21 501-02 Raad Algemene Zaken en Raad Buitenlandse Zaken

Nr. 1342 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 3 maart 2014

Hierbij bied ik u het verslag aan van de extra Raad Buitenlandse Zaken Oekraïne van 3 maart 2014.

De Minister van Buitenlandse Zaken, F.C.G.M. Timmermans

VERSLAG RAAD BUITENLANDSE ZAKEN VAN 3 MAART 2014 OVER OEKRAÏNE

Naar aanleiding van de ontwikkelingen in Oekraïne, in het bijzonder de Russische acties op de Krim, kwam de Raad Buitenlandse Zaken op 3 maart jl. in buitengewone sessie bijeen. Inmiddels is aangekondigd dat de Europese Raad op 6 maart a.s. bijeen zal komen om de situatie in Oekraïne te bespreken. De kabinetsinzet voor die bijeenkomst blijft in lijn met de Oekraïne-brief die uw Kamer op 2 maart jl. is toegegaan en de uitkomsten van de RBZ.

De Raad veroordeelde ten sterkste de schending van de soevereiniteit en territoriale integriteit van Oekraïne door het agressieve handelen van het Russische leger. Deze acties zijn duidelijk in strijd met het VN Handvest en de OVSE Slotovereenkomst van Helsinki, alsook met overige internationale verplichtingen van Rusland, waaronder de specifieke verplichtingen ten aanzien van de soevereiniteit en territoriale integriteit van Oekraïne in het kader van het Boedapest Memorandum van 1994 en het bilateraal verdrag van 1997. Ministers riepen op tot onmiddellijke terugtrekking van het Russische leger naar hun bases. Rusland moet direct instemmen met het Oekraïense verzoek tot bilaterale besprekingen over deze kwestie en deelnemen aan consultaties hierover met alle ondertekenaars van het Boedapest Memorandum. De Raad riep op tot een vreedzame oplossing van het conflict binnen de kaders van het internationale recht en zal betrokken blijven bij internationale inspanningen gericht op facilitatie. HV Ashton zal hiertoe in contact blijven met alle betrokken partijen.

Ministers spraken hun waardering uit voor de gematigde en terughoudende reactie van de Oekraïense interim-regering. Een aantal EU-lidstaten, waaronder Nederland, benadrukte in dit verband het belang van snelle de-escalatie van de situatie. De Raad benadrukte het belang van inclusiviteit van bestuur en het politieke proces en het belang van respect voor minderheden. Ministers moedigden Oekraïne aan in dit verband nauw met de Raad van Europa en de OVSE samen te blijven werken.

De Raad bracht in herinnering dat de EU een ambitieuze en open relatie met Rusland nastreeft, gebaseerd op wederzijdse belangen en wederzijds respect en betreurde dat door de Russische acties vraagtekens kunnen worden gezet bij deze gemeenschappelijke doelstellingen. De Ministers spraken uitgebreid over stappen die de EU jegens Rusland zou kunnen nemen, waarbij het belang van een krachtige boodschap moest worden afgewogen tegen het bieden van een opening aan Rusland om alsnog mee te werken aan een politieke oplossing van het conflict. De Raad besloot dat bij het uitblijven van de-escalerende stappen door Rusland de EU zal besluiten over consequenties voor de relaties tussen de EU en Rusland, waaronder het opschorten van besprekingen over de onderhandelingen over een nieuw strategisch akkoord en besprekingen over gezamenlijke stappen richting visumliberalisatie. De Raad zal eveneens andere gerichte maatregelen overwegen. In het licht van mogelijke ontwikkelingen op de grond zal de Raad de situatie nauwgezet blijven volgen en klaar staan om zo nodig snel te handelen.

De Raad onderstreept de steun van de EU voor politieke en economische hervormingen in Oekraïne. De EU staat klaar om samen met internationale financiële organisaties, in het bijzonder het IMF, te werken aan een economisch steun- en herstelpakket voor Oekraïne. Dit dient wel gebaseerd te zijn op duidelijke commitering van Oekraïne ten aanzien van structurele economische hervormingen. De Raad bevestigde opnieuw dat het EU aanbod voor versterkte relaties via een Associatie- en Vrijhandelsakkoord (AA/DCFTA) nog steeds op tafel ligt. Implementatie van deze akkoorden zal duurzame economische voordelen bieden aan Oekraïne, inclusief de Krim.

De Ministers besloten dat snel verder wordt gewerkt aan sancties gericht op het bevriezen van tegoeden van degenen die verantwoordelijk zijn voor mensenrechtenschendingen en voor misbruik van staatstegoeden onder de voormalige regering. Bevriezing van deze tegoeden kan bijdragen aan Oekraïense inspanningen om deze tegoeden terug te vorderen in het kader van strafrechtelijk onderzoek.

Overige besprekingen

De afgelopen dagen is door verschillende organisaties gesproken over de situatie in Oekraïne.

NAVO

Op 2 maart jl. kwam de Noord-Atlantische Raad van de NAVO in spoedzitting bijeen op het niveau van de Permanent Vertegenwoordigers. Aansluitend overlegden de 28 bondgenoten met Oekraïne in het kader van de NAVO-Oekraïne Commissie over de situatie in dat land. De NAR nam een verklaring aan waarin de militaire escalatie door Rusland wordt veroordeeld. De militaire acties van Rusland worden een inbreuk op het internationale recht genoemd en Rusland wordt opgeroepen zijn internationale verplichtingen na te komen. De NAVO biedt aan om met Rusland te spreken in het kader van de NAVO-Rusland Raad.

Raad van Europa

Op 3 maart vond een extra vergadering plaats van de Permanent Vertegenwoordigers bij de Raad van Europa in Straatsburg. Zij spraken met elkaar over de instrumenten van de Raad van Europa die ingezet kunnen worden om de interne stabiliteit van Oekraïne te verbeteren. Een ad hoc bezoek van het Comité van het kaderverdrag voor de bescherming van nationale minderheden wordt overwogen. De secretaris-generaal van de RvE, Jagland, heeft zijn speciaal vertegenwoordiger, de Nederlander Jeroen Schokkenbroek, naar Kiev gestuurd om te helpen met het constitutionele proces en vraagstukken over de rechtsstaat. Schokkenbroek is inmiddels begonnen met zijn werkzaamheden.

OVSE

Op 3 maart heeft een buitengewone sessie van de Permanente Raad van de OVSE plaatsgevonden over de situatie in Oekraïne. Hierbij is gesproken over het opzetten van een internationale waarnemingsmissie om de algehele veiligheidssituatie in Oekraïne te gaan monitoren. Een van de mogelijke onderdelen van een mandaat hiervoor zou zijn het toezien op de bescherming van de situatie van nationale minderheden, in samenwerking met de Hoge Commissaris inzake Nationale Minderheden (HCNM). Op dit moment is het nog onzeker of over een dergelijke mandatering van een eventuele missie overeenstemming bereikt kan worden. Besluitvorming hierover vereist consensus onder alle 57 deelnemende Staten, inclusief de Russische Federatie.

Verenigde Naties

De VN-Veiligheidsraad komt in de avond van 3 maart weer bijeen om over de situatie in Oekraïne te spreken. Het is de derde maal in vier dagen dat de Veiligheidsraad zich buigt over de ontwikkelingen rond de Krim. Op zondag 2 maart vertrok de plaatsvervangend secretaris-generaal van de VN, Jan Eliasson, naar Kiev voor gesprekken. Het is nog onduidelijk of hij ook een bezoek kan brengen aan de Krim. In Genève benadrukte de Secretaris-Generaal van de VN bij de Russische Minister van Buitenlandse Zaken het belang van een constructieve dialoog om zo de spanningen in Oekraïne te verminderen.

Naar boven