A
GEWIJZIGD VOORSTEL VAN WET
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van
Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is gemeenten
meer armslag te geven voor gerichte ondersteuning van huishoudens met schoolgaande
kinderen ter bevordering van hun maatschappelijke participatie en dat het
wenselijk is de mogelijkheden voor inkomensondersteuning beter in evenwicht
te brengen met de mogelijkheden tot inkomensverbetering;
Zo is het dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der
Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en
verstaan bij deze:
ARTIKEL I. WIJZIGING VAN DE WET WERK EN BIJSTAND
De Wet werk en bijstand wordt als volgt gewijzigd:
A
Artikel 5 wordt als volgt gewijzigd:
1. Onderdeel d komt te luiden:
d. bijzondere bijstand: de bijstand, bedoeld in artikel 35, en de
langdurigheidstoeslag, bedoeld in artikel 36;
2. Onderdeel e vervalt onder verlettering van onderdeel f tot onderdeel
e.
B
Artikel 8 wordt als volgt gewijzigd:
1. Aan het eerste lid wordt, onder vervanging van de punt aan het
slot van onderdeel c door een puntkomma, een onderdeel toegevoegd, luidende:
d. het verlenen van een langdurigheidstoeslag als bedoeld in artikel
36.
2. Het tweede lid komt te luiden:
2. De regels, bedoeld in het eerste lid, hebben:
a. voor zover het gaat om het eerste lid, onderdeel a, in ieder geval
betrekking op de evenwichtige aandacht voor de in artikel 7, eerste lid, onderdeel
a, genoemde groepen, alsmede voor verschillende doelgroepen daarbinnen, en
op de wijze waarop rekening wordt gehouden met zorgtaken;
b. voor zover het gaat om het eerste lid, onderdeel d, in ieder geval
betrekking op de hoogte van de langdurigheidstoeslag en de wijze waarop invulling
wordt gegeven aan de begrippen langdurig en laag inkomen.
C
Het opschrift van paragraaf 4.1. komt te luiden:
§ 4.1. Bijzondere bijstand
D
Artikel 35 wordt als volgt gewijzigd:
1. Het opschrift komt te luiden:
Artikel 35. Individuele en categoriale bijzondere bijstand
2. Onder vernummering van het vierde lid tot achtste lid, worden
vier leden ingevoegd, luidende:
4. In afwijking van het eerste lid kan bijzondere bijstand ook aan
een persoon, behorend tot een categorie chronisch zieken of gehandicapten,
of met een hem ten laste komend kind dat tot die categorie behoort, worden
verleend met betrekking tot kosten in verband met chronische ziekte of handicap,
zonder dat wordt nagegaan of ten behoeve van die persoon of dat kind die kosten
ook daadwerkelijk noodzakelijk zijn of gemaakt zijn, indien ten aanzien van
de categorie waartoe hij of dat kind behoort aannemelijk is dat die zich in
bijzondere omstandigheden bevindt die leiden tot dergelijke noodzakelijke
kosten van bestaan waarin de algemene bijstand niet voorziet en die de aanwezige
draagkracht te boven gaan.
5. In afwijking van het eerste lid kan bijzondere bijstand ook aan
een persoon, met een hem ten laste komend kind dat onderwijs of een beroepsopleiding
volgt, worden verleend met betrekking tot kosten in verband met maatschappelijke
participatie van dat kind, zonder dat wordt nagegaan of ten behoeve van dat
kind die kosten ook daadwerkelijk noodzakelijk zijn of gemaakt zijn, indien
ten aanzien van de categorie waartoe hij behoort aannemelijk is dat die zich
in bijzondere omstandigheden bevindt die leiden tot dergelijke noodzakelijke
kosten van bestaan waarin de algemene bijstand niet voorziet en die de aanwezige
draagkracht te boven gaan.
6. In afwijking van het eerste lid kan bijzondere bijstand ook aan
een persoon worden verleend in de vorm van een collectieve aanvullende ziektekostenverzekering
zonder dat wordt nagegaan of ten aanzien van die persoon de kosten van die
verzekering ook daadwerkelijk noodzakelijk zijn of gemaakt zijn.
7. Voor de toepassing van dit artikel wordt onder bijzondere bijstand
niet verstaan langdurigheidstoeslag als bedoeld in artikel 36.
E
Vervallen.
F
In artikel 39, tweede lid, wordt «artikel 35, tweede lid, en artikel
36, vijfde lid,» vervangen door: en artikel 35, tweede lid,.
G
Artikel 48 wordt als volgt gewijzigd:
1. Het opschrift komt te luiden:
Geldlening, borgtocht en bijstand in natura
2. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:
4. Het college verstrekt bijzondere bijstand als bedoeld in artikel
35, vijfde lid, in natura, tenzij dit naar het oordeel van het college leidt
tot een ondoelmatige uitvoering van dat lid.
H
In artikel 69, eerste lid, onderdeel b, vervalt «, en van de langdurigheidstoeslag».
ARTIKEL II. WIJZIGING VAN DE INVOERINGSWET WET WERK EN
BIJSTAND
Artikel 10 van de Invoeringswet Wet werk en bijstand vervalt.
ARTIKEL III. INWERKINGTREDING
Deze wet treedt in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip.
Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat
alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat,
aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.
Gegeven
De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,