B
VOORLOPIG VERSLAG VAN DE VASTE COMMISSIE VOOR SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID1
Vastgesteld 3 november 2006
Het voorbereidend onderzoek van dit wetsvoorstel heeft de commissie aanleiding
gegeven tot het maken van de navolgende opmerkingen en het stellen van de
navolgende vragen.
De leden van de CDA-fractie hebben met grote belangstelling kennisgenomen
van het wetsvoorstel.
Op een aantal punten leven bij deze leden nog enkele vragen.
Deze leden steunen van harte de grote doelstellingen van dit Kabinet de
rol van de sociale partners in de maatschappij te vergroten.
In dit licht is het deze leden opgevallen dat het Kabinet m.b.t. het minimumloon
na bijna veertig jaar tot de conclusie is gekomen dat publiekrechtelijke regelingen
door de Overheid moeten worden gehandhaafd door middel van een bestuursrechtelijke
handhaving en niet meer civielrechtelijk.
Is de komst van Polen de enige reden voor het Kabinet met deze principiële
beleidswijziging te komen? Of zit er ook een gewijzigde maatschappijvisie
achter gericht op een andere werkverdeling tussen Overheid en sociale partners?
Deze leden stellen deze vraag omdat bij het Wetsvoorstel 30 532,
Wijziging van de Arbeidstijdenwet het kabinet in afwijking van het SER-advies
terzake bepaalde publieke regelingen wel door de sociale partners wil laten
handhaven.
Tevens wijzen deze leden er op dat in het dossier m.b.t. het voorstel
van de Europese Commissie om te komen tot Richtsnoeren m.b.t de Detacheringsrichtlijn
( Com 2006 159 ) de Regering stelt de handhaving van ondermeer de Wet
ML niet te willen wijzigen.
Hoe verhoudt deze mededeling zich tot het huidige wetsvoorstel waarbij
de handhaving wel wordt gewijzigd?
Indien dit laatste het geval zou zijn hebben deze leden de vraag of het
kabinet voornemens is deze wijziging ook bij andere wetten in te voeren?
Deze leden brengen in herinnering dat in het kader van de behandeling
van de wet OM-afdoening (29 849) uitvoerig stil is gestaan bij het feit
dat in de afgelopen 10 jaar in een aantal wetten een bestuurlijke boete is
geïntroduceerd. Deze leden hadden zich daarover kritisch betoond en vastgesteld
dat van de zijde van de minister van Justitie daarvoor veel begrip
bestond. Bij de memorie van antwoord aan de Eerste Kamer was door de minister
van Justitie een notitie overgelegd die eerder door hem aan de Tweede Kamer
was gezonden. Het betrof de notitie betreffende de keuze tussen sanctiestelsels.
In deze notitie staan 16 indicatoren aangegeven die aan de orde zijn bij de
keuze voor een sanctiestelsel. Deze leden verzoeken de minister om aan de
hand van bedoelde indicatoren voor het hier aan de orde zijnde geval uiteen
te zetten waarom naar zijn mening een keuze gemaakt zou moeten worden voor
een publiekrechtelijke vorm van handhaving daar waar deze leden met name gelet
op indicator 1 en 2 de indruk hebben dat een privaatrechtelijke handhaving –
zijnde de huidige situatie – meer voor de hand zou liggen.
De leden zagen met belangstelling de reactie van de minister tegemoet.
De leden van de PvdA-fractie hebben met belangstelling
kennisgenomen van wijziging van de wet minimumloon en minimumvakantiebijslag
in verband met de invoering bestuursrechtelijke handhaving (30 678).
Zij hebben nog een paar vragen:
Kan de regering nog eens uitgebreid motiveren waarom eeen systeem van
handhaving dat 10 tallen jaren heeft bestaan nu niet me adequaat is? Is de
angst voor Poolse en wellicht Roemeense en Bulgaarse werknemers een voldoende
argument? Of is ook het feit dat CWI’s niet fraude cq alert op dit punt
zijn van belang? Volgens een recent IWI rapport over werkvergunningen laat
het CWI kansen liggen waar het gaat om het voorkomen van fraude en uitbuiting.
Wil het kabinet ook meer greep krijgen op de uitbetaling van minimumloon
en inkomensgarantie voor mensen aan de onderkant van het loongebouw?
Wat is de target die het kabinet zich stelt met betrekking tot het aantal
mensen dat eind 2007 nog onder het minimumloon betaald wordt, waarbij het
streven ongetwijfeld 0 zal zijn. Maar is het ook de target waar het kabinet
op aangesproken mag worden gezien het feit dat er in 2004 nog 36 000
mensen onder het minimumloon betaald werden? Immers, enerzijds voorziet het
kabinet klaarblijkelijk een uitbreiding van het aantal werknemers dat onder
het minimumloon betaald wordt. Anderzijds is het voorstelbaar dat het kabinet
in het werkplan van de Arbeidsinspectie (AI) een maximum aantal afspreekt.
Het is de leden van de PvdA-fractie niet duidelijk waarom met deze wet niet
gewacht kan worden op de invoering van de vierde tranche van de AWB. Kan het
kabinet dit uitleggen?
Als er inderdaad een zware handhavingprioriteit aan deze wet wordt gegeven,
zoals door de Tweede Kamer in een motie is uitgesproken, is dan de huidige
Al voldoende toegerust gezien ook het feit dat men nu onvoldoende toegerust
lijkt om het werk van het CWI op het gebied van de WAV te corrigeren? Het
CWI verstrekt nu vergunningen in het kader van de WAV, maar let nauwelijks,
op fraude volgens het IWI rapport en klaarblijkelijk krijgt de Al daar via
haar toezichtstaak geen greep op. Zijn naar het oordeel van het kabinet werknemers
en ondernemingsraden wel voldoende betrokken bij de handhaving van het minimum
loon?
Kan de regering nog eens ingaan op de argumenten om een bestuurlijke boete
te incorporeren in een regeling waar de handhaving vanouds privaatrechtelijk
is vormgegeven?
Welke beleidsindicatoren ziet de regering als leidend voor de keus voor
(uitsluiend) privaatrechtelijke handhaving, dan wel het (ook) in het leven
roepen van een bestuurlijke boete?
De voorzitter van de commissie,
Van Driel
De griffier van de commissie,
Nieuwenhuizen
XNoot
1Samenstelling:
Leden: Van den Berg (SGP), Van Leeuwen (CDA), plv. voorzitter, Swenker
(VVD), De Wolff (GL), Kalsbeek-Schimmelpenninck van der Oije (VVD), Meulenbelt
(SP), Ten Hoeve (OSF), Van Driel (PvdA), voorzitter, Vedder-Wubben (CDA),
V. Dalen-Schiphorst (CDA), Westerveld (PvdA) en Schouw (D66).
Plv. leden: Van Middelkoop (CU), Franken (CDA), Biermans (VVD), Thissen
(GL), Van den Broek-Laman Trip (VVD), Slagter-Roukema (SP), Terpstra (CDA),
Nap-Borger (CDA), Schuyer (D66), Noten (PvdA) en Leijnse (PvdA).