltelijke algemene oriëntatie. Het Franse voorzitterschap concludeerde dat de benodigde meerderheid is bereikt in de Raad. De gedeeltelijke algemene oriëntatie is nu openbaar gemaakt.8

Autonome maatregelen ten aanzien van het VK (informatiepunt Europese Commissie)

De vicepresident van de Europese Commissie Maroš Šefčovič gaf een korte toelichting op de twee wetgevende voorstellen inzake het instellen van autonome maatregelen tegen het VK die 11 maart jongstleden gepubliceerd zijn.9 Deze voorstellen leggen de interne EU-besluitvormingsprocedure vast voor het nemen van evenwichtsherstellende-, compenserende- en corrigerende (tegen)maatregelen tegen het VK bij schendingen van de Handels- en Samenwerkingsovereenkomst of bepaalde onderdelen van het Terugtrekkingsakkoord door het VK. Uw Kamer wordt nader geïnformeerd over de inhoud van deze voorstellen en de appreciatie van het kabinet middels een BNC-fiche.

Toezegging over richtsnoeren MFK-rechtsstaatverordening

Tijdens het Commissiedebat Raad Algemene Zaken d.d. 17 maart jl. zegde ik uw Kamer toe om in het verslag van de Raad Algemene Zaken d.d. 22 maart 2022 terug te komen op de richtsnoeren over de MFK-rechtsstaatverordening.

Deze richtsnoeren vloeien voort uit de ER-conclusies van 11 december 2020 over het Meerjarig Financieel Kader 2021–2027 (MFK).10 De Europese Raad heeft in deze conclusies vastgesteld dat de Commissie het voornemen had om te wachten met het voorstellen van maatregelen uit hoofde van de MFK-rechtsstaatverordening, totdat de Commissie richtsnoeren heeft vastgesteld, en dat de Commissie in deze richtsnoeren de uitspraak van het EU Hof van Justitie (EU Hof) over de geldigheid van de MFK-rechtsstaatverordening mee zou nemen. De Commissie heeft meermaals verzekerd dat alle geconstateerde schendingen van de beginselen van de rechtsstaat zullen worden betrokken bij de eventuele maatregelen die de Commissie, na vaststelling van de richtsnoeren en de uitspraak van het EU Hof, zal voorstellen uit hoofde van de MFK-rechtsstaatverordening. De Commissie heeft meermaals verzekerd dat geen enkele schending van de beginselen van de rechtsstaat door de Commissie terzijde zal worden geschoven.

Nederland kon instemmen met deze Europese Raad (ER) conclusies, omdat hierdoor zonder wijziging van de MFK-rechtstaatverordening een oplossing werd gevonden voor Hongarije en Polen om te kunnen instemmen met het MFK en het Eigenmiddelenbesluit (EMB). Uw Kamer ontving een verslag van deze Europese Raad van 10-11 december 2020, en een aanvullend toelichtende brief over deze ER-conclusies.11

Op 2 maart jl. stelde de Europese Commissie richtsnoeren vast voor de MFK-rechtsstaatverordening,12 precies twee weken nadat het EU Hof zijn arrest wees in het beroep van Polen en Hongarije tot nietigverklaring van de MFK-rechtsstaatverordening.13 Uw Kamer ontving een toelichtende brief over deze uitspraak van het EU Hof.14

Het doel van deze richtsnoeren is toelichting te geven bij de vijf aspecten van de MFK-rechtsstaatverordening: (i) de voorwaarden voor de vaststelling van maatregelen; (ii) de verhouding tussen de MFK-rechtsstaatverordening en andere instrumenten; (iii) de evenredigheid van de aan de Raad voor te stellen maatregelen; (iv) de procedure en het beoordelingsproces om te komen tot de vaststelling van maatregelen, en (v) de bescherming van de rechten van eindontvangers of begunstigden. Richtsnoeren zijn niet juridisch bindend en doen niets af aan de rechten en verplichtingen die in EU-regelgeving zijn neergelegd. De Commissie bindt zichzelf met deze richtsnoeren aan een uitvoeringswijze van de MFK-rechtsstaatverordening.

Nederland verwelkomt de richtsnoeren. De Commissie heeft in deze richtsnoeren de relevante elementen uit de uitspraak van het EU Hof meegenomen. Ook is de Commissie grotendeels tegemoet gekomen aan de opmerkingen die Nederland en gelijkgezinde lidstaten hebben ingediend tijdens de consultatie over de concept-richtsnoeren over de MFK-rechtsstaatverordening. Zo wordt bij de illustratie van schendingen van beginselen van de rechtsstaat die onder de MFK-rechtsstaatverordening vallen, nu expliciet aandacht besteed aan onafhankelijke rechtspraak, als essentieel vereiste voor de bescherming van de financiële belangen van de Unie. Ook wordt de toegevoegde waarde van de MFK-rechtsstaatverordening ten opzichte van andere procedures uit de Uniewetgeving uitgebreider toegelicht, en heeft de Commissie de mogelijkheid gecreëerd om via een speciale mailbox individuele klachten in te dienen. De gezamenlijke reactie van Nederland en gelijkgezinde lidstaten werd destijds vertrouwelijk met uw Kamer gedeeld.15 Strevend naar transparantie kan de gezamenlijke reactie met de vaststelling van de richtsnoeren openbaar gedeeld worden met uw Kamer, als bijlage bij dit verslag16. De mede-ondertekende lidstaten worden hiervan op de hoogte gebracht.

Met de vaststelling van de richtsnoeren staat de Commissie nu niets meer in de weg om zo snel mogelijk de procedure om tot de opschorting of stopzetting van uitkering van EU-middelen te komen, te starten in gevallen die aan de voorwaarden uit de MFK-rechtstaatverordening voldoen. Nederland blijft hier bij de Commissie op aandringen.

Follow-up evenement over EU-transparantie

Zoals aangekondigd in de Geannoteerde Agenda voor de RAZ van 22 maart17 krijgt u in dit verslag ook een terugkoppeling van het evenement over EU-transparantie dat op 9 maart door Nederland, samen met Denemarken en Duitsland is georganiseerd. Het evenement is een opvolging van de transparency pledge die in september 2021 is gelanceerd op initiatief van Nederland, Duitsland en Denemarken.18 19 Naast burgers betrokken bij de Conferentie namen de volgende personen deel aan het evenement: Jeppe Kofod (Minister van Buitenlandse Zaken van Denemarken), Anna Lührmann (Minister van Staat voor Europa en Klimaat van Duitsland, Emily O’Reilly (Europese Ombudsman), Daniel Freund (lid van het Europees Parlement – Groenen) en Ivo Belet (lid Kabinet van Eurocommissaris Šuica van de Europese Commissie). Naast de Nederlandse gezant voor de Conferentie over de Toekomst van Europa was de Minister van Buitenlandse Zaken aanwezig in de vorm van een videoboodschap.

De discussie werd geïntroduceerd door een aantal burgers uit de werkgroep Europese Democratie van de Conferentie over de Toekomst van Europa. Zij gingen in op de verschillende aanbevelingen die volgen uit de Europese en nationale burgerconsultaties die specifiek betrekking hebben op EU-transparantie.20 Deze aanbevelingen vormden het vetrekpunt van een dialoog tussen de burgers en de andere deelnemers. Het was een open discussie, waarin burgers en deelnemers vanuit verschillende instellingen ideeën over EU-transparantie uitwisselden en waarin verder is gesproken over de aanbevelingen van de burgers. Uit de discussie volgde bijvoorbeeld dat hoewel er stappen zijn gezet om de EU transparanter te maken, dit voor burgers weinig zichtbaar is. Hieruit volgde de conclusie dat de EU-instellingen actiever en in meer begrijpelijke taal kunnen communiceren over het werk dat zij doen. Het evenement is opgenomen en is terug te kijken.21

Nederland onderschrijft het belang van deze aanbevelingen en zal deze aanbevelingen ook uitdragen in de Conferentie over de Toekomst van Europa en als onderdeel van de Nederlandse inzet om het EU-transparantiebeleid te moderniseren en de EU besluitvormingsprocedure inzichtelijker en toegankelijker te maken.


X Noot
1

DP: CM 2070/22

X Noot
5

Kamerstuk 32 317, nr. 753

X Noot
6

Kamerstuk 21 501-20, nr. 1762

X Noot
7

De 46 Raad van Europa-landen zijn: Albanië, Andorra, Armenië, Azerbeidzjan, België, Bosnië & Herzegovina, Bulgarije, Cyprus, Denemarken, Duitsland, Estland, Finland, Frankrijk, Georgië, Griekenland, Hongarije, Ierland, IJsland, Italië, Kroatië, Letland, Liechtenstein, Litouwen, Luxemburg, Malta, Moldavië, Monaco, Montenegro, Nederland, Noord-Macedonië, Noorwegen, Oekraïne, Oostenrijk, Polen, Portugal, Roemenië, San Marino, Servië, Slovenië, Slowakije, Spanje, Tsjechië, Turkije, Verenigd Koninkrijk, Zweden en Zwitserland.

X Noot
10

EUCO 22/20. Voor de volledige verklaring van de voorzitter van de Commissie, zie: https://ec.europa.eu/commission/presscorner/detail/nl/speech_20_2442

X Noot
11

Kamerstuk 21 501-20, nrs. 1638 en 1641.

X Noot
12

Richtsnoeren van de Commissie inzake de toepassing van Verordening 2020/2092 betreffende een algemeen conditionaliteitsregime ter bescherming van de Uniebegroting, C(2022) 1382 final.

X Noot
14

Kamerstuk 21 501-20, nr. 1795

X Noot
15

Kamerstuk 21 501-20, nr. 1723.

X Noot
16

Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl

X Noot
17

Kenmerk 21 501-02, nr. 2472

X Noot
18

Zie o.a. Kamerstuk 21 501-02, nrs. 2408 en 2403

Naar boven