Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 9 mei 2018
Op 29 maart heeft de vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW) verzocht
om een gezamenlijke reactie te geven op enkele brieven over duurzaamheid in het onderwijs.
In de brieven streven de organisaties Coöperatie Leren voor Morgen en de Time is Now
Foundation naar een versnelde implementatie van duurzaamheidseducatie in het curriculum
van het funderend onderwijs. Daarnaast vraagt de organisatie van Rethinking Economics
NL aandacht voor duurzaamheid in het curriculum van universitaire economieprogramma’s.
Met deze reactie kom ik aan de brief van de vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur
en Wetenschap van 29 maart 2018 tegemoet.
Duurzaamheid in het onderwijsaanbod
Ik heb veel waardering voor de doelstellingen die de organisaties Coöperatie Leren
voor Morgen en de Time is Now Foundation nastreven in het uitrusten van de komende
generatie met de juiste kennis en (brede) vaardigheden om de uitdagingen van onze
tijd aan te kunnen. In de huidige kerndoelen van het primair en voortgezet onderwijs
zijn thema’s als natuur, milieu en duurzaamheid reeds een verplicht onderdeel van
het onderwijsaanbod van scholen.1 Daarnaast zijn in de bovenbouw van het vmbo, havo en vwo elementen van duurzaamheid
een verplicht onderdeel binnen de examenprogramma’s van verschillende vakken.2
De organisatie Rethinking Economics NL streeft ernaar dat economiestudenten een bredere
blik op de economie meekrijgen om ze voor te bereiden op de uitdagingen van onze tijd.
De verantwoordelijkheid over de inhoud van het economieprogramma ligt bij de professionals
in de universitaire wereld. Daarbij hoort in ieder geval ook aandacht voor brede vorming
en de bevordering van een maatschappelijk verantwoordelijkheidsbesef bij studenten.
De City Deal Kennis Maken kan daar aan een bijdrage aan leveren. Hierin werken gemeenten,
universiteiten, hogescholen en de overheid samen om onder andere studenten grootschalig
te betrekken bij het oplossen van maatschappelijke vraagstukken en zo de samenleving
te benutten als leeromgeving.
Curriculum.nu
Momenteel zijn negen ontwikkelteams aan de slag om het curriculum in het funderend
onderwijs integraal te herzien. Zij zullen aan de hand van een aantal ontwikkelsessies
bouwstenen opleveren die input zullen zijn voor nieuwe onderwijsdoelen.
In de werkopdracht van de ontwikkelteams Mens & Natuur en Mens & Maatschappij is meegegeven
dat het ontwikkelteam wetenschappers en andere deskundigen op het gebied van duurzaamheid
dient te betrekken, conform de toezegging aan het lid Westerveld.3 Daarnaast hebben alle ontwikkelteams de opdracht gekregen om inzichtelijk te maken
op welke wijze zij aandacht besteden aan brede vaardigheden. In de ontwikkelteams
wordt dus gewerkt aan de kennis en vaardigheden die nodig zijn om duurzame ontwikkeling
te bevorderen.
Gedurende het komende jaar zijn er bovendien meerdere momenten waarbij er feedback
kan worden gegeven op de tussenproducten uit de ontwikkelteams. Ik heb begrepen dat
er met de organisaties die worden aangehaald in de Commissiebrief al contact is geweest
over het leveren van feedback op de tussenproducten. Daarnaast zijn er op aanvraag
van de Coöperatie Leren voor Morgen en de Time is Now Foundation bijeenkomsten gepland
om door te praten over deze tussenproducten.
Ik heb vertrouwen in dit feedbackproces waarin de ontwikkelteams hun (tussen)producten
aanscherpen om te komen tot een volwaardig, samenhangend curriculum. De leden van
de vaste commissie voor OCW zijn tevens uitgenodigd om bij de eerstvolgende ontwikkelsessie
aanwezig te zijn om dit proces te volgen.
Vanuit diverse organisaties zijn reeds oproepen gedaan om bepaalde thema’s, kennis
of praktijken (versneld) op te nemen in het verplichte curriculum. Ik wil benadrukken
dat de leraren en schoolleiders van de ontwikkelteams nu aan zet zijn. Daarin zullen
ook moeilijke keuzes worden gemaakt, zoals ik ook in mijn brief van 23 februari aan
uw Kamer heb aangegeven.4 Ik ga daar niet op vooruitlopen en vind het van belang dat de leraren en schoolleiders
van de ontwikkelteams nu het vertrouwen krijgen om, met voldoende ondersteuning, aan
hun opdracht te voldoen.
De Minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media, A. Slob