A
GEWIJZIGD VOORSTEL VAN WET
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van
Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is dat alle scholen
voor primair en voortgezet onderwijs bijdragen aan de integratie van scholieren
in de Nederlandse samenleving;
Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der
Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en
verstaan bij deze:
ARTIKEL I. WIJZIGING WET OP HET PRIMAIR ONDERWIJS
In artikel 8 van de Wet op het primair onderwijs worden de volgende wijzigingen
aangebracht:
1. Het derde lid wordt vervangen door:
3. Het onderwijs:
a. gaat er mede van uit dat leerlingen opgroeien in een pluriforme samenleving,
b. is mede gericht op het bevorderen van actief burgerschap en sociale
integratie, en
c. is er mede op gericht dat leerlingen kennis hebben van en kennismaken
met verschillende achtergronden en culturen van leeftijdgenoten.
2. Toegevoegd wordt een negende lid, luidend:
9. Het onderwijs wordt zodanig ingericht dat daarbij op structurele en
herkenbare wijze aandacht wordt besteed aan het bestrijden van achterstanden
in het bijzonder in de beheersing van de Nederlandse taal.
ARTIKEL II. WIJZIGING WET OP DE EXPERTISECENTRA
In artikel 11 van de Wet op de expertisecentra worden de volgende wijzigingen
aangebracht:
1. Aan het tweede lid wordt toegevoegd: Het onderwijs wordt bovendien
zodanig ingericht dat daarbij op structurele en herkenbare wijze aandacht
wordt besteed aan het bestrijden van achterstanden in het bijzonder in de
beheersing van de Nederlandse taal.
2. Het derde lid wordt vervangen door:
3. Het onderwijs:
a. gaat er mede van uit dat leerlingen opgroeien in een pluriforme samenleving,
b. is mede gericht op het bevorderen van actief burgerschap en sociale
integratie, en
c. is er mede op gericht dat leerlingen kennis hebben van en kennismaken
met verschillende achtergronden en culturen van leeftijdgenoten.
ARTIKEL III. WIJZIGING WET OP HET VOORTGEZET ONDERWIJS
De Wet op het voortgezet onderwijs wordt als volgt gewijzigd:
A
Na artikel 6b wordt een artikel 6c ingevoegd, luidend:
Artikel 6c. Bestrijding (taal)achterstand
Het onderwijs wordt zodanig ingericht dat daarbij op structurele en herkenbare
wijze aandacht wordt besteed aan het bestrijden van achterstanden in het bijzonder
in de beheersing van de Nederlandse taal.
B
Artikel 17 wordt vervangen door:
Artikel 17. Onderwijs in een pluriforme samenleving; burgerschap;
sociale integratie
Het onderwijs:
a. gaat er mede van uit dat leerlingen opgroeien in een pluriforme samenleving,
b. is mede gericht op het bevorderen van actief burgerschap en sociale
integratie, en
c. is er mede op gericht dat leerlingen kennis hebben van en kennismaken
met verschillende achtergronden en culturen van leeftijdgenoten.
ARTIKEL IV. INWERKINGTREDING
Deze wet treedt in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip,
dat voor de verschillende artikelen of onderdelen daarvan verschillend kan
worden vastgesteld.
Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat
alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat,
aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.
Gegeven
De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,
De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,