23 490
Ontwerpbesluiten Unie-Verdrag

DH
VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

Vastgesteld 29 mei 2008

De vaste commissie voor de JBZ-Raad1 van de Eerste Kamer heeft zich op 6 mei 2008 over drie verzoeken tot instemming beraden. Vooraleer kon worden ingestemd met het ontwerpkaderbesluit betreffende de bestrijding van bepaalde vormen en uitingen van racisme en vreemdelingenhaat door middel van het strafrecht, wenste de commissie eerst een bevestiging van de minister van Justitie te ontvangen van haar interpretatie van artikel 1 van dit ontwerpkaderbesluit.

Naar aanleiding daarvan heeft de commissie de minister van Justitie op 7 mei 2008 een brief gestuurd met het verzoek om nadere informatie over artikel 1 van dit ontwerp-kaderbesluit.

De minister heeft hierop bij brief van 22 mei 2008 gereageerd.

De commissie brengt bijgaand verslag uit van het gevoerde schriftelijk overleg.

De griffier van de commissie,

Van Dooren

BRIEF AAN DE MINISTER VAN JUSTITIE

Den Haag, 7 mei 2008

De commissie voor de JBZ-Raad van de Eerste Kamer heeft zich op 6 mei over de drie verzoeken beraden en adviseert de Kamer instemming te verlenen aan de besluiten genoemd onder 1 en 3.

Vooraleer kan worden ingestemd met het onder 2 genoemde ontwerpkaderbesluit, wenst de commissie eerst een bevestiging van de minister van Justitie te ontvangen van haar interpretatie van artikel 1 van het ontwerpkaderbesluit. Naar het oordeel van de commissie biedt lid 2 van genoemd artikel de mogelijkheid om de delicten genoemd in artikel 1 lid 1 enkel dan strafbaar te stellen wanneer deze daadwerkelijk haatzaaiend zijn. Hierdoor kunnen zogenoemde «dreigingsdelicten» (artikel 1 lid 1 sub c en d, beiden laatste zinsnede) worden uitgesloten van strafbaarheid. Voorts zou de commissie graag (nogmaals) door de minister van Justitie bevestigd zien, dat voor de delicten genoemd in artikel 1 geen nadere implementatie in Nederlandse wetgeving nodig is, specifiek waar het gaat om het ontkennen of bagatelliseren van de Holocaust. Zodra op beide punten een bevestiging is ontvangen, zal de commissie voor de JBZ-Raad de Eerste Kamer alsnog adviseren in te stemmen met het ontwerpkaderbesluit.

De leden van de commissie zien uw reactie met belangstelling tegemoet.

De Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal,

Y. E. M. A. Timmerman-Buck

Een eensluidende brief is verzonden naar de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en de staatssecretaris van Justitie.

JBZ-instemmingsbesluit 6 mei 2008

1. Op 23 april 2008 ontving de Eerste Kamer een brief1 van de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties met het verzoek om in te stemmen met het volgende koninkrijkbindende besluit:

Ontwerpbesluit ter verbetering van samenwerking in crisissituaties tussen de speciale interventie-eenheden van de lidstaten van de Europese Unie (ATLAS)

2. Op 25 april 2008 ontving de Eerste Kamer een brief2 van de minister van Justitie met het verzoek om in te stemmen met het volgende koninkrijkbindende besluit:

Ontwerpkaderbesluit betreffende de bestrijding van bepaalde vormen en uitingen van racisme en vreemdelingenhaat door middel van het strafrecht

3. Op 28 april 2008 ontving de Eerste Kamer een brief3 van de minister van Justitie met het verzoek om in te stemmen met het volgende koninkrijkbindende besluit:

Ontwerpbegroting Europol 2009

BRIEF VAN DE MINISTER VAN JUSTITIE

Aan de Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 22 mei 2008

Naar aanleiding van het verzoek van de commissie voor de JBZ-Raad van Uw Kamer om nadere informatie over artikel 1 van het ontwerp-kaderbesluit betreffende de bestrijding van bepaalde vormen en uitingen van racisme en vreemdelingenhaat door middel van het strafrecht en de gevolgen voor de Nederlandse strafwetgeving, kan ik u het volgende berichten.

Artikel 1, tweede lid, van het ontwerp-kaderbesluit geeft lidstaten de mogelijkheid om de in artikel 1, eerste lid, aanhef en onderdelen a tot en met d, neergelegde verplichting om de aldaar omschreven gedragingen strafbaar te stellen, te beperken tot gedragingen die de openbare orde dreigen te verstoren of die bedreigend, kwetsend of beledigend zijn. De zogenoemde «dreigingsdelicten» (artikel 1, eerste lid, onderdelen c en d, beide laatste zinsnede) kunnen derhalve worden uitgesloten van strafbaarheid, indien deze niet bedreigend, kwetsend of beledigend zijn.

Nederland voldoet reeds aan de uit de artikelen 1 en 2 van het kader-besluit voortvloeiende verplichtingen tot strafbaarstelling.

De artikelen 137c tot en met 137e van het Wetboek van Strafrecht bieden een brede strafbaarstelling van het aanzetten tot haat of geweld, belediging en discriminatie wegens onder meer ras of godsdienst. Onder ras vallen ook de kenmerken huidskleur, afstamming en nationale of etnische afkomst.

Onder de reikwijdte van de bestaande bepalingen valt ook het vergoelijken, ontkennen of verregaand bagatelliseren van de in artikel 1, onderdelen c en d, genoemde internationale misdrijven, voor zover zo’n gedraging aanzet tot haat of geweld, beledigt of discrimineert wegens ras of godsdienst.

Nederland is voornemens om bij de vaststelling van het kaderbesluit in de Raad een verklaring van deze strekking af te leggen.

Ik hoop dat Uw Kamer na deze nadere informatie instemming kan verlenen aan het ontwerp-kaderbesluit.

De minister van Justitie,

E. M. H. Hirsch Ballin


XNoot
1

Samenstelling:

Holdijk (SGP), Dölle (CDA), Van de Beeten (CDA), Broekers-Knol (VVD), De Graaf (VVD), Kox (SP), voorzitter, Essers (CDA), Meurs (PvdA), Eigeman (PvdA), Engels (D66), Franken (CDA), vice-voorzitter, Van Kappen (VVD), Peters (SP), K.G. de Vries (PvdA), Haubrich-Gooskens (PvdA), Reuten (SP), Koffeman (PvdD), Böhler (GL), Van Bijsterveld (CDA), Strik (GL), Lagerwerf-Vergunst (CU), Duthler (VVD), Vliegenthart (SP), Kuiper (CU), Yildirim (Fractie-Yildirim).

XNoot
1

Kamerstuk 23 490, DB; zie ook dossier 4.2.163 op www.europapoort.nl

XNoot
2

Kamerstuk 23 490, DC; zie ook dossier 4.3.25 op www.europapoort.nl

XNoot
3

Kamerstuk 23 490,DD; zie ook dossier 4.2.178 op www.europapoort.nl

Naar boven