A
GEWIJZIGD VOORSTEL VAN WET
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van
Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het nodig is de Wet luchtvaart
te wijzigen ter uitvoering van Verordening (EG) nr. 261/2004 van het Europees
Parlement en de Raad van de Europese Unie van 11 februari 2004 tot vaststelling
van gemeenschappelijke regels inzake compensatie en bijstand aan luchtreizigers
bij instapweigering en annulering of langdurige vertraging van vluchten en
tot intrekking van Verordening (EEG) nr. 259/91 (PbEU L 46), Hoofdstuk
III van Verordening (EG) nr. 2111/2005 van het Europees Parlement en
de Raad van de Europese Unie van 14 december 2005 inzake de vaststelling
van een communautaire lijst van luchtvaartmaatschappijen met een exploitatieverbod
en informatie aan luchtreizigers over de identiteit van de exploiterende luchtvaartmaatschappij
(PbEU L 344) en Verordening (EG) nr. 1107/2006 van het Europees Parlement
en de Raad van de Europese Unie van 5 juli 2006 inzake de rechten van
gehandicapten en personen met beperkte mobiliteit die per luchtvervoer reizen
(PbEU L 204);
Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der
Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en
verstaan bij deze:
ARTIKEL I
De Wet luchtvaart wordt als volgt gewijzigd:
A
Artikel 11.15, onderdeel b, wordt als volgt gewijzigd:
1. Voor de tekst van onderdeel 6° wordt ingevoegd: Hoofdstuk
III van.
2. In de onderdelen 6° en 7° wordt ««Raad van
de Europese Gemeenschappen»» steeds vervangen door: Raad van de
Europese Unie.
B
Artikel 11.16 wordt als volgt gewijzigd:
1. Onder vervanging van de punt aan het slot van het eerste lid,
onderdeel d, door een punt komma wordt een onderdeel toegevoegd luidende:
e. het bepaalde bij of krachtens:
1°. Verordening (EG) nr. 261/2004 van het Europees Parlement
en de Raad van de Europese Unie van 11 februari 2004 tot vaststelling
van gemeenschappelijke regels inzake compensatie en bijstand aan luchtreizigers
bij instapweigering en annulering of langdurige vertraging van vluchten en
tot intrekking van Verordening (EEG) nr. 259/91 (PbEU L 46);
2°. Hoofdstuk III van Verordening (EG) nr. 2111/2005 van het
Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 14 december 2005
betreffende de vaststelling van een communautaire lijst van luchtvaartmaatschappijen
waaraan een exploitatieverbod binnen de Gemeenschap is opgelegd en het informeren
van luchtreizigers over de identiteit van de exploiterende luchtvaartmaatschappij
en tot intrekking van artikel 9 van richtlijn nr. 2004/36/EG (PbEU L 344)
en
3°. Verordening (EG) nr. 1107/2006 van het Europees Parlement
en de Raad van de Europese Unie van 5 juli 2006 inzake de rechten van
gehandicapten en personen met beperkte mobiliteit die per luchtvervoer reizen
(PbEU L 204).
2. Onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel d, van het
derde lid, door een punt komma wordt een onderdeel toegevoegd luidende:
e. 74 000 euro bij een overtreding als bedoeld in het eerste
lid, onderdeel e.
C
Na artikel 11.26 wordt een nieuw artikel 11.27 toegevoegd luidende:
Artikel 11.27
Onze Minister van Verkeer en Waterstaat publiceert, voor zover van toepassing,
uiterlijk met ingang van één maand na de inwerkingtreding van
dit artikel en daarna steeds maandelijks, in de Staatscourant een lijst van
instanties ten aanzien waarvan in de daaraan voorafgaande periode een beschikking
tot oplegging van de bestuurlijke boete, bedoeld in artikel 11.16, eerste
lid, onderdeel e, of een beschikking tot toepassing van de bestuursdwang,
bedoeld in artikel 11.15, onderdeel b, onder 1°, 6° en 7°, onherroepelijk
is geworden.
ARTIKEL II
Deze wet treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte
van het Staatsblad waarin zij wordt geplaatst.
Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat
alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat,
aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.
Gegeven
De Minister van Verkeer en Waterstaat,