28 055
Wijziging van de Wet op de toegang tot ziektekostenverzekeringen 1998 in verband met het vervallen van het woonplaatsvereiste voor bepaalde categorieën van personen, alsmede wijziging van de regels met betrekking tot de begroting en de verantwoording (vervallen woonplaatsvereiste)

nr. 181b
BRIEF VAN DE MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT

Aan de Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 11 februari 2002

Op 29 januari jongstleden heeft de Eerste Kamer der Staten-Generaal het wetsvoorstel tot wijziging van de Wet op de toegang tot ziektekostenverzekeringen 1998 in verband met het vervallen van het woonplaatsvereiste voor bepaalde categorieën van personen, alsmede wijziging van de regels met betrekking tot de begroting en de verantwoording (vervallen woonplaatsvereiste) (Eerste Kamer, vergaderjaar 2001–2002, 28 055, nr. 181) aangenomen. Met dit wetsvoorstel wordt mogelijk gemaakt dat een verzekering ingevolge de Wet op de toegang tot ziektekostenverzekeringen 1998 ook buiten Nederland kan worden gesloten of kan worden behouden. Ter uitvoering van deze wet dienen twee algemene maatregelen van bestuur, te weten het Besluit categorieën van verzekerden Wtz 1998 en het Vergoedingenbesluit particulier verzekerden, te worden aangepast aan de gewijzigde wetgeving.

Ingevolge artikel 33, derde lid, van de Wet op de toegang tot ziektekostenverzekeringen 1998, dient de zakelijke inhoud van een voordracht tot het vaststellen van een algemene maatregel van bestuur dertig dagen voorafgaand aan de voordracht schriftelijk te worden medegedeeld aan beide Kamers der Staten-Generaal.

In verband met deze voorhangtermijn deel ik u mede dat ik het voornemen heb de wijziging van beide genoemde besluiten overeenkomstig hetgeen hieronder is vermeld voor te dragen.

In de Memorie van toelichting bij het bovengenoemde wetsvoorstel is op bladzijde 4 vermeld dat de uitsluiting van de omslagregeling voor niet in Nederland wonende personen, zoals geregeld in artikel 3 van het Besluit categorieën van verzekerden Wtz 1998, zal worden geschrapt.

Op bladzijde 6 van de Memorie van toelichting is aangegeven dat degene die buiten Nederland woont en in zijn woonland zorg inroept, vergoeding van de kosten van ingeroepen zorg krijgt op basis van wat in het woon-land gebruikelijk is.

Degene die buiten zijn woonland zorg inroept krijgt een vergoeding tot ten hoogste 100% van de kosten die gemaakt zouden zijn indien de hulp in Nederland zou zijn verleend.

Indien het gaat om spoedeisende hulp wordt tot ten hoogste 200% ver-goed van de kosten die gemaakt zouden zijn indien de hulp in Nederland zou zijn verleend. De artikelen 19 en 20 van het Vergoedingenbesluit particulier verzekerden zullen overeenkomstig worden aangepast.

Van de gelegenheid wordt gebruik gemaakt de categorie van personen die werkzaam zijn in het kader van ontwikkelingssamenwerking expliciet uit te sluiten van de premietoeslag ingevolge artikel 7, tweede lid, van de Wtz 1998. Deze premietoeslag vindt plaats als iemand voordien niet verzekerd was tegen ziektekosten, maar wordt voor de onderhavige categorie van personen onbillijk geacht. Dit zal worden geregeld door een wijziging in het Besluit categorieën van verzekerden Wtz 1998.

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

E. Borst-Eilers

Naar boven