29 041
Het toezicht op trustkantoren (Wet toezicht trustkantoren)

B
VERSLAG VAN DE VASTE COMMISSIE VOOR FINANCIËN1

Vastgesteld 5 december 2003

Het voorbereidend onderzoek gaf de commissie aanleiding tot het maken van de volgende opmerkingen en het stellen van de volgende vragen.

De leden van de CDA-fractie merkten op dat in artikel 1 uitsluitend het verlenen van domicilie niet als een kwalificerende dienst wordt gezien. De Raad van State heeft dit in zijn advies reeds aan de orde gesteld. De reactie hierop van de regering lijkt niet afdoende, immers het is aannemelijk dat het splitsen van de genoemde diensten in geval van misbruik juist niet binnen dezelfde groep waartoe het trustkantoor behoort, zal plaatsvinden. Het uitsluitend fungeren als postadres of kantooradres kan ook moeilijk als kale verhuuractiviteit worden beschouwd. De leden van de CDA-fractie vroegen ook het verlenen van domicilie als zelfstandige activiteit op te nemen in de andere bij algemene maatregel van bestuur aan te wijzen diensten.

Vertrouwende, dat deze vragen tijdig zullen worden beantwoord, acht de commissie de openbare beraadslaging over het onderhavige wetsvoorstel voldoende voorbereid.

De voorzitter van de commissie,

Essers

De griffier van de commissie,

Janssen


XNoot
1

Samenstelling: Schuyer (D66), Ketting (VVD), Rabbinge (PvdA), Platvoet (GL), Terpstra (CDA), Van Driel (PvdA), Doek (CDA), Van Middelkoop (CU), Biermans (VVD) (plv.voorzitter), Essers (CDA) (voorzitter), Van Raak (SP), Leijnse (PvdA).

Naar boven