20 487 Natuur- en Milieu-educatie

Nr. 53 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR BASIS- EN VOORTGEZET ONDERWIJS EN MEDIA

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 9 mei 2018

Op 29 maart heeft de vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW) verzocht om een gezamenlijke reactie te geven op enkele brieven over duurzaamheid in het onderwijs. In de brieven streven de organisaties Coöperatie Leren voor Morgen en de Time is Now Foundation naar een versnelde implementatie van duurzaamheidseducatie in het curriculum van het funderend onderwijs. Daarnaast vraagt de organisatie van Rethinking Economics NL aandacht voor duurzaamheid in het curriculum van universitaire economieprogramma’s. Met deze reactie kom ik aan de brief van de vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 29 maart 2018 tegemoet.

Duurzaamheid in het onderwijsaanbod

Ik heb veel waardering voor de doelstellingen die de organisaties Coöperatie Leren voor Morgen en de Time is Now Foundation nastreven in het uitrusten van de komende generatie met de juiste kennis en (brede) vaardigheden om de uitdagingen van onze tijd aan te kunnen. In de huidige kerndoelen van het primair en voortgezet onderwijs zijn thema’s als natuur, milieu en duurzaamheid reeds een verplicht onderdeel van het onderwijsaanbod van scholen.1 Daarnaast zijn in de bovenbouw van het vmbo, havo en vwo elementen van duurzaamheid een verplicht onderdeel binnen de examenprogramma’s van verschillende vakken.2

De organisatie Rethinking Economics NL streeft ernaar dat economiestudenten een bredere blik op de economie meekrijgen om ze voor te bereiden op de uitdagingen van onze tijd. De verantwoordelijkheid over de inhoud van het economieprogramma ligt bij de professionals in de universitaire wereld. Daarbij hoort in ieder geval ook aandacht voor brede vorming en de bevordering van een maatschappelijk verantwoordelijkheidsbesef bij studenten. De City Deal Kennis Maken kan daar aan een bijdrage aan leveren. Hierin werken gemeenten, universiteiten, hogescholen en de overheid samen om onder andere studenten grootschalig te betrekken bij het oplossen van maatschappelijke vraagstukken en zo de samenleving te benutten als leeromgeving.

Curriculum.nu

Momenteel zijn negen ontwikkelteams aan de slag om het curriculum in het funderend onderwijs integraal te herzien. Zij zullen aan de hand van een aantal ontwikkelsessies bouwstenen opleveren die input zullen zijn voor nieuwe onderwijsdoelen.

In de werkopdracht van de ontwikkelteams Mens & Natuur en Mens & Maatschappij is meegegeven dat het ontwikkelteam wetenschappers en andere deskundigen op het gebied van duurzaamheid dient te betrekken, conform de toezegging aan het lid Westerveld.3 Daarnaast hebben alle ontwikkelteams de opdracht gekregen om inzichtelijk te maken op welke wijze zij aandacht besteden aan brede vaardigheden. In de ontwikkelteams wordt dus gewerkt aan de kennis en vaardigheden die nodig zijn om duurzame ontwikkeling te bevorderen.

Gedurende het komende jaar zijn er bovendien meerdere momenten waarbij er feedback kan worden gegeven op de tussenproducten uit de ontwikkelteams. Ik heb begrepen dat er met de organisaties die worden aangehaald in de Commissiebrief al contact is geweest over het leveren van feedback op de tussenproducten. Daarnaast zijn er op aanvraag van de Coöperatie Leren voor Morgen en de Time is Now Foundation bijeenkomsten gepland om door te praten over deze tussenproducten.

Ik heb vertrouwen in dit feedbackproces waarin de ontwikkelteams hun (tussen)producten aanscherpen om te komen tot een volwaardig, samenhangend curriculum. De leden van de vaste commissie voor OCW zijn tevens uitgenodigd om bij de eerstvolgende ontwikkelsessie aanwezig te zijn om dit proces te volgen.

Vanuit diverse organisaties zijn reeds oproepen gedaan om bepaalde thema’s, kennis of praktijken (versneld) op te nemen in het verplichte curriculum. Ik wil benadrukken dat de leraren en schoolleiders van de ontwikkelteams nu aan zet zijn. Daarin zullen ook moeilijke keuzes worden gemaakt, zoals ik ook in mijn brief van 23 februari aan uw Kamer heb aangegeven.4 Ik ga daar niet op vooruitlopen en vind het van belang dat de leraren en schoolleiders van de ontwikkelteams nu het vertrouwen krijgen om, met voldoende ondersteuning, aan hun opdracht te voldoen.

De Minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media, A. Slob


X Noot
1

Zie de kerndoelen 39 en 43 voor het primair onderwijs en de kerndoelen 30 en 31 het voortgezet onderwijs.

X Noot
2

Onder andere aardrijkskunde, algemene natuurwetenschappen, scheikunde, natuurkunde, biologie en natuur, leven en technologie.

X Noot
3

Kamerstuk 31 293 VIII, nr. 376.

X Noot
4

Kamerstuk 31 293 VIII, nr. 386.

Naar boven